chronologisch en niet-chronologisch + historische roman

Fictie
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Fictie

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Lezen in leesboek
  • Korte activiteit
  • Theorie uitleggen
  • Samen tekst lezen op blz. 84
  • Opdrachten maken 
  • Afsluiten met lesdoelen

Slide 2 - Diapositive

Korte activiteit:
Spelen met woorden: dilemma en argumenteren
Geef iedereen de kans om zelf na te denken en een keuze te maken: roep geen keuzes en redenen door de klas, maar doe je het in je hoofd.
  • Lees eerst het dilemma en probeer in je hoofd een keuze te maken en een reden voor jouw keuze.

  • Na het dilemma kan je in de volgende dia jouw keuze maken.
  • Jouw reden (argument) schrijf je in de dia die daarna komt.
  • Denk aan hoofdletters en leestekens.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive


Altijd vliegen om je hoofd.
Altijd bij het boodschappen doen je kliko mee.

Slide 5 - Sondage

Geef nu aan welke optie jij zou kiezen:
Je hebt altijd een zwerm vliegen om je hoofd.
OF
Je neemt altijd een kliko mee als je boodschappen doet.

Noteer vliegen of kliko en leg je keuze uit.

Slide 6 - Question ouverte

Schrijf iets op wat je de vorige les hebt onthouden.

Slide 7 - Carte mentale

Chronologisch & niet-chronologisch
Een verhaal noem je chronologisch als de gebeurtenissen in een verhaal worden verteld in de volgorde waarin ze ook hebben plaatsgevonden. 
Voorbeeld: Dagboek van Anne Frank

Een verhaal is niet-chronologisch als de schrijver de gebeurtenissen niet in de volgorde vertelt waarin ze ook gebeurd zijn. Dit kan door bijvoorbeeld midden in een verhaal te beginnen. De lezer komt er pas langzaam achter wat er gebeurd is.  
Voorbeeld: boeken van Mel Wallis de Vries

Slide 8 - Diapositive

Historische roman

Elk verhaal speelt zich af in een bepaalde tijd: in de toekomst, in het heden, enkele jaren geleden of bijvoorbeeld in de middeleeuwen. Soms is het niet meteen duidelijk in welke tijd dat is, maar dat kun je meestal afleiden uit bijzonderheden in het verhaal, zoals de aanwezigheid van ridders, een eerste televisie, een kolonie op Mars of de guillotine bij terechtstellingen.

Een historische roman bevat een verhaal dat zich in het verleden afspeelt. Vaak gaat het om echte gebeurtenissen of personen uit die tijd. Een schrijver kan zich dan strikt aan de feiten houden, maar hij kan ook vrij omspringen met de historische gebeurtenissen en personen. In elk geval zijn de meeste dialogen en gedachten van historische personen verzonnen.

Slide 9 - Diapositive

Historische roman
Chronologisch
Niet-chronologisch
Een verhaal dat zich afspeelt een lange tijd geleden. Vaak zijn er dingen in het verhaal die in het verleden ook echt gebeurd zijn.
Op volgorde van tijd, zoals de gebeurtenissen dus ook hebben plaatsgevonden.
"overmorgen-vandaag-morgen"

Slide 10 - Question de remorquage








Samen tekst 1 lezen

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag



Maak opdracht 2 t/m 5 van H2.1

Slide 12 - Diapositive

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter? Hoe ga je dat verbeteren?

Slide 13 - Question ouverte

Ik kan benoemen wat chronologisch en niet-chronologisch betekenen en
wat een historische roman is.

😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Sondage