2vm lezen hoofstuk 5 opdracht 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

2vm

Lezen hoofdstuk 5 opdracht 3

Lezen hoofdstuk 5

Pak je boek erbij op bladzijde 234 of lees tekst 6 in de slides hieronder. 

Beantwoord de vragen in de volgende slides. 

Heb je een vraag fout? Maak hem dan opnieuw om te kijken of het nu wel goed is. 

Ben je klaar? Laat dat in de meet aan mij weten

2. Welke manieren gebruikt de schrijver om de tekst in te leiden?

1. het onderwerp aankondigen
2. de schrijver vertelt een kort verhaaltje
3. de schrijver stelt één of meer vragen
4. de aanleiding van het schrijven noemen

3.a Welke verbindingsmanier gebruikt de schrijver tussen de inleiding en de tweede alinea? (blz. 232 in boek)

1. Herhaling
2. Door het gebruik van een signaalwoord
3. Door overgangszinnen met een verwijzing
4. Door aankondigende zinnen

3.b Door welk woord/welke woorden zie je dat hij deze verbindingsmanier gebruikt?

4.a Wat is het deelonderwerp van alinea 2?

4. b. Past het kopje 'lopen over water' goed boven alinea 2? Leg je antwoord uit.

5. Schrijf de kernzin van alinea 2 op.

6. Welke verbindingsmanier gebruikt de schrijver tussen de tweede en derde alinea? (blz. 232 in boek)

1. Herhaling
2. Door gebruik van een signaalwoord
3. Door overgangszinnen met een verwijzing
4. Door aankondigende zinnen

6. B Door welk woord/welke woorden zie je dat hij deze verbindingsmanier gebruikt?

7. Schrijf de kernzin van alinea 3 op.

8. 'Vervolgens hebben de ingenieurs deze techniek toegepast op hun robot.'
Deze zin is onderdeel van een opsomming. Bij welke zin uit alinea 2 is deze zin een opsomming? Leg uit