Je kunt op een verbale manier feedback geven maar ook op een non verbale manier
Slide 8 - Tekstslide
Feedback op inhoudsniveau
Je vraagt meestal iets over de letterlijke inhoud van de boodschap.
Bijvoorbeeld:
Ik het begrijp het niet zou je me dit nog een keer willen uitleggen?
Slide 9 - Tekstslide
Feedback op betrekkingsniveau
Hier gaat het vaak over de manier waarop je iemand commentaar geeft
Deze manier van feedback ligt vaak wat gevoeliger en is afhankelijk van de relatie die je met iemand hebt
Slide 10 - Tekstslide
Regels voor feedback
1. Gebruik de ik-vorm (start met de ik-boodschap)
2. Beschrijf het gedrag zo concreet mogelijk en geef daar waar kan een voorbeeld
3. Kies het juiste moment
4. Geef bruikbare feedback
5. Beschrijf je gevoel, beschrijf het effect op jou
Slide 11 - Tekstslide
Besluitvorming
Als sportleider neem je vaak besluiten. Over je training, de opstelling of de aanschaf van materiaal. Een handig hulpmiddel hierbij kan het BOB- model zijn.
B = Beeldvorming
O = Oordeelvorming
B = Besluitvorming
Slide 12 - Tekstslide
Besluitvormingsmethoden
Slide 13 - Tekstslide
Wat is een gesprekstechniek
Fase 1: De aanloopfase
Fase 2: De planningsfase
Fase 3: De thema fase
Fase 4: De slotfase
Slide 14 - Tekstslide
Wat is een gesprekstechniek
Een gesprekstechniek bestaat uit:
Een bepaald doel
Een bepaald verloop of een bepaalde opbouw
Verschillende gespreksvaardigheden
De meeste gesprekken voer je zonder erbij na te denken en zonder voorbereiding.
Slide 15 - Tekstslide
Wat is een gesprekstechniek
Fase 1: De aanloopfase
Fase 2: De planningsfase
Fase 3: De thema fase
Fase 4: De slotfase
Koetjes en kalfjes, informeel
Verloop van het gesprek doornemen (rollen, doel, planning)
Het onderwerp wat aan bod moet komen
Afronding, gespreksresultaat, afspraken + social talk
Slide 16 - Tekstslide
Zet de fasen in de juiste volgorde. Zet de eerste fase bovenaan.
1
2
3
4
Slotfase
Planingsfase
Aanloopfase
Themafase
Slide 17 - Sleepvraag
De besluitvormingsmethoden kun je indelen naar tijd en naar acceptatie. Wat kun je zeggen over een eenmansbesluit?
A
Hoge snelheid van beslissing
B
Lage snelheid van beslissing
C
Hoge acceptatie
D
Je doet een consensus
Slide 18 - Quizvraag
De besluitvormingsmethoden kun je indelen naar tijd en naar acceptatie. Wat kun je zeggen over een unanimiteit?