Presenteren GD3

• Ned
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Presenteren

Leerdoelen

• Ik kan opnoemen waar een goede presentatie aan moet voldoen. 
• Ik kan een script schrijven.
• Ik kan een activerende presentatie (filmpje) geven.

Checklist maken

Maak een checklist voor een goede presentatie. 

Slecht en goed presenteren

Een paar filmpjes

Quiz over presenteren

Als je friemelt aan je haar is dat niet storend tijdens je presentatie.

1. Waar
2. Niet waar

Als je erg zenuwachtig bent en veel beweegt, kun je het beste een pen in je handen nemen bij het presenteren.

1. Waar
2. Niet waar

Als je met je handen praat, maak je gebruik van....

1. Verbale communicatie
2. Non-verbale communicatie

Het is handig om hele zinnen in je PPT te zetten wanneer je presenteert

1. Waar
2. Niet waar

Hoe zorg je het beste voor ''interactie'' met je publiek?

1. Oogcontact maken
2. Korte stiltes inbouwen
3. Rond wandelen
4. Vragen stellen aan je publiek

Voordat je gaat presenteren is het niet belangrijk om te weten...

1. Hoe je de boodschap op je publiek afstemt
2. Welk doel je wilt bereiken
3. Hoe veel mensen er precies zijn
4. Welk publiek je voor je hebt

Aspecten van goed presenteren

Beschouw de aspecten van goed presenteren, zoals oogcontact, lichaamstaal, spreektempo, tijdbeheer en inhoud.

1. Spreektempo
2. Stemgebruik
3. Lichaamstaal
4. Oogcontact
5. Goede inhoud

Bekende mensen presenteren

Bekijk video's van bekende mensen die presenteren. Let op hun presentatietechnieken.

Informerend presenteren

Leer hoe je informerend presenteert. Zorg voor heldere en duidelijke informatie.

• Een spreekbeurt

- Betrouwbare informatie

- Zakelijke toon/houding

Amuserend presenteren

Ontdek hoe je amuserend presenteert. Maak je presentatie leuk en boeiend.

• Verhaal vertellen

- Meeslepend vertellen

- Spanning op kunnen bouwen

- Pauzes op de juiste momenten (mogen soms langer of juist korter duren dan normaal)

Overtuigend presenteren

Leer hoe je overtuigend presenteert. Gebruik voorbeelden en tips.

• Betoog

- Standpunt

- Argumenten

 

Activerend presenteren

Ontdek hoe je activerend presenteert. Maak gebruik van interactie en betrokkenheid.

• Reclame of uitnodiging

- Enthousiasme

- Ken je publiek (wie spreek je aan en spreek ze aan op een manier die hen overtuigt)

Opdracht: Laat zien hoe je presenteert

1. We maken groepjes van vier. Elk lid kiest een doel: een overtuigende, activerende, informerende of amuserende presentatie.
2. Ieder geeft een presentatie van 1 minuten over een onderwerp dat bij je doel past
3. Voor deze presentatie schrijf je een script
4. Je moet op drie verschillende plekken hebben gefilmd. Dit verwerk je allemaal in je script.
5. Uiteindelijk film je elkaars ''presentatie'' en plakken jullie deze aan elkaar en sturen het filmpje als een geheel op. 
6. Geef elkaar feedback via het feedbackformulier (op papier)

Informerend, overtuigend , activerend en amuserend 

Een script schrijven

Opdracht: Laat zien hoe je presenteert

1. We maken groepjes van drie a vier. Elk lid maakt een presentatie van +- 1 minuut. 
2. Iedereen maakt een presentatie van +- 1 minuut
3. De presentatie heeft een activerend doel
4. Je kiest of je een product promoot of dat je een winkel promoot
5. Voor deze presentatie schrijf je eerst script. Wanneer het script klaar is en is goedgekeurd, mag je gaan filmen. 
6. Wanneer alles is gefilmd, plak je de filmpjes van je groepje achter elkaar en lever je het via Airdrop in. 
7. Geef elkaar feedback via het feedbackformulier (op papier)

De filmpjes!

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kun je verschillende vormen van presenteren herkennen.

• Aan het einde van de les kun je 3 van de 5 punten benoemen waar je aan moet voldoen bij een goede presentatie.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.