Les 5 Ruis

Les 5 sociale communicatieve vaardigheden

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Sociale vaardighedenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Les 5 sociale communicatieve vaardigheden

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik, ff opfrissen :)
We hebben het gehad over:
Meta communicatie
Congruent communiceren
Betrekkings en inhoud niveau ( De boodschap en hoe de boodschap wordt gebracht)

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Betrekkings niveau communicatie

"Ik word doodmoe van dat gezeur van je"

"Meestal begin jij met ruzie maken"

"Zullen we het centraal houden?" (in groepsgesprek)
inhoudsniveau communicatie

"Ik zou hier graag in alle rust met je over willen praten"

"Ik voel me niet fijn, als je zo fel reageert"

"Ik zou graag willen dat je me uit laat praten"

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Verbale en non-verbale communicatie op elkaar afstemmen ( congruent communiceren! )
  • De non-verbale communicatie ondersteunt de verbale communicatie
  • De non-verbale communicatie geeft weer hoe je tegenover de ander staat
  • De non-verbale communicatie vervangt het spreken
  • De non-verbale communicatie spreekt de verbale communicatie tegen

Misstanden in de communicatie zijn bijna altijd het gevolg van tegenstrijdige communicatie (non-verbaal versus verbaal).

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?
• Ruis voorkomen of beperken
• Interne ruis
• Externe ruis Opdracht
• Het referentiekader Opdracht

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruis?
Het komt vaak voor dat de communicatie wordt verstoord door ruis. Ruis is een probleem dat ontstaat tijdens de communicatie. Het ontstaat als de boodschap die je zendt aan de ontvanger wordt vervormd en daardoor anders aankomt bedoeld was.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kan na deze les
-Het onderscheid tussen interne en externe ruis omschrijven
-Benoemen wanneer jij ruis ervaart
- Bewust van je eigen referentie kader wat voor interne ruis kan creëeren 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een Voorbeeld
externe ruis

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht externe ruis
Maak twee rijen
Groep Roze en groep Geel

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeelden
interne ruis

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Straks krijgen jullie een heleboel cliënten op je stage plek. Je moet een overdracht geven over meneer Hmadouch

Succes!

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Interne ruis
Interne ruis is ruis die in de boodschap zelf zit. De zender kan bijvoorbeeld niet goed uit zijn woorden komen of de ontvanger denkt net even aan iets anders en is daardoor afgeleid.
Twee soorten: Semantische ruis en Psychologische ruis

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Anna loopt voor het eerst stage. Tijdens het inwerken wordt ze begeleid door Franklynn. Hij vraagt haar om bij de cliënt na te gaan welke appèlwaarde de activiteit heeft. Anna heeft hier nog nooit van gehoord. Ze begrijpt niet wat er van haar verwacht wordt. De boodschap van Franklynn is daardoor niet goed overgekomen.
A
Sprake van Externe Ruis
B
Sprake van Semantische ruis
C
Sprake van Psychologische ruis

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Alma is niet tevreden over de ondersteuning die ze krijgt. Ze wil dit bespreken met haar begeleider maar vindt dit erg eng. Door de zenuwen komt ze niet goed uit haar woorden en lukt het haar niet om haar punt duidelijk over te brengen.
A
Externe Ruis
B
Interne ruis
C
Psychologische ruis
D
Semantische Ruis

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruis voorkomen?
Om ruis zo veel mogelijk te voorkomen is het belangrijk dat je steeds controleert of de ander echt heeft begrepen wat jij bedoelde te zeggen. 
Je doet dit door controle vragen te stellen.  
1. Bedenk een vraag die je zou kunnen stellen.
Meta communicatie kun je ook toepassen om ruis te voorkomen of te beperken. 

Slide 16 - Diapositive

bijvoorbeeld “Is het duidelijk wat ik bedoel? Of "Heeft u nog iets van mij nodig?”. Op die manier kom je erachter of jouw boodschap wel of niet duidelijk was. Dit verbetert het communicatieproces tussen jou en de cliënt of het netwerk van de cliënt. Helaas gebeurt dit aak te weinig waardoor onnodig communicatiestoornissen ontstaan. Je kunt ook metacommuniceren over de ruis die je ervaart. "Ik heb het gevoel dat je er niet helemaal bij bent met je gedachten omdat je wordt afgeleid door je telefoon. Klopt dat?"
Geef een voorbeeld vraag van een controle vraag om ruis te beperken/ te voorkomen

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Meta communicatie helpt ook om ruis te voorkomen. Geef een voorbeeld van meta communicatie in de vorm van een vraag. tip: ik zie/merk dat ......

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarnemen versus interpreteren
Oefening 1: Wat is een waarneming?

Geef aan welke uitspraak uitsluitend een concrete waarneming is, en licht je antwoord toe.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarnemen/interpretatie
  • Theo is een agressieve kerel.
  • Jenny ging maandag een uur met lunchpauze.
  • Herman was onzeker tijdens zijn presentatie.
  • Mijn zoontje vindt die film heel saai.
  • Ans vroeg niet naar mijn mening tijdens de vergadering.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Teams opdracht interpretatie
In teams staat een opdracht klaar met 10 foto's van mensen uit de vorige eeuw.
Aan jullie de opdracht om op te schrijven wat je bij deze persoon denkt en waarom hij/zij beroemd is geworden.
Schrijf op wat je denkt op basis van 1 foto.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreken les
Maak de zin af:
Ik vond deze les .... Omdat .....

Wat ik meeneem uit deze les is ........

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions