G4BE1_ H3 - 3

Bedrijfseconomie G4
Verder H3
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bedrijfseconomie G4
Verder H3

Slide 1 - Tekstslide

Voorspelbaar gedrag?
De les is begonnen, als ik ben begonnen (programma op bord geschreven). 
Te laat? Haal een groene kaart.

Iedereen heeft materiaal mee, eigen device, dat werkt en opgeladen is. 
Verder heb je pen & papier mee (schrift voor dit vak of klapper met 
ringband papier). Wie schrijft die blijft? (niet in orde: 'boeken vergeten' in Magister.)

Telefoon is opgeborgen, mag in de 'telefoontas'. Zie ik je mobiel wel? 
Zonder mopperen inleveren, einde van de lesdag van docent terug.
(Alles op je device mag, indien passend bij les)


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen

Na vandaag, 
weet je:





Spoorboekje

  • Voorspelbaargedrag (pen/papier?!)
  • Even wat vragen als opwarmer
  • HW: H3 Learnbeat: C,D,E

  • Presenteren is te leren (AEX Fonds?)

  • H4 Learnbeat: A,B,C
  • Leerdoelen check





Slide 3 - Tekstslide

Het uurloon van een ingehuurde zzp-er vallen onder
A
Kosten van gebouwen
B
Kosten van arbeid
C
Kosten van diensten van derden
D
Geen van deze kostensoorten

Slide 4 - Quizvraag

Een hypothecaire lening gebruik je bij voorkeur om het volgende te betalen
A
Voorraad goederen
B
Machines die maximaal 5 jaar meegaan
C
Het wagenpark van de onderneming
D
De aanschaf van het bedrijfspand

Slide 5 - Quizvraag

Op een resultatenrekening staan
A
de opbrengsten en kosten
B
de ontvangsten en uitgaven
C
de bezittingen
D
het eigen vermogen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een balans?
A
De balans geeft de bezittingen, schulden en eigen vermogen op een bepaald moment weer
B
De balans geeft de bezittingen, schulden en eigen vermogen over een bepaalde periode weer
C
Een balans is een overzicht van kosten en opbrengsten op een bepaald moment
D
Een balans is een overzicht van kosten en opbrengsten over een bepaalde periode

Slide 7 - Quizvraag

Op de liquiditeitsbegroting staan de verwachte .....
A
Opbrengsten en kosten
B
Ontvangsten en uitgaven
C
Winsten en verliezen

Slide 8 - Quizvraag

In welke begroting schrijf je hoeveel geld je nodig hebt om je bedrijf te starten.
A
Resultaten begroting
B
Investeringsbegroting
C
Liquiditeitsbegroting
D
Privé begroting

Slide 9 - Quizvraag

Wat staat niet op de liquiditeitsbegroting?
A
Winst
B
Inkomsten
C
Beginsaldo
D
Eindsaldo

Slide 10 - Quizvraag

Presenteren is te leren
Kpn, Min Hue

Verdeling presentaties AEX Fondsen?
Wie is de Sjaak, volgende keer?

Slide 11 - Tekstslide

H3
Verandering EV door resultaat
Kosten, betalingen en permantie

Slide 12 - Tekstslide

Opgaven maken
3 C D E

timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen: check?
Leerdoelen afvinken?


Tot de volgende les!



Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

afschrijven
Boekhoudkundige waardevermindering van duurzame productiemiddelen (DPM) door gebruik of het verstrijken van de tijd.

Slide 16 - Tekstslide

Je schrijft af op aanschafprijs en installatiekosten

Slide 17 - Tekstslide

technische levensduur:


Periode waarin het productiemiddel functioneert.
economische levensduur:


Periode waarin het verstandig is om het productiemiddel te gebruiken
(onderhoudskosten, nieuwe apparatuur)


Slide 18 - Tekstslide

Hoe bereken je de afschrijving per jaar?

A = aanschafwaarde (+ installatiekosten)
R= restwaarde (- sloopkosten)
n = economische levensduur

nAR

Slide 19 - Tekstslide

Mutatiebalansen
Zoals je hebt gezien gaan er balansposten veranderen 

Als je steeds de balans zou moeten aanpassen --> veel schrijfwerk

Daarom mutatiebalansen: geeft alleen aan welke balansposten veranderen en met hoeveel

Wat betekent 'mutatie'? 

Slide 20 - Tekstslide

Mutatiebalans 'debiteuren'
Debiteuren: klanten die nog geld moeten betalen (aan Ewout) 
Als er staat: 'klanten betalen op rekening' betekent het ook dat ze nog moeten betalen = debiteuren

Het behoort bij vlottende activa --> vaak moeten klanten wel binnen 1 jaar betalen

Waarom staat het aan de debetzijde (bezittingen)? 

Slide 21 - Tekstslide

Lening
Over een lening moet je rente betalen 
Maar je moet de lening ook in delen terugbetalen: aflossing

Rente zijn 'kosten' die je extra moet betalen op een lening ("lenen kost geld") en laten je eigen vermogen dus dalen

Aflossing is het terugbetalen van je lening > geen 'kosten', laat dus niet je eigen vermogen dalen, maar het vreemd vermogen 

Slide 22 - Tekstslide

Hoofdstuk 4
De financien in balans

Slide 23 - Tekstslide