Aan het einde van deze workshop kun je de kenmerken van een haiku, sonnet en acrostichon benoemen en zelf een gedicht maken met behulp van tijdschriften, kranten, schaar en lijm.
Slide 2 - Tekstslide
Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen kunnen doen en leren.
Wat is een haiku?
Een haiku is een kort Japans gedicht van drie regels, bestaande uit 5, 7 en 5 lettergrepen.
Een haiku beschrijft vaak de natuur en heeft een seizoensgebonden thema. Het heeft geen rijm of titel.
Slide 3 - Tekstslide
Leg de definitie van een haiku uit en bespreek de structuur ervan.
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een sonnet?
Een sonnet is een gedicht bestaande uit 14 regels, meestal verdeeld in vier strofen.
Een voorbeeld: we lezen het sonnet samen, bespreek in twee/drietallen wat jullie als kenmerken zien/herkennen.
Slide 5 - Tekstslide
Leg de definitie van een sonnet uit en bespreek de structuur ervan.
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Sonnet
Definitie van sonnet. Een sonnet is een rijmend gedicht van 14 regels. In een sonnet zit meestal een wending. Deze wending zit vaak net over de helft of tegen het einde van het sonnet.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een acrostichon?
Een acrostichon is een gedicht waarbij de eerste letter van elke regel samen een woord of naam vormt.
Een acrostichon kan een persoonlijk gedicht zijn waarbij elke regel begint met een letter van je eigen naam. Het kan ook een thematisch gedicht zijn.
Slide 8 - Tekstslide
Leg de definitie van een acrostichon uit en bespreek de structuur ervan.
Zachtjes valt de regen uit de hemel neer
Onder een paraplu loop ik, dicht bij jou
En samen dansen we in de plassen weer
Nooit zal ik vergeten hoe jij naar me lacht
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Zelf een gedicht maken:
Gebruik tijdschriften, kranten, een schaar en lijm om zelf een gedicht te maken. Kies een van de drie vormen en laat je creativiteit de vrije loop!
Kies woorden die je aanspreken en knip/scheur deze uit. Kijk naar afbeeldingen en ook hier geldt, zie je iets wat je inspireert, knip ze uit en gebruik ze.
Dicht en verzin en associeer en speel met de woorden, totdat je klaar bent om te plakken.
Haiku: 5-7-5, natuur, geen rijm
Acrostichon: ZOEN, naamgedicht of themagedicht
Sonnet: 14 regels, rijmschema: abba abba cdc dcd of abba/abba/cde/cde,
octaaf (of twee kwatrijnen) en een sextet (of twee terzinen) , omslag/chute/val na octaaf
Slide 10 - Tekstslide
Geef de leerlingen instructies over hoe ze zelf een gedicht kunnen maken met behulp van tijdschriften, kranten, schaar en lijm.