Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 17 (11/03) wk 11 - OEFENLES PROEFWERK
1HV1 Première leçon
Les objectifs :
Ik kan de ww in de passé composé vervoegen.
Ik kan een zin eenvoudiger maken door een persoon of ding te vervangen door le, la, l' of les.
Le programme :
Herhaaling: bron D en H
Au travail
: oefentoets
Leçon 17
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
27 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
1HV1 Première leçon
Les objectifs :
Ik kan de ww in de passé composé vervoegen.
Ik kan een zin eenvoudiger maken door een persoon of ding te vervangen door le, la, l' of les.
Le programme :
Herhaaling: bron D en H
Au travail
: oefentoets
Leçon 17
Slide 1 - Tekstslide
j' (choisir = kiezen, passé composé)
passé composé
timer
0:15
A
sont choisi
B
as choisi
C
ont choisis
D
ai choisi
Slide 2 - Quizvraag
il (attendre = wachten, passé composé)
passé composé
timer
0:15
A
a attendru
B
a attendu
C
as atendu
D
a attendré
Slide 3 - Quizvraag
Elles (aller = gaan, passé composé)
passé composé
timer
0:15
A
sont allée
B
sont allé
C
sont allés
D
sont allées
Slide 4 - Quizvraag
Tu (manger = eten, passé composé)
passé composé
timer
0:15
A
as mangé
B
a mangé
C
est mangé
D
es mangé
Slide 5 - Quizvraag
Nous (faire= doen, passé composé)
passé composé
timer
0:15
A
avons fait
B
avons fairé
C
a fait
D
ont fait
Slide 6 - Quizvraag
Passé Composé: Ik ben geweest
timer
0:10
A
Je suis être
B
Je suis êté
C
J'ai été
D
J'ai être
Slide 7 - Quizvraag
Vervoeg de regelmatige ww op -ir,-er,-re:
Nous (prendre, passé-composé)
Je (parler, passé-composé)
Vous (choisir, passé-composé)
Slide 8 - Open vraag
Vervoeg de regelmatige ww van faire, être, avoir:
Il (faire, passé-composé)
Tu (être, passé-composé)
Elles (avoir, passé-composé)
Slide 9 - Open vraag
Vervoeg de onregelmatige ww met être als hulpwerkwoord:
Elles (arriver, passé-composé)
Nous (rester, passé-composé)
Je (m) (tomber, passé-composé)
Slide 10 - Open vraag
Bron D - Aanvulling passé composé
De voltooid deelwoorden "
comprendre
" en "
apprendre
" nemen dezelfde uitgang als "
prendre
" in
comprendre j'ai compris Ik heb begrepen
apprendre j'ai appris Ik heb geleerd
Slide 11 - Tekstslide
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
Je vais donner des fleurs à ma mère.
A
je
B
vais donner
C
des fleurs
D
à ma mère
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
Il va prendre une photo?
A
il va
B
prendre
C
une photo
Slide 13 - Quizvraag
In welke zin staat een lijdend voorwerp? (2 antw goed)
A
Elle a chanté avec elle à l'ecole.
B
Leo prend toujours un cappuccino.
C
Nous avons fait les devoirs de français.
D
Les deux filles sont grandes.
Slide 14 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Vous téléchargez le film.
A
Vous le téléchargez.
B
Vous la téléchargez.
C
Vous téléchargez le.
D
Vous téléchargez la.
Slide 15 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Mila connait la youtubeuse.
A
Mila le connait.
B
Mila la connait.
C
Mila les connait.
D
Mila l' connait.
Slide 16 - Quizvraag
Kies het lijdend voorwerp in de zin:
Je cherche mon stylo.
A
je
B
cherche
C
mon
D
mon stylo
Slide 17 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Je veux manger la pizza.
A
Je veux le manger
B
Je veux la manger
C
Je l' mange
D
Je la veux manger
Slide 18 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
J'écris
une lettre
A
Je lui écris
B
Je l'écris
C
J'écris le
D
Je le écrire
Slide 19 - Quizvraag
Wat is het lijdend voorwerp in onderstaande zin?
Nous voulons voir Jean.
A
nous
B
voulons
C
voir
D
Jean
Slide 20 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Je mets les vêtements.
A
Je le mets
B
Je la mets
C
Je l' mets
D
Je les mets
Slide 21 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Elle met le pantalon.
A
Elle le met
B
Elle la met
C
Elle l' met
D
Elle les met
Slide 22 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Je connais
le garçon
.
A
je le connais
B
je la connais
C
je l'connais
D
je les connais
Slide 23 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp:
Tu aimes le jus d'orange.
A
Tu le aimes
B
Tu la aimes
C
Tu l'aimes
D
Tu les aimes
Slide 24 - Quizvraag
Vervang het lijdend voorwerp.
On vend cette maison. (f)
A
On la vend.
B
On le vend.
C
On les vend.
D
On vend la.
Slide 25 - Quizvraag
Zelfstandig werk Chapitre 3 - deel H
1) Ga
naar de Grandes Lignes methode via Magister.
Kies
Hoofdstuk 3, bilan.
2) Maak
de bilan (oefentoets)
.
Klaar?
Oefen de woorden op studygo of slimstampen.
Slide 26 - Tekstslide
Les devoirs pour jeudi 13 mars
Neem je
B
boek, laptop en oortjes mee!
Wij beginnen met Chapitre 5: Au resto!
Slide 27 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
T3 herhaling ch3 (voor de eofentoets) - pc met avoir en ^etre + LD vwp vervangen en plaats
Februari 2025
- Les met
40 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
h3c intro chap 3
3 dagen geleden
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3V herhaling alles
April 2023
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Chapitre 3 Révision
10 dagen geleden
- Les met
38 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Passé composé - tout
Januari 2023
- Les met
51 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Passé composé - tout
Januari 2025
- Les met
51 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Chapitre 3 Révision
9 dagen geleden
- Les met
32 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
herhaling grammatica 3 mavo toetsweek 2
Januari 2022
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3