Slapen preventie EEHK

Slapen




Gezondheid en Ziekte
Thema: Vitaliteit
Leerjaar 2
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
Maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slapen




Gezondheid en Ziekte
Thema: Vitaliteit
Leerjaar 2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Je benoemt de functies van slapen 
  • Je herkent de verschillende slaapfasen
  • Je benoemt oorzaken en gevolgen van slecht slapen
  • Je legt uit hoe je een client met slaapproblemen kan ondersteunen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ieder mens heeft een eigen slaap-waakritme?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel uur per nacht slaap jij gemiddeld?
Minder dan 5 uur per nacht
5-6 uur
7-8 uur
Meer dan 8 uur

Slide 5 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mensen slapen gemiddeld een derde van hun leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom kom je slechter in slaap met je smartphone op je nachtkastje?
A
Door het licht
B
Door de straling
C
Door het geluid
D
Omdat je nieuwsgierig bent naar je berichten

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In de meeste gevallen gaan nachtmerries over...
A
School en examens
B
Achtervolgd worden
C
Vallen
D
Controle verliezen

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1 op de 10 kinderen slaapwandelt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ander woord voor chronische slapeloosheid:
A
Slaapapneu
B
Insomnia
C
Narcolepsie
D
Vermoeidheidsyndroom

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel procent van de Nederlanders is ontevreden over eigen slaapkwaliteit?
A
15%
B
38%
C
63%
D
78%

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slaapmiddelen zijn verslavend:

A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb jij een slaapritueel?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke manier lig jij het fijnst in je eigen bed. Welke eisen stel je aan je bed en omgeving?
(bv. temperatuur, soort deken)

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noemt tenminste 2 functies
van slapen

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Functies van slapen


  1. Belangrijk voor herstel en opbouw van je lichaam
  2. Je hersenen spoelen als het ware schoon
  3. Je verwerkt de emoties van de dag
  4. Je onthoudt beter wat je de dag ervoor hebt geleerd

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het ‘afvoersysteem’ van het brein, dat schadelijk materiaal wegspoelt, is voornamelijk tijdens de slaap actief. 


de hersencellen krimpen tijdens de slaap tot wel zestig procent. Zodoende ontstaat meer ruimte tussen de hersencellen, waardoor het breinvocht gemakkelijker door het weefsel spoelt.

Slide 18 - Diapositive

Het breinafval spoelt dan gemakkelijk weg omdat de breincellen wat inkrimpen.
Hoeveel slaapfasen zijn er?
A
4
B
5
C
3
D
6

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slaapfasen
NON-REM SLAAP:
1. De sluimerfase: moeite om je ogen op te houden, hersenactiviteit neemt af
2. De lichte slaap: slaap begint, maar nog heel licht
3. De diepere slaap (lichamelijk herstel, ademhaling en hartritme laagste niveau)
REM-SLAAP:
4. De droomslaap (geestelijk herstel, snelle oogbewegingen)

Elke fase duurt 90-120 min, 3-5 x per nacht slaapcyclus.



Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slaapfasen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slaapcyclus

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gevolgen van slecht slapen
Slecht slapen verhoogt risico op:
  • Obesitas
  • Kanker
  • Dementie
  • Depressie
  • Vaataandoeningen en beroerte
  • Bij jongeren: slechter cognitief functioneren en gedragsproblemen

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slapeloosheid (insomnia) komt vaak voor.
Bedenk een oorzaak waardoor een cliënt niet goed kan slapen

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken slecht slapen
  • Zorgen en piekeren
  • Lichamelijke ongemakken (bijv. pijn of door krampachtige houding)
  • Eet- en drinkpatroon van de client
  • Omgevingsfactoren zoals lawaai of temperatuur 

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slapeloosheid (insomnia) komt vaak voor.
Bedenk een oorzaak waardoor een client niet goed kan slapen

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek op wat is:
Slaap apneu

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek op wat is:
Narcolepsie

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek op:
Welke zaken kun je met een cliënt onderzoeken wanneer er sprake is van slapeloosheid?

Slide 40 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In gesprek met je client
Wat zijn de wensen en gewoonten van de zorgvrager, als je kijkt naar slaaptijden, beddengoed, slaaprituelen?
Is de zorgvrager gewoonlijk na het ontwaken goed uitgerust en klaar voor de dag?
Heeft hij problemen met inslapen?
Maakt hij gebruik van hulpmiddelen?
Heeft hij last van dromen?
Heeft hij last van angst in donkere ruimtes?
Is hij (te) vroeg wakker?
Hanteert de zorgvrager regelmatige perioden voor rust en ontspanning?
Gebruikt de zorgvrager slaapmedicatie?
Wat is het dag-en-nachtritme van de zorgvrager?

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke tips zou je iemand geven die slecht slaapt?

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je en wat kan je nog bedenken? Slaaphygiene?

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions