Gedrag TK3+TK4

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

WELKOM V1I!

Susan Zwijns

[e-mail]

Mens & Natuur

WELKOM V1G!

WELKOM V1G!

Susan Zwijns

[e-mail]

Mens & Natuur

Feitje van de dag

Een aanleg, gedrag waarvoor een hond oorspronkelijk gefokt is, 

is zo goed als niet te veranderen.

Duck toller retreiver = 

goed in eenden  terugbrengen (retreiven)

Duitse herder = goed in de kudde bij elkaar houden en bewaken

Regels

1. actief meedoen

2. aandacht voor elkaar

3. als ik praat dan is het stil

Mededelingen

• toetsweek: MN website 'Plant, Dier en 'Gedrag' 
• bijenhotel: deadline donderdag 1 februari

Wat gaan we deze les doen?

1. Bespreken huiswerk
2. Theoriekaart 1: wat is gedrag 
   
3. Theoriekaart 2: verschillend gedrag
4. afsluiting
   

Bespreken huiswerk: Huiswerkkaart 1

Leerdoelen:

• Je kunt beschrijven wat gedrag is.
• Je kunt het verschil beschrijven tussen een inwendige en uitwendige prikkel en voorbeelden hierbij noemen.
• Je kunt het begrip s​leutelprikkel​ beschrijven en hierbij ​3 voorbeelden​ noemen.
• Je kunt uitleggen wat een supranormale prikkel is.

sleutelprikkel & supranormale prikkel

sleutelprikkel: zorgt altijd voor de zelfde reactie

- Rode buik van stekelbaarsmannetje: is sleutelprikkel voor andere mannetjes --> aanval.

- Sperren van jonge vogels: is sleutelprikkel voor de ouders --> gaan de jongen voeren.

- Zien van baby met rond gezicht, grote ogen sleutelprikkel voor mensen --> willen baby verzorgen

supranormale prikkel: sterker dan een sleutelprikkel 

Sleutelprikkel: grote ogen -->  willen wij knuffelen en verzorgen

Supra normale prikkel: overdreven grote ogen 

Verschillende soorten gedrag

create.kahoot.it

Leerdoelen van vandaag:

• Je kunt uitleggen hoe familie en vrienden invloed hebben op gedrag.
  
• Je kunt het verschil benoemen tussen normen, waarden en wetten.
  
• Je kunt voorbeelden noemen van verschillend aangeleerd gedrag (bijvoorbeeld: conditionering, inprenting, trial & error)
  
• Je kunt punten voorbeelden noemen waardoor jouw ​gedrag kan worden beïnvloed.

• Je kunt uitleggen wat een algoritme is en hoe algoritmes jouw wereldbeeld beïnvloeden.
  
• Je kunt een voordeel en een nadeel noemen van algoritmes.
  
• Je kunt 3 tips geven om nepnieuws te herkennen.

Praktijkkaart 1: 

hoe wordt jouw gedrag beïnvloed?

Kijk (klassikaal) het filmpje en beantwoord daarna (zelfstandig) de vragen.

player.ntr.nl

Aan de slag!

Wat:	Praktijkkaart 1: Hoe wordt jouw gedrag beinvloed?
Hoe:	Open de praktijkkaart in classroom beantwoord de vragen bij opdracht 1 maak een hypothese voor opdracht 2
Hulp nodig:	kom naar mij bureau
Klaar?	Lees H5 TK3: omgeving

Aan de slag!

Gedrag ontstaat niet zomaar!

Gedrag is aangeboren of aangeleerd

Aangeboren gedrag =
erfelijk bepaald, vanaf geboorte aanwezig

Aangeleerd gedrag =
van jezelf of anderen geleerd

Soorten van aanleren van gedrag

• Imiteergedrag: nabootsen van gedrag van een ander
• Inprenting: iets wat geleerd wordt in de gevoelige periode
• Trial and error: uitproberen en hierbij leren van fouten
• Klassieke conditionering: Hierbij veroorzaakt een prikkel een bepaalde reflex die in eerste instantie niet door die prikkel veroorzaakt werd.

Welke vorm van aangeleerd gedrag komt voor in het volgende filmpje?

Welk aangeleerd gedrag was in het filmpje?

• Imiteergedrag: nabootsen van gedrag van een ander
• Inprenting: iets wat geleerd wordt in de gevoelige periode
• Trial and error: uitproberen en hierbij leren van fouten
• Klassieke conditionering: Hierbij veroorzaakt een prikkel een bepaalde reflex die in eerste instantie niet door die prikkel veroorzaakt werd.

Normen, waarden en wetten 

Wetten: regels die door de overheid zijn gemaakt

Sociale regels: worden bepaald door een groep mensen en gevormd door de normen en waarden van een groep

De norm: wat je wel of niet mag doen.

De waarde: geeft aan waarom je dit belangrijk vindt (hoe waardevol). 

Aan de slag!

Wat:	Hoofdstuk 5, theoriekaart 3 + 4 lezen + vragen maken
Hulp nodig?	kom naar mijn bureau
Klaar?	Check of je de leerdoelen heb behaalt Ga verder met Huiswerkkaart 2

H5: TK3 + 4

Leerdoelen behaalt?

• Je kunt uitleggen hoe familie en vrienden invloed hebben op gedrag.
  
• Je kunt het verschil benoemen tussen normen, waarden en wetten.
  
• Je kunt voorbeelden noemen van verschillend aangeleerd gedrag (bijvoorbeeld: conditionering, inprenting, trial & error)
  
• Je kunt punten voorbeelden noemen waardoor jouw ​gedrag kan worden beïnvloed.

• Je kunt uitleggen wat een algoritme is en hoe algoritmes jouw wereldbeeld beïnvloeden.
  
• Je kunt een voordeel en een nadeel noemen van algoritmes.
  
• Je kunt 3 tips geven om nepnieuws te herkennen.

Pak je EF agenda!

Donderdag 1 februari

• H4 Theoriekaart 3+4
• praktijkkaart 1
• Huiswerkkaart 2 (classroom)
• bijenhotel inleveren