V4 - Herhaling Vraag & aanbod H1 t/m H3

Toetsvoorbereiding TW3
Herhaling H1 t/m H3
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Toetsvoorbereiding TW3
Herhaling H1 t/m H3

Slide 1 - Tekstslide

H1: Markten
  • Verschil tussen abstracte en concrete markten
  • Voorbeelden van markten (goederen/dienstenmarkt, arbeidsmarkt, vermogensmarkt, valutamarkt)
  • Budgetonderzoek 
  • Omzet = prijs x afzet --> in indexcijfers: 
    indexcijfer omzet = (indexcijfer prijs x indexcijfers afzet)/100
Goede oefenopgaves:
- 1.3 en 1.7

Slide 2 - Tekstslide

Abstracte markt
Concrete markt
Vragers en aanbieders komen direct met elkaar in contact
Vragers en aanbieders ontmoeten elkaar op bepaalde tijden
Er is geen plaats waar vragers een aanbieders elkaar ontmoeten.
Vlooienmarkt
Oliemarkt
Automarkt

Slide 3 - Sleepvraag

H2: Vraag, op zoek naar een spijkerbroek
§1:
  • Individuele vraagfunctie
  • Verschuiving van de vraaglijn en langs de vraaglijn
  • Van een individuele naar collectieve vraagfunctie
Goede oefenopgaves:
Opgave 4, 5, 6, 14, 15, 22, 25 en 27 
Zelftest

Slide 4 - Tekstslide

H2: Vraag, op zoek naar een spijkerbroek
§2/3/4:
  • Prijselasticiteit van de vraag (Ev)

  • Inkomenselasticiteit (Ey of Ei)

  • Kruiselingse prijselasticiteit (Ek)
Goede oefenopgaves:
Opgave 4, 5, 6, 15, 22, 25, 27 en 28
Zelftest

Slide 5 - Tekstslide

Prijselasticiteit
Relatief inelastische vraag
Relatief elastische vraag
Volkomen inelastische vraag
Primaire goederen
Luxe goederen

Slide 6 - Sleepvraag

Kruiselingse-
prijselasticiteit
Complementaire goederen
Substitutiegoederen
Geen verband tussen goederen

Slide 7 - Sleepvraag

Inkomenselasticiteit
Luxe goederen
Inferieurie goederen
Indifferente goederen
Noodzakelijke goederen

Slide 8 - Sleepvraag

Gegeven is de volgende vraagfunctie:
Qv = -500P + 80.000. De prijs stijgt van 40 naar
44 euro. Bereken de prijselasticiteit:
timer
3:00

Slide 9 - Open vraag

De vraag naar dit product is...
A
Elastisch
B
Inelastisch

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer de prijselasticiteit -5 is en de prijs stijgt met 10%. Dan zal de omzet?
A
Stijgen
B
Dalen

Slide 11 - Quizvraag

H3: Productie van een spijkerbroek
Bedrijfskolom 
  • Specialisatie, parallellisatie, integratie, differentiatie
  • Transactiekosten
Goede oefenopgaves:
Opgave 2, 7, 9, 11, 18, 26, 30, 31, 32
Zelftest


Slide 12 - Tekstslide

Integratie
Specialisatie
Parallelisatie
Differentiatie

Slide 13 - Sleepvraag

H3: Productie van een spijkerbroek
  • Variabele kosten, constante kosten, totale kosten, gemiddelde kosten (zie tabel aan het eind van het hoofdstuk!)
  • Progressief (GVK stijgt bij meer productie), degressief (GVK daalt bij meer productie), proportioneel
    variabele kosten (GVK blijft gelijk bij meer
    productie)

Slide 14 - Tekstslide

Marco wil een bedrijfje beginnen.
Voordat hij start verzamelt hij alle gegevens, zodat hij met een break-even-analyse de risico’s kan inschatten:
De consumentenprijs van zijn product is € 24,78.
De inkoopprijs van dit product is € 8,50, De totale constante kosten schat hij op € 6.800, De overige variabele kosten per product schat hij op € 11
Van capaciteitsproblemen denkt hij geen last te hebben. Stel de TO functie op:

Slide 15 - Open vraag

Marco wil een bedrijfje beginnen.
Voordat hij start verzamelt hij alle gegevens, zodat hij met een break-even-analyse de risico’s kan inschatten:
De consumentenprijs van zijn product is € 24,78.
De inkoopprijs van dit product is € 8,50, De totale constante kosten schat hij op € 6.800, De overige variabele kosten per product schat hij op € 11
Van capaciteitsproblemen denkt hij geen last te hebben. Stel de TK functie op:

Slide 16 - Open vraag

H3: Productie van een spijkerbroek

  • Kostendekking (TO = TK), break-evenafzet, break-evenomzet
  • Maximale winst: marginale analyse
  • MO = MK
  • MVO: people, planet en profit

Slide 17 - Tekstslide

Marco wil een bedrijfje beginnen.
Voordat hij start verzamelt hij alle gegevens, zodat hij met een break-even-analyse de risico’s kan inschatten:
De consumentenprijs van zijn product is € 24,78.
De inkoopprijs van dit product is € 8,50, De totale constante kosten schat hij op € 6.800, De overige variabele kosten per product schat hij op € 11
Van capaciteitsproblemen denkt hij geen last te hebben. Bij welke afzet draait hij break-even?

Slide 18 - Open vraag

Neem de grafiek over en arceer de omzet wanneer er break-even wordt gedraaid

Slide 19 - Open vraag

Bij welke afzet is de winst
maximaal?
A
Geel
B
Paars
C
Groen

Slide 20 - Quizvraag

Maximale winst arceren

Slide 21 - Tekstslide

Maximale winst berekenen
1. Bepaal MO en bepaal MK (meestal gegeven)

MO = extra opbrengst als je 1 product meer verkoopt
te bepalen door de afgeleide van TO te nemen

MK = extra kosten als je 1 product meer verkoopt
te bepalen door de afgeleide van TK te nemen

Slide 22 - Tekstslide

Gegeven: TO = 16q. Bepaal MO. Noteer je antwoord als MO = ...

Slide 23 - Open vraag

Maximale winst berekenen
2. Stel MO en MK aan elkaar gelijk. Dan weet je bij welke afzet de winst maximaal is.

Slide 24 - Tekstslide

Gegeven: MO = 16 en MK = q + 4. Bij welke afzet is de winst maximaal?

Slide 25 - Open vraag

Gegeven is: TO = 16q en TK = 0,5q^2 + 4q. Winst is maximaal als q = 12. Hoeveel is de maximale winst?

Slide 26 - Open vraag

Aan de slag
- Leren voor de toets, bijvoorbeeld door:

- de samenvattingen door te nemen + daarna te oefenen
- Lastige opgaves opnieuw te maken
- Oefentoets te maken (zie ook studiewijzer)

Slide 27 - Tekstslide

Ik denk dat ik voor deze toets een .... ga halen
110

Slide 28 - Poll