Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Vragen over verkopen
Slide 1 - Diapositive
Wat typeert volgens jou een goede verkoper?
Slide 2 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Voor verkoper moet je echt in de wieg zijn gelegd: je kunt het niet leren.
Slide 3 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Bij het begin van een verkoopgesprek is het goed om direct ter zake te komen.
Slide 4 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Als een klant bezwaren heeft tegen jouw product of dienst, betekent dat dat hij niet geïnteresseerd is.
Slide 5 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Hoewel er verschillende klanttypen bestaan, hoef je daar geen rekening mee te houden tijdens je verkoopgesprek.
Slide 6 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Een verkoopgesprek kun je voorbereiden.
Slide 7 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Een goede verkoper probeert altijd de duurste dienst of het duurste product te verkopen.
Slide 8 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Het is onbeleefd om tijdens een verkoopgesprek te proberen meer te verkopen dan wat de klant aanvankelijk aangaf te willen.
Slide 9 - Question ouverte
Vind je deze stelling waar of niet waar? Leg uit waarom. Tijdens een verkoopgesprek mag je best liegen of overdrijven.