Etiquette les 1

Welkom in LEO
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EtiquetteMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom in LEO

Slide 1 - Tekstslide

Etiquette lunch
Doel van de les/lunch
Na deze lunch weet de student wat etiquette is en kan de student basis-etiquette regels toepassen
Na deze lunch is de student bekend met de etiquette-regels in een restaurant zetting 

Slide 2 - Tekstslide

Wie ben ik?
Kevin Ramlal 
En wie zijn jullie? 
Geef elkaar een goede handdruk

Slide 3 - Tekstslide

Waar denk jij aan bij het woord etiquette?

Slide 4 - Woordweb

Waarom etiquette?
  • Rekening houden met gevoelens van anderen en met de gebruiken in een samenleving
  • Cultuurgebonden beleefdheidsregels en omgangsvormen
  • Etiquetteregels zijn er om de samenleving te vergemakkelijken, mensen weten waar ze aan toe zijn en wat er van ze wordt verwacht
  • Het helpt om ongemakkelijke situaties te voorkomen!

Slide 5 - Tekstslide

GIJ ZULT NIET:
  • Je jas en pet aanhouden
  • Vloeken 
  • Roepen of schreeuwen tijdens de lunch
  • Kauwgom kauwen
  • Niet luisteren naar elkaar
  • Door elkaar heen praten
  • Aan tafel je mobiel gebruiken (wel als het aangegeven wordt)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Ontstaan Etiquette
Etiquette komt uit het Frans, waar het eerst de inkerving in een stok betekende en later opschrift op een voorwerp. 

Aan het hof van Filips de Goede kregen de bezoekers de hofregels op een kaartje (een etiquette), zodat ze geen fouten zouden maken. Via deze kaartjes met gedragsregels werd etiquette het woord voor gedragsregels.

Slide 8 - Tekstslide

De opgedekte tafel 
Wat te doen met......
  • Servet
  • Glaswerk
  • Bestek 
  • Boter 
  • Brood 
  • Zout en peper 

Slide 9 - Tekstslide

Tussen de gangen door!
Ellebogen van tafel
Servet op schoot 

Slide 10 - Tekstslide

Hier een rijtje met aandachtspuntjes:
Eet niet met je handen maar met het bestek, het ligt er niet voor niets.
Zit rechtop, niet met je ellebogen op tafel.
Leg je servet op schoot, stop het nooit in je boord.
Niet blazen in de soep, niet prakken op je bord, niet je bord leegschrapen.
Niet zwaaien of wijzen met je bestek.
Niet slurpen, niet smakken.
Geen boeren en winden laten, niet in je neus peuteren of  haren kammen.
Klaar met eten? Leg dan je bestek dwars over je bord

Slide 11 - Tekstslide

Wat zegt je bestek?

Slide 12 - Tekstslide

Eetgewoontes rond de wereld  
  • handen eten
  • soep slurpen (China)
  • Alleen met vork eten (USA)
  • eten met stokjes (Azië) 
  • boeren aan tafel (China)
  • debarrasseren als nog niet iedereen klaar is (Duitsland)
  • laat nooit blijken als je iets vies vindt 

Slide 13 - Tekstslide

wat mag je eten met je handen?
  • gamba's
  • oesters
  • kreeft
  • artisjok
  • brood
  • fruit
  • vlees met botjes (kip)
  • kaviaar 

Slide 14 - Tekstslide

De vinger bowl 
Gebruik je om je handen schoon te maken na het eten van bijvoorbeeld scampi of kip. 
De citroen knip je niet!

Rol van Charles III 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Kledingvoorschriften/ Tenue de Ville
Tenue de Ville is een nette dresscode voor overdag, die vaak wordt gebruikt bij bruiloften, openingen of buitenfeesten.

Slide 17 - Tekstslide

Tenue de ville
ROK MAXIMAAL 10 CM BOVEN DE KNIE OF OVER DE KNIE
GEEN JEANS MET GATEN, RAFELS, BLEEKVLEKKEN 
GEEN KORTE BROEKJES, GEEN ‘CROP TOPS’, OF ANDERE TOPS WAARBIJ DE BLOTE BUIK/RUGZICHTBAAR IS
GEEN TRANSPARANTE STOFFEN, WAARBIJ EEN DECOLLETÉ ZICHTBAAR IS. 
GEEN GAAS KLEDIJ
GEEN DECOLLETÉ IN BLOESJES, HEMDEN, SHIRTS 
GEEN (SPORT)SLIPPERS 
GEEN PETTEN, HOODIES

Slide 18 - Tekstslide

Black tie/White tie

Slide 19 - Tekstslide

Het tuxedo/smoking 
Het tuxedo, voor het eerst verschenen in 1887 in Engeland en wat later, in 1889, waaide de trend over naar de Verenigde Staten. De naam tuxedo komt van origine uit Amerika, Tuxedo was de naam van een rijkenenclave in New York waar het pak veel werd gedragen

Slide 20 - Tekstslide

Eigen kleding:
Geef elkaar punten voor je kleding

Nette schoenen: 2 punten
Nette pantalon/rok: 2 punten
Nette blouse/blazer: 2 punten
Bescheiden sieraden: 2 punten
Haren zakelijk, netjes en verzorgd: 2 punten 
BONUSPUNTEN: 
dames: gepaste make-up: 2 punten
heren: verzorgde handen: 2 punten

Slide 21 - Tekstslide

RESPECT!
ETIQUETTE en GASTVRIJHEID  is gebaseerd op respect en aandacht voor het individu. Behandel de ander...



PROTOCOL en GASTVRIJHEID is gebaseerd op respect en aandacht voor de status van een individu, een groep autoriteiten, een organisatie, een bedrijf of een land. Echter altijd cultuurgebonden !

Slide 22 - Tekstslide

Protocol
Protocol is een verzamelnaam voor gedragsregels met het doel conflicten te vermijden.
Protocol is gebaseerd op rangorde, de présence: status.
Protocol zorgt voor duidelijkheid.
Men weet waar men aan toe is, men kan zich vrijer, succesvoller en met meer zelfvertrouwen bewegen.

Slide 23 - Tekstslide

Wie mag als eerste zijn/haar hand uitsteken om een hand te geven? Is dat de dame of de heer?
A
De dame
B
De heer

Slide 24 - Quizvraag

Gebruik je wel of geen achternaam bij  het aanspreken van dames?
A
WEL
B
GEEN

Slide 25 - Quizvraag

 Wie gaat er eerst ergens naar binnen (bv een restaurant) de man of  de vrouw?

A
De man
B
De vrouw

Slide 26 - Quizvraag

Wie gaat er eerst de trap op, de man of de vrouw?
A
De vrouw
B
De man

Slide 27 - Quizvraag

 Wat zegt de adel: wc, plee of toilet?
A
WC
B
plee
C
toilet

Slide 28 - Quizvraag

Als er iemand op bezoek komt bij je ouders, hoef je niet op te staan om de gasten te begroeten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag

Niet waar. Je hoort altijd op te staan, bezoeker een hand geven en aankijken. Ook al is de gast niet jouw persoonlijk gast, hij/zij is wel de gast in het huis waar jij woont.

Slide 30 - Tekstslide

Voor een feestje hoef je geen bier in huis te halen, ook niet als je weet dat je gasten veel van bier houden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Waar. Een gastheer/gastvrouw zet de toon, dus die bepaalt wat er gegeten/gedronken wordt. Gasten moeten het doen met wat aangeboden wordt.

Slide 32 - Tekstslide

Bij alle zakelijke én en privéafspraken hoor je precies op het afgesproken tijdstip te arriveren
A
Waar
B
Niet waar
C
Beide

Slide 33 - Quizvraag

Waar – bij een afspraak zonder eten. 
Niet waar – bij een lunch of diner, daar mag je tot een kwartier later komen. Nooit te vroeg op komen dagen!

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide