Week 6 Clubsandwich

• Horeca
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Club sandwich

lesdoelen

• Je ken een gerecht mooi afwerken
• Je kan een ei koken met begeleiding
• Je kan een product diagonaal snijden

theorie

Afwerken van gerechten

dresseren = ingrediënten mooi op een bord leggen

garneren = versieren

kleur en smaak zijn belangrijk

theorie

Controle temperatuur voordat je iets serveert

==> 80 graden

theorie

Broodjes meenemen

- goede verpakking

- zo vers mogelijk

- datumsticker

- plastic verpakking

thema

Bedrijfskleding= kleding die je van een bedrijf moet dragen

• veiligheid
• hygiëne
• uitstraling
• herkenning

vaktaal

Roosteren= warm maken boven vuur

Plakjes= dunne rondjes

Ringen= 

Smeren= met een mes iets zachts erop doen

Diagonaal= schuin

voorbereiding

we gaan een club sandwich maken. 

We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

uitvoeren

je gaat nu de club sandwich maken. 

Volg de stappen voor een goed resultaat

Stap 1

Zet de koekenpan op het vuur zonder olie

Rooster de boterhammen goudbruin

Stap 2

Bak de sucuk in dezelfde koekenpan knapperig

Stap 3

• vul de steelpan voor de helft met water en breng aan de kook

• Kook het ei voor 8 minuten

Stap 4

Snijd de tomaat in plakjes

Snijd de komkommer in plakjes

Snijd de ui in dunne ringen

Stap 5

Maak van de mosterd en mayonaise een saus

Stap 6

Smeer 1 boterham in met de helft van de saus

Leg er een blad sla op

Stap 7

Leg bovenop de sla:

- sucuk

- ei in plakjes

- ui

Stap 8

Smeer 1 boterham in met saus en leg deze bovenop de ui

Stap 9

Stapel verder op de boterham:

- kipfilet

- komkommer

- tomaat

Stap 10

Leg de laatste boterham bovenop

Stap 11

Prik 2 prikkers in het brood

Snijd de clubsandwich diagonaal door

afronden

na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

stap 1

Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

stap 2

maak je werkblad schoon

stap 3

Maak het fornuis schoon

stap 4

veeg en/of dweil de vloer. 

schoonmaaktaken: 

• wasbakken 1+2
• wasbakken 3+4
• Temperatuur meten
• werkbank controleren
• was vouwen

schoonmaaktaken:

• vloer vegen
  
• vloer schrobben
  
• vloer trekken
  
• kruidenkar
• tafels schoonmaken

Nabespreken

kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 

zijn er ook dingen die je anders zou doen?

antwoord dit op de volgende slides

Hoe smaakte het gerecht?

1. lekker
2. niet lekker
3. een beetje lekker
4. ik heb het niet geproefd

Wat ga je de volgende keer anders doen?

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding