2. Je kunt in eigen woorden uitleggen wat waarden en normen zijn en hoe die samenhangen
3. Je kunt uitleggen wat moraal is
4. Je kunt het verschil benoemen tussen een groepsmoraal en een individuele moraal
5. Je weet wat een waardenhierarchie is en kunt dit uitleggen aan de hand van je eigen
waardenhierarchie
6. Je kunt de verschillende conflicterende waarden in uit een ethisch dilemma halen
7. Je kunt een norm noemen bij een waarde en
omgekeerd