In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Werk in stilte aan de startopdracht
Slide 1 - Tekstslide
SE II
Thema 5 gaswisseling
Thema 6 transport
+
Poster over thema 4 (basisstof 1 t/m 3)
Slide 2 - Tekstslide
antwoord startopdracht op de volgende drie dia's
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Borstholte
In het rood: Middenrif
Het middenrif is een gespierd vlies. Onder het middenrif = buikholte Boven middenrif= borstholte
Het middenrif kan ontspannen en aanspannen, op die manier kunnen de longen vol of leeg lopen = ademen
Slide 6 - Tekstslide
Dan volgt nu nieuwe lesstof
Slide 7 - Tekstslide
Boek 4B T5 Gaswisseling
Definitie:
Gaswisseling is het opnemen van zuurstof en het afgeven van koolstofdioxide
Slide 8 - Tekstslide
Samen lezen
4B thema 5 paragraaf 1
Docent wijst aan wie een stukje voor leest, de rest leest mee.
Slide 9 - Tekstslide
T5 BS1 Gaswisseling
Inademen kan het beste door de neus, omdat
Neusharen tegen grove stofdeeltjes
Slijm tegen kleine stofdeeltjes en ziekteverwekkers en maakt de lucht vochtig.
Bloed verwarmt de lucht.
Reukzintuig waarschuwt bij gevaar
Slide 10 - Tekstslide
T5 BS1 Gaswisseling
Neusslijmvlies bestaat uit slijmvlies en trilhaarcellen.
De trilhaarcellen verplaatsen het slijm naar de keelholte ,
luchtpijp en de bronchiën bevatten kraakbeenringen.
luchtpijp, de bronchiën en de luchtpijptakjes bevatten slijmvlies
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
T5 BS1 Gaswisseling
Maak opdracht 1, 2, 4, 6 en 8
Maak zelf 5 flitskaarten van paragraaf 1, laat deze zichtbaar op je tafel liggen
Oefen met je schoudermaatje jullie flitskaarten.
timer
15:00
Slide 13 - Tekstslide
T5 BS2 in- en uitademen
Slide 14 - Tekstslide
Samen lezen
4B thema 5 paragraaf 2
Docent wijst aan wie een stukje voor leest, de rest leest mee.
Slide 15 - Tekstslide
T5 BS2 in- en uitademen
Slide 16 - Tekstslide
T5 BS2 in- en uitademen
Slide 17 - Tekstslide
T5 BS2 Gaswisseling
Maak opdracht 15, 16 en 18
Maak zelf 5 flitskaarten van paragraaf 2, laat deze zichtbaar op je tafel liggen
Oefen met je schoudermaatje jullie flitskaarten.
timer
15:00
Slide 18 - Tekstslide
Waarom kan je het beste door je neus inademen?
A
De lucht wordt warm gemaakt.
B
Je kan gevaarlijke stoffen ruiken.
C
De lucht wordt schoongemaakt.
D
Dan kan je je niet verslikken.
Slide 19 - Quizvraag
De goede volgorde is...
A
Luchtpijp, bronchiën, longblaasjes
B
Luchtpijp, longblaasjes, bronchiën
C
Bronchiën, luchtpijp, longblaasjes
Slide 20 - Quizvraag
Waardoor gaat de gaswisseling in de longen snel?
A
Groot oppervlak van de longblaasjes
B
Dunne wand van de longblaasjes
C
Groot oppervlak van de longblaasjes en een dunne wand longblaasjes
D
Dunne wand longblaasjes en snel in en uit ademen
Slide 21 - Quizvraag
Ribademhaling heet ook wel
A
Middenrifademhaling
B
Borstademhaling
Slide 22 - Quizvraag
Je hebt twee soorten ademhaling, borst- en buikademhaling. Bij welke ademhaling speelt de middenrif een grote rol?
A
Borstademhaling
B
Buikademhaling
Slide 23 - Quizvraag
Ademhaling gaat altijd in een bepaalde volgorde. Welke volgorde is juist? 1 Lucht stroomt naar binnen. 2 De borstkas wordt vergroot. 3 De borstkas wordt verkleind. 4 Lucht stroomt naar buiten. 5 Er wordt zuurstof in het bloed opgenomen.
A
1 - 2 - 4 - 5 - 3
B
1 - 2 - 5 - 3 - 4
C
2 -1 - 4 - 3 - 5
D
2 - 1 - 5 - 3 - 4
Slide 24 - Quizvraag
Schoolwerk
L: 5.1 en 5.2
LZ: 5.1 t/m 5.4
M:
5.1: 1, 2, 4, 6 en 8 in je WB
5.2: 15 , 16 en 18 in je WB
Maak bij iedere paragraaf 5 flitskaartjes (in de les al af?)