Oefentoets didactiek P4 2024 2.0

Toets onderdelen p4
Alle behandelde stof didactiek.
Inhoud beginsituatie blad van je LVB

1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Toets onderdelen p4
Alle behandelde stof didactiek.
Inhoud beginsituatie blad van je LVB

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Voorblad
Beginsituatie analyse

Slide 3 - Carte mentale

Teken het didactische model

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Evaluatie
Les/training
Doelstelling
Lesopbouw
Did. Werkvormen
Bewegingsvormen
Organisatie
Beginsituatie

Slide 6 - Question de remorquage

Noem de 4 sleutelvragen

Slide 7 - Question ouverte

Sleutelvragen
1. Waar moet ik beginnen? ( Beginsituatie)
2. Wat wil ik bereiken ? ( Doelstelling)
3. Wat is dan inhoud van mijn training) ( De Training)
4. Heb ik mijn doel bereikt?  ( Evaluatie)  

Slide 8 - Diapositive

Wat wil ik bij de deelnemers verbeteren?
Hoort bij de didactische sleutelvraag:
A
Waar moet ik beginnen? (beginsituatie)
B
Wat wil ik bereiken? (doelstelling)
C
Hoe ga ik de les geven? (de les)
D
Heb ik mijn doel bereikt? (evaluatie)

Slide 9 - Quiz

Welke 3 gedragsaspecten beschrijf je in de beginsituatie analyse?

Slide 10 - Question ouverte

3 gedragsaspecten
1. Motorische gedrag
2. Cognitieve gedrag
3. Sociaal Affectieve gedrag

Slide 11 - Diapositive

Welke 3 beginsituatie factoren moet je nog meer beschrijven naast "Individu" ?

Slide 12 - Question ouverte

De 4 factoren van beginsituatie zijn:

1. De Groep
2. Het individu
3 De lesgever
4. De randvoorwaardes

Slide 13 - Diapositive

Wat hoort waar?
De groep 
De lesgever
Het individu
De randvoorwaardes
Ze kunnen nog niet speerwerpen
Ik kan zelf geen goed plaatje geven
Niels kan al goed volleyballen
lesgeeftijd :25 min
12 Deelnemers
Op hockeyveld

Slide 14 - Question de remorquage

Geef 4 redenen aan om een doelstelling te bepalen

Slide 15 - Question ouverte

 4 redenen doelstelling
1. Optimaal leer resultaat
2. Geeft je richting over de inhoud.
3. Makkelijker evalueren of je doel bereikt hebt.
4. Geeft je structuur en steun voor inhoud
5. Kan je betere feedback geven.
6. Kan jij je les verantwoorden

Slide 16 - Diapositive

Welke 4 onderdelen ( letters) moeten voorkomen in je doelstelling?
Noteer de 4 woorden

Slide 17 - Question ouverte

De BWOM moet voorkomen
B=  bewegingsvorm
W= Waarneembaar eindgedrag
O =Omstandigheden ( in welke eindsituatie moeten deelnemer het laten zien?
M= Minimale eis ( De technische aanwijzingen)  

Slide 18 - Diapositive

Ik let op maken van 3 passen bij sprongschot handbal
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Omstandigheden
D
Minimale eis

Slide 19 - Quiz

Noteer een volledige doelstelling met daarin verwerkt de BWOM van een gegeven les

Slide 20 - Question ouverte

Volledige doelstelling
De deelnemers moeten de backhand frisbee ( B) kunnen demonstreren ( W) in een wedstijd 4 tegen 4  ( o) waarbij ik let op dat ze de juiste grip hebben, vanuit de heup werpen en de frisbee met pols laten draaien ( M)

Slide 21 - Diapositive

Noem 4 doelen ( redenen) om je les te evalueren

Slide 22 - Question ouverte

4 redenen doel evalueren 
1. Verbeteren volgende training.
2. Kan je meten of je doelstelling hebt bereikt( aanpassen niveau volgende training)
3 Verantwoording afleggen
4. Selecteren ( Niveau individu bepalen)

Slide 23 - Diapositive

Aanwijzing geven
A
Visuele instructie
B
Tactiele instructie
C
Auditieve instructie
D
Manuele Instructie

Slide 24 - Quiz

Als je een les gaat geven ga je een cyclus door. Welke cyclus en welke 4 letters horen hierbij?

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive

Uit welke onderdelen bestaat de ideale sportles opbouw?

Slide 27 - Question ouverte

Ideale lesopbouw bestaat uit.
1. Inleiding ( Introductie praatje ,Warming Up)
2. De kern ( de oefenvormen)
3. De afsluiting ( Cooling down , eindspel , of evaluatie)

Slide 28 - Diapositive

Als je een bepaalde stroomvorm of het opruimen wil uitleggen is gebruik 6 w's handig. Noem ze

Slide 29 - Question ouverte

6 W's
1. Wie ( moet iets doen)
2. Wat ( moeten ze doen)
3. Waar ( Waar moeten ze heen)
4. Wanneer ( Op welk moment moeten ze het doen)
5. Waarlangs ( Wat is de richting)
6. Wat daarna ( Wat doen als ze klaar zijn) 

Slide 30 - Diapositive

Leg uit hoe je de estafette kan uitleggen met gebruik 6 w,s

Slide 31 - Question ouverte

Benoem 4 didactische werkvormen die je tijdens een training kan toepassen

Slide 32 - Question ouverte

Didactische wekvormen
1. Coachvorm
2. Vraag vorm
3.Klassicaal
4. Spelvorm
5. Open of gesloten vorm
6.Opdrachtvorm
7. Werken in groepen


Slide 33 - Diapositive

Je moet differentiëren tijdens oefening pass over afstand van 10 meter in 2 tal. Noteer 2 differentiatievormen

Slide 34 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een gekoppelde kern.

Slide 35 - Question ouverte

Gekoppelde kern
1. Kern 1 : verbeteren  koppen voetbal
2. Kern 2:  Verbeteren  voorzet voetbal
3. Kern 3: Partijvorm  waarbij je alleen mag scoren met koppen uit voorzet.

Slide 36 - Diapositive

Geef een voorbeeld van 2 afzonderlijke kernen in je training

Slide 37 - Question ouverte

Afzonderlijke kern
In je handbal training  is je eerste kern het verbeteren van sprongschot en 2e kern het verbeteren van conditie door lummelen 3 tegen 3. 

Slide 38 - Diapositive

Ik heb al heel veel kennis van didactiek
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Sondage

Wat nu?
1. Inleveren portfolio TK ( Cijfer periode 4)  vandaag
2. Mentoropdracht SWOT Analyse inleveren 
3.Inleveren BPV opdrachten ( Gister)
4. Inleveren toets basisvoeding ( Morgen)
5. Sport en Event afronden ( minimaal 4 en min. 24 uur)
6.  Enquête  BPV inleveren
7. Enquête Profiel inleveren 
8. Alles af ( Chillen)
9. Donderdagochtend eerste uur uitslapen als je alles af hebt ! Terry bepaalt 


Slide 40 - Diapositive