Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Engels 1J computerles 1
Engels ATN1J
Vandaag:
Uitleg LessonUp
Oefenen grammatica
Hoe leer je?
1 / 40
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Cette leçon contient
40 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Engels ATN1J
Vandaag:
Uitleg LessonUp
Oefenen grammatica
Hoe leer je?
Slide 1 - Diapositive
Lesson Up
Website waar je zelfstandig of samen met de klas een les kunt volgen.
Je kunt inloggen door de instructies te volgen.
Slide 2 - Diapositive
Hoe leer je?
Wie weet hier al iets over?
Slide 3 - Diapositive
Hoe kun je woordjes leren?
Slide 4 - Carte mentale
Hoe kun je grammatica leren?
Slide 5 - Carte mentale
Hoe leer je?
Woordjes leren:
- Woordjes verdelen over verschillende dagen.
- Lees de woordjes door en spreek ze hardop uit.
- Schrijf de woordjes over. (vaker dan 1x)
- Maak flitskaarten.
- Laat je overhoren.
- Schrijf moeilijke woordjes meerdere keren over.
Slide 6 - Diapositive
Leren leren
Grammatica:
- Leer de regel uit je hoofd.
- Leer de rijtjes goed. Schrijf ze over.
- maak de extra oefeningen goed!
- Gebruik de presentaties van de lessen om thuis nog eens te leren.
Slide 7 - Diapositive
Leren leren
Neem een pauze tijdens het leren.
Rondje wandelen, even iets anders doen dan school/telefoon.
Herhaal meerdere dagen/week/2 weken van te voren.
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Personen:
Ik = I (Altijd met een hoofdletter!)
Jij = You
Hij = He
Zij = She
Het = It
Wij = We
Zij(meervoud) = They
Jullie = You
Slide 10 - Diapositive
Vraagwoorden:
Who = wie
What = wat
Where = waar
When = wanneer
Why = waarom
How = hoe
Which = welke
Slide 11 - Diapositive
Welk woord past in de zin?
... is from Curacao. (zij)
A
she
B
they
C
he
D
we
Slide 12 - Quiz
Welk woord past in de zin?
... is cold outside.
A
He
B
We
C
She
D
It
Slide 13 - Quiz
Welk woord past in de zin?
(ik) am young.
A
I
B
You
C
He
D
They
Slide 14 - Quiz
Welk woord past in de zin?
... are friends.
A
We
B
I
C
He
D
They
Slide 15 - Quiz
Welk woord past in de zin?
(Jullie) are young.
A
He
B
It
C
You
D
They
Slide 16 - Quiz
Welk woord past in de zin?
... is from Indonesia.
A
she
B
they
C
I
D
we
Slide 17 - Quiz
Welk woord past in de zin?
This is for _____ (mij).
A
I
B
my
C
me
D
mine
Slide 18 - Quiz
Welk woord past in de zin?
Can you call _____ (hem)?
A
her
B
him
C
his
D
he
Slide 19 - Quiz
Waar in de zin horen vraagwoorden?
A
Aan het begin van de zin.
B
Maakt niet uit.
Slide 20 - Quiz
Vraagwoorden
... is your name? Carol.
A
Who
B
What
C
How
D
Where
Slide 21 - Quiz
Welk vraagwoord gebruik je bij 'wie?'
A
when
B
who
C
where
D
how
Slide 22 - Quiz
kies het juiste vraagwoord:
______ do you want?
A
how
B
when
C
why
D
what
Slide 23 - Quiz
Wat is het juiste vraagwoord voor “Hoe oud ben je?”?
A
What
B
How
C
When
D
Who
Slide 24 - Quiz
Welk vraagwoord gebruik je bij 'hoe?'
A
when
B
who
C
where
D
how
Slide 25 - Quiz
Wat is de Engelse vertaling van het vraagwoord wie?
A
Who
B
Why
C
When
D
Where
Slide 26 - Quiz
Welk vraagwoord gebruik je bij 'wat?'
A
what
B
why
Slide 27 - Quiz
Kies het juiste vraagwoord bij de zin !
. . . . . . . . is this ?
A
Which
B
Who
C
What
D
Where
Slide 28 - Quiz
Werkwoord zijn | am/are/is:
I
am
at school. = ik ben
You
are
at school. = jij bent
He
is
at school. = hij is
Am: I
Are: you, we, they
Is: he, she, it
Slide 29 - Diapositive
Kies uit am- are - is
My dad ....
A
is
B
am
C
are
Slide 30 - Quiz
Kies het goede antwoord
She ...
A
She am
B
She are
C
She is
Slide 31 - Quiz
Kies uit am - are - is
The car .... red
A
The car am red
B
The car is red
C
The car are red
Slide 32 - Quiz
We (am / are / is) walking to school.
A
am
B
are
C
is
Slide 33 - Quiz
I (am / are / is) cooking dinner.
A
am
B
are
C
is
Slide 34 - Quiz
Kies uit am- are - is
I ....
A
I am
B
I is
C
I are
Slide 35 - Quiz
Kies: Am, Are of Is
A
Mike and Tim am brothers
B
Mike and Tim is brothers
C
Mike and Tim are brothers
Slide 36 - Quiz
Kies uit: am/are/is
I __________ your friend.
A
am
B
are
C
is
Slide 37 - Quiz
Kies uit: am/are/is
This __________ Manon.
A
am
B
are
C
is
Slide 38 - Quiz
Kies uit: am/are/is
They __________ at home.
A
am
B
are
C
is
Slide 39 - Quiz
Woordjes leren
Heb je alle opdrachten af?
Ga dan naar magister berichten en klik weer op de link van het woordjes leren.
Let op! Laatste 5 minuten afsluiting en herhaling.
Slide 40 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
vierdejaars wat ken je al?
Mai 2018
- Leçon avec
31 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
Oefentoets topic 4
Avril 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
To be going to
Mars 2021
- Leçon avec
21 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
grammar revision (herhaling)
Février 2023
- Leçon avec
36 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Lesson 10 18-9-24
il y a 24 jours
- Leçon avec
37 diapositives
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
1A - les 15, 16 & 17 - 1.5 Writing
Octobre 2022
- Leçon avec
32 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
Saying NO and Questions in the past
il y a 7 jours
- Leçon avec
18 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
1D - les 15, 16 & 17 - 1.5 writing
Octobre 2022
- Leçon avec
31 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1