TA6 8.2.12 tegenwoordige tijd

• Spelling
• Basisschool
• Groep 7

Werkwoorden in de tegenwoordige tijd

deel 5.

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "zingen".

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "baden".

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "zitten".

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "gluren".

Hoe vind je een onderwerp in de zin?

Wat zijn de 4 stappen om een werkwoord TT goed te schrijven?

Stappen

1. Lees de zin.

2. Zoek het onderwerp.

4. Zet de stappen in het schema en controleer.

3.Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?

Zijn jullie er klaar voor?!

Wat is het onderwerp?
Meester Gio komt met de auto naar het Kindcentrum.

1. meester Gio
2. de auto
3. het Kindcentrum
4. komt

Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?

Frederique gaat vakantie vieren in Spanje.

1. Enkelvoud
2. Meervoud

vieren (tt)

Ise..............haar verjaardag in de vakantie.

praten (tt)
Tante Annet ...........heel erg hard.

laden(TT)
Wij...............de auto helemaal vol.

springen (tt)
Het konijn................snel weg.

fluiten (TT)
De vogel..........hard zijn lied.

raden (TT)
Wij...................dat gelijk.

vinden (TT)
Die jongen.................heel veel geld.

GOED GEOEFEND!!!!