H. 1 Woordenschat-Synoniem -Havo/vwo1=e6

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?


Na deze les weten jullie wat een synoniem is en hoe je een woordraadstrategie gebruikt om de betekenis van een onbekend woord te vinden


1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?


Na deze les weten jullie wat een synoniem is en hoe je een woordraadstrategie gebruikt om de betekenis van een onbekend woord te vinden


Slide 1 - Diapositive

-Lees de theorie op blz.24
-wacht rustig en stil totdat degene die naast je zit ook de theorie heeft gelezen

- bespreek de theorie en bedenk samen wat het belangrijkste is van deze theorie

- je hoeft het niet op te schrijven,  maar je moet wel antwoord kunnen geven op de vragen van de docent

Slide 2 - Diapositive

In teksten zie je vaak onbekende woorden. De betekenis van een onbekend woord vind je in het woordenboek.



 Je kunt de betekenis echter ook raden.


Misschien staat er in de tekst een synoniem van het nieuwe woord. Een synoniem is een ander woord met dezelfde betekenis.


Voorbeelden van synoniemen: 

zoenen en kussen

variatie en afwisseling

globaal en in grote lijnen, ongeveer







 








Slide 3 - Diapositive

Pas op: synoniemen hebben wel dezelfde betekenis, maar je kunt ze niet altijd door elkaar gebruiken.



 Dokter en arts zijn synoniemen, maar dokter is een algemeen woord; arts is zakelijk en formeel.

Slide 4 - Diapositive

Tip: in Word kun je gemakkelijk synoniemen vinden. Ga met de cursor op het woord staan.


 Neem wel de grondvorm, dus niet recente maar recent, niet verwijdert maar verwijderen.



Klik op de rechtermuisknop. Ga op Synoniemen staan.


Rechts verschijnt een lijst woorden met (ongeveer) dezelfde betekenis.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Wat is een synoniem van liegen

Slide 9 - Question ouverte

Synoniem voor schrijver is
A
Man
B
Auteur
C
Boek
D
lezen

Slide 10 - Quiz

Geef een synoniem voor stelen

Slide 11 - Question ouverte

Wat is een synoniem voor leerling?

Slide 12 - Question ouverte

Goudgele rakker is een synoniem voor?
A
een blonde jongen
B
een witte labrador
C
een biertje
D
een pils

Slide 13 - Quiz

Een synoniem voor vanzelfsprekend is?
A
duidelijk
B
veel praten
C
je vertelt uit jezelf
D
helder

Slide 14 - Quiz

synoniem voor amicaal
A
lokaal
B
vriendschappelijk
C
iemand met een kaal hoofd
D
een microfoon

Slide 15 - Quiz

synoniem voor precies?
A
moeilijk
B
kiespijn
C
nauwgezet
D
predikant

Slide 16 - Quiz

synoniem voor het hebben van een band met elkaar
A
verwantschap
B
soldaten
C
muziek

Slide 17 - Quiz

synoniem voor een filmverslag
A
bespreking
B
word document
C
documentaire
D
recensie

Slide 18 - Quiz

synoniem voor bejegenen
A
verjagen
B
geven
C
behandelen
D
regenen

Slide 19 - Quiz

synoniem voor aanpak
A
maatkostuum
B
pakketje
C
vast
D
beleid

Slide 20 - Quiz

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 21 - Diapositive

Nu zelfstandig aan de slag

Wat nu?



Opdrachten maken  1-2-3-4 individueel blz. 24 t/m 26


Bespreken opdrachten en evaluatie van de les






Slide 22 - Diapositive

Aan de slag

Slide 23 - Diapositive

Opdracht: in 2 tallen=
 Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd? Wat moet je onthouden? Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?

Opdracht: in 2 tallen=
 Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd

Wat moet je onthouden, is belangrijk?
 
Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?

Wat was het doel van de les en is het doel bereikt?



Slide 24 - Diapositive