11.4 Vetten verteren en verwerken

Deze les:
- Mededelingen belangrijke data
- Bespreken opdrachten 11.3
- Bespreken 11.4: Vetten verteren en verwerken






1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Deze les:
- Mededelingen belangrijke data
- Bespreken opdrachten 11.3
- Bespreken 11.4: Vetten verteren en verwerken






Slide 1 - Tekstslide

Belangrijke data
Practicum enzymwerking:
     - inleveren voorbereidingsfase: 4/10
     - uitvoeren practicum: 10/10
     - inleveren verslag: 25/10

Toets H11 (p11.1 tm 11.5):
     - 17/10

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 11.3
  • Je kunt uitleggen hoe enzymen werken, het verband tussen vorm en functie uitleggen en de naamgeving beschrijven.
  • Je kunt de invloed van temperatuur en de pH op de snelheid van een enzymreactie uitleggen aan de hand van optimumkrommen.
            - bespreken opdracht 41
  • Je kunt de vertering van macromoleculen en de invloed die pH daarop heeft beschrijven.
           - bespreken opdracht 40




Slide 3 - Tekstslide

vr 41
Verklaar het verschil

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 11.4: Vetten verteren en verwerken

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoel 11.4
10. Je beschrijft de vertering van vetten door lipase en de bijdrage van gal daaraan
11. Je beschrijft de bouw van de lever en de aan- en afvoer van stoffen

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Waarvoor heb je vetten nodig?
Je hebt elke dag vet nodig: 

  • Je lichaam zet vetten uit je voeding om in energie
  • ​Vetten zijn nodig als bouwsteen voor je cellen, hormonen en gal
  • Voor het opnemen van vitamine A, D, E en K uit je voeding is vet nodig 
  • Een laagje vet beschermt je tegen kou
  • Een laagje vet rond je organen en zenuwcellen beschermt tegen   beschadiging

Slide 9 - Tekstslide

Verzadigd/onverzadigd vet
Verzadigd vet:
- "Ongezond"; meer kans op 'dichtslibben' aders. Vooral bij dierlijke vetten. Hebben geen dubbele bindingen.
Onverzadigd vet:
- "Gezond"; Zorgen voor daling cholesterol. Hebben één of meer dubbele bindingen.

Slide 10 - Tekstslide

Vetvertering
Eigenschappen van vetten:

Hydrofiele glycerol kop
Hydrofobe vetzuurstaarten

Apolair:
lading is gelijkmatig verdeeld
Glycerol - Vetzuurstaarten

Slide 11 - Tekstslide

Vetvertering - enzym






Zie BINAS 82G


Slide 12 - Tekstslide

vanuit de lever

Slide 13 - Tekstslide

vetvertering
Vetten zijn niet oplosbaar in water.
Vetten zijn apolair, water is polair  => Emulsie




Galzouten zijn emulgator
=> kleine druppeltjes vet, blijft een emulsie

Emulgeren is niet verteren 
en gal is geen enzym!!!

Slide 14 - Tekstslide

Gal
Wordt gemaakt in de lever (van cholesterol).
En opgeslagen in de galblaas.
Afgegeven in de 12-vingerigedarm.

Bevat galzure zouten/galzouten + billirubine (afbraakproduct hemoglobine = gele kleurstof)

Slide 15 - Tekstslide

Galproductie 
Galzure zouten worden voor 
90% geresorbeerd in de darm
en komen weer via de 
poortader in de lever terecht.





Slide 16 - Tekstslide

Gal - bilirubine
Er zit nog een stof in gal: bilirubine.

Bilirubine wordt in de lever gemaakt bij het afbreken van hemoglobine uit rode bloedcellen.

Bilirubine wordt door darmbacteriën in de dikke darm afgebroken tot een bruine kleurstof.

Slide 17 - Tekstslide

vetvertering
In de 12-vingerige darm: gal en alvleeskliersap erbij
Galzouten = emulgator
Alvleessap en dunne darmwand 
 lipase = enzym
 triglyceriden => losse  vetzuren en glycerol

Galzouten worden weer opgenomen in dunne darm (recyclen)


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Maken opdrachten
- 11.4 opdrachten bij leerdoel 10 (43 t/m 49)

Slide 20 - Tekstslide

Deze les:
- Afronden 11.4: Vetten verteren en verwerken
- Bespreken 11.5: Opname van voedingsstoffen

Voorbereiden toets H11 (17/10)
- Opdrachten afmaken + controleren (classroom)
- D-toets (Classroom)
- Examentrainer (boek)





Slide 21 - Tekstslide

Leerdoel 11.4
10. Je beschrijft de vertering van vetten door lipase en de bijdrage van gal daaraan
         - vragen over opdrachten 43 t/m 49?
11. Je beschrijft de bouw van de lever en de aan- en afvoer van stoffen

Slide 22 - Tekstslide

De lever

Slide 23 - Tekstslide

Functies van de lever
  • Vorming van gal. 
  • Koolhydraatstofwisseling. 
  • Eiwitstofwisseling. 
  • Vetstofwisseling. 
  • Ontgiften en reinigen. 
  • Opslag.
           - Vetten
           - Aminozuren
           - Vitamines
           - Mineralen

Slide 24 - Tekstslide

Opbouw van de lever
De lever bestaat uit leverlobjes:
- Levercellen
- Centrale ader ( afvoer van bloed naar de leverader)
- Aanvoer van bloed (poortader en leverslagader)
- Afvoer van gal (galgang)

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Lever - bouw

Slide 27 - Tekstslide

Zelf aan de slag
- 11.4 opdrachten bij leerdoel 11 (50 t/m 53) 

- 10 minuten, daarna verder met 11.5

Slide 28 - Tekstslide