§1.2/ 1.3 Niet ieder inkomen is hetzelfde/ budgetlijn

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Even nakijken

Kijk het huiswerk na.

Paragraaf 1.2

Inkomsten en uitgaven.

Programma

• Terugblik §1.1 (5 min.)
  
• Uitleg §1.2 (5 min.)
• Groeifactor berekenen (10 min.)
• Opdrachten maken (35 min.)
• Afsluiting (5 min.)

Terugblik §1.1

Wat heb je te besteden?

Paragraaf 1.2

Periode berekeningen

Maandbedrag = weekbedrag x 52 : 12

Weekbedrag = maandbedrag x 12 : 52

Er zitten geen 4 weken in een maand!!!

4 kwartalen 

12 maanden

52 weken

365 dagen

Procentuele stijging of daling

Verandering in % = nieuw - oud x 100

                             oud

Voorbeeld: vorig jaar kostte een product 6,-. De prijs stijgt naar 7,50. Wat is de procentuele verandering?

Antwoord

7,50 - 6  x 100 = 25%

      6

De prijs is met 25% gestegen.

Budget

- Tastbare middelen

- Tijd 

Tastbare middelen zijn alle goederen en geld waar iemand over beschikt, want voor dat geld kun je extra middelen kopen.

Productcombinaties: Op een vrije zaterdagochtend kun je bijv. eerst twee uur uitslapen of twee uur gaan sporten. Zo ontstaan er combinaties van middelen waar je het budget aan uitgeeft. 

Budgetlijn: Deze lijn geeft alle mogelijke productcombinaties die de maximaal kunt kopen met een bepaald budget. De budgetlijn laat zo zien welke productcombinaties binnen een budget passen en welke niet.

Opdrachten §1.2/1.3

Maken deze les:

• Opdracht 25 t/m 35 blz. 24 t/m 29.

Wat ga je doen als je klaar bent?

• Ander vak