3. Oplossingen en suspensies

3. Oplossingen en suspensies
Ga rustig zitten op je plek
Pak je boek en pen alvast op tafel
Ga op je iPad alvast in de LessonUp
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3. Oplossingen en suspensies
Ga rustig zitten op je plek
Pak je boek en pen alvast op tafel
Ga op je iPad alvast in de LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we leren?
Vorige les leerden we wat oplossingen en suspensies waren.

Deze les:
Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt scheiden door extraheren of filteren.

Slide 2 - Tekstslide

Oplossing of suspensie?
A
Oplossing
B
Suspensie

Slide 3 - Quizvraag

Oplossing: helder mengsel. Een vaste stof (bv. suiker) is helemaal opgenomen door een vloeistof (bv. thee).

Suspensie: een vloeibaar mengsel waarin kleine stukjes stof zweven. Daardoor is het troebel.

Slide 4 - Tekstslide

In beide gevallen is de gemengde stof niet verdwenen. Je kan het nog uit de vloeistof halen.

Je gaat dan stoffen van elkaar scheiden.

Dan kan bijvoorbeeld met een filter.

Slide 5 - Tekstslide

Welke mengsels kan je scheiden door te filtreren?
A
Suspensies
B
Oplossingen
C
Beide

Slide 6 - Quizvraag

In een oplossing zijn de opgeloste deeltjes zo klein, dat ze door het filter gaan.

Een suspensie kan je filtreren. De vloeistof gaat door het filter.
De stof die achterblijft heet het residu. De vloeistof heet het filtraat.

Slide 7 - Tekstslide

Oplosmiddel
Filtraat
Residu

Slide 8 - Sleepvraag

Soms wil je uit één stof alleen bepaalde eigenschappen halen.

Uit koffie wil je de geur, de kleur en de smaak, maar niet de prut.
Met heet water kan je die eigenschappen extraheren. Daarna filtreert het filter de troep uit het water.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Practicum 3 (vanaf blz. 81 in je boek).
Doel: je leert door te mengen en filtreren de twee verschillen tussen oplossingen en suspensies.

Doe de iPad dicht/aan de kant.
Pak je boek op de juiste pagina.
Neem de proef door terwijl ik spullen klaarzet.

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag
Hoe? Gebruik je boek. Volg de instructies van het proefje.
Met wie? Individueel of in duo's.
Hoe lang? Tijd tot het einde van de les.
Klaar?
Zet je gebruikte spullen netjes op de hoek van de tafel.
Begin aan je huiswerk: paragraaf 2.2, opdracht 2 t/m 5 en 8

Slide 11 - Tekstslide