H4 Bedragen schatten en uitrekenen

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

H4 _Bedragen schatten en uitrekenen

Schatten hoeveel iets kost.

Uitrekenen van kleine en grote bedragen.

Dit hoofdstuk gaat over rekenen met kleine en grote bedragen.

Kleine bedragen gebruik je meestal elke dag. 

Grote bedragen gebruik je minder vaak.

Bijvoorbeeld voor een nieuwe tablet of telefoon. 

Schatten is iets ongeveer uitrekenen. Je bedenkt hoeveel het is.

Je weet het ongeveer, maar niet precies.

Je noteert het antwoord met het teken  ≈

Je koopt drie dingen:
€23,- en €11,- en €16,-
Hoeveel moet je ongeveer betalen?

1. €40,-
2. €45,-
3. €55,-
4. €50,-

Je koopt drie dingen:
€18,- en €53,- en €29,-
Hoeveel moet je ongeveer betalen?

1. €90,-
2. €100,-
3. €110,-
4. €120,-

Je koopt drie dingen:
€37,- en €32,- en €48,-
Hoeveel moet je ongeveer betalen?

1. €90,-
2. €100,-
3. €110,-
4. €120,-

Schat het antwoord:

2521 - 498 ≈

1. 1500
2. 2000
3. 750
4. 1900

Rond de getallen af: 2500 - 500 is makkelijk uit te rekenen.

Schat het antwoord:

6 x 39 ≈

1. 280
2. 200
3. 240
4. 300

Rond de getallen af: 6 x 40 is makkelijk uit te rekenen. Je hoeft dus niet altijd allebei de getallen af te ronden.

schat het antwoord
23 x 49

1. 800
2. 1250
3. 950
4. 1000

Schat het antwoord
14,85+19,94+4,79+0,80

Je hebt €8,- bij je. Een pak sap kost €0,85. Hoeveel pakken kun je kopen?

Je hebt €8,- bij je. Een zak chips kost €0,53. Hoeveel zakken kun je kopen?

1 zak kost €1,49. Hoeveel zakken kun je kopen voor €10,-?

5

6

7

8

Hoeveel zakken kun je kopen voor €12,-?

€1,49

1. 7
2. 8
3. 9
4. 11

Wat kost een nieuw Playstation-spel ongeveer?

1. €10,-
2. €30,-
3. €60,-
4. €100,-

Reken het verschil uit.
€ 166 en € 120,00

Reken het verschil uit.
€ 2,50 en € 0,80

4. Reken uit. Reken handig als het kan.
1299 + 501 =

Reken het verschil uit.
€ 80,00 en € 160,00

Reken het verschil uit.
€ 955,60 en € 580,35

Hoeveel geld?

Tip

Bij het teken '=' reken je iets precies uit.

Bij het teken '≈' reken

je iets ongeveer uit.

Wat kosten artikel
2 en 3 samen?

1. €79,-
2. €49,-
3. €108,-
4. €78,-

Wat kosten artikel
3 en 4 samen?

1. €79,-
2. €49,-
3. €108,-
4. €78,-

Hoeveel kosten artikel 2 en 4 samen?

1. €88,-
2. €98,-
3. €108,-
4. €128,-

Hoeveel kosten
alle artikelen ONGEVEER(≈) samen?

1. €60,-
2. €100,-
3. €150,-
4. €200,-

Hoeveel kosten
artikel 2 en 4 ONGEVEER(≈) samen?

1. €260,-
2. €630,-
3. €730,-
4. €830,-

Wat kosten artikel
2 en 3 ongeveer samen?

Wat kosten artikel
1 en 4 ongeveer samen?

Welk cijfer zou jij jezelf geven voor deze les?

110