Voedingsquiz

MENS & NATUUR



Gezonde Voeding
Voeding      Energie
Voedingsquiz
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

MENS & NATUUR



Gezonde Voeding
Voeding      Energie
Voedingsquiz

Slide 1 - Diapositive

Koolhydraten zijn een voorbeeld van...
A
Voedingsstoffen
B
Voedingsmiddelen

Slide 2 - Quiz

Een overschot aan reservestoffen zorgt ervoor dat je...
A
Dikker wordt
B
Dunner wordt

Slide 3 - Quiz

Er zijn zes groepen voedingsstoffen.
Tot welke groep behoort dit product uit afbeelding?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Mineralen
D
Vetten

Slide 4 - Quiz

Beschermende voedingsstoffen zijn
A
Vetten, mineralen en vitamines
B
Vitamines en mineralen
C
Koolhydraten, mineralen en vitamines
D
Vetten en vitamines

Slide 5 - Quiz

Welke voedingsstoffen zijn brandstoffen?
A
Water en vitaminen
B
Koolhydraten, eiwitten en mineralen
C
Vetten, eiwitten en water
D
Alleen koolhydraten, eiwitten en vetten

Slide 6 - Quiz


Zijn vetten voedingsstoffen?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz


Zijn eiwitten voedingsstoffen?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Deze voedingsstoffen zijn bouwstoffen
A
Alle voedingsstoffen
B
Water, mineralen eiwitten en vitaminen
C
Koolhydraten, vetten eiwitten en vitaminen
D
Alleen koolhydraten en vetten

Slide 10 - Quiz

Zes groepen voedingsstoffen
Er bestaan zes soorten voedingsstoffen.

Deze  hebben allemaal één of meer functies in het lichaam.

Slide 11 - Diapositive


Welke stoffen zorgen dat je NIET ziek wordt?
A
Bouwstoffen
B
Beschermstoffen
C
Brandstoffen
D
Reservestoffen

Slide 12 - Quiz

Welke voedingsstoffen houden je gezond? (beschermende stof)
A
Vetten
B
Vitamines
C
Mineralen
D
Koolhydraten

Slide 13 - Quiz

schijf van vijf
  •  schijf van vijf helpt je gevarieerd en gezond te eten
  • iedere dag moet je iets uit elk vak eten
  • hoe groter het vak, hoe meer je er van nodig bent

Slide 14 - Diapositive

Wat voor manier van conserveren is hier gebruikt?
A
Drogen
B
Verhitten
C
Koelen
D
Vacuüm verpakken

Slide 15 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 16 - Quiz

Welke conserverings-methode zie je hier?
A
Pasteuriseren
B
Drogen
C
Luchtdichtverpakken
D
Steriliseren

Slide 17 - Quiz

Wat wordt er bij conserveren dood gemaakt?
A
bacterien
B
micro - organismen
C
eten
D
drinken

Slide 18 - Quiz

Voedsel conserveren
Betekenis conserveren: Verduurzamen,  in goede conditie bewaren.
Omstandigheden voor bacteriën en schimmels ongunstig gemaakt.
Manieren om te conserveren:
  1. Invriezen
  2. Pasteuriseren
  3. Steriliseren
  4. Vacuüm verpakken
  5. Drogen
  6. Toevoegen van conserveermiddelen

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Vidéo