REK, P3 (P2 3R1A/B), 100% procent is het geheel

voorbereiding voor de docent
kopiëren stappenplan

kopieën afronden



1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

voorbereiding voor de docent
kopiëren stappenplan

kopieën afronden



Slide 1 - Tekstslide

les-informatie
lesdoel   uitleggen / oefenen / toetsen

past bij   ffRekenen mbo 2

auteur   MB
datum   februari 2023

Slide 2 - Tekstslide

ffRekenen Procenten gebruiken
Procenten
100% is het geheel




Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent 100 % ?
Type je antwoord.

Slide 4 - Open vraag

100 %
het percentage = aantal procenten

Een percentage van 100 % betekent
alles, in totaal, compleet, het geheel, bij elkaar, helemaal, allemaal.

>>>

Slide 5 - Tekstslide

percentages op de balk
100% 

  50%                                          


   40%                                   

  30%

Slide 6 - Tekstslide

percentages op een honderdveld
1 % = aantal : 100 x 1

5 % = aantal : 100 x 5

10% = aantal : 100 x 10

20 % = aantal : 100 x 20

totaal % .....

Slide 7 - Tekstslide

percentage uitrekenen
40 % van 400 = 400 : 100 x 40 
                      =       4       x 40 = 160

31 % van 500 = 500 : 100 x 31 
                      =       5       x 31 = 155

Slide 8 - Tekstslide

Reken uit: rekenmachine
12% van 60
timer
1:00
A
5%
B
5
C
7,2
D
60%

Slide 9 - Quizvraag

reken uit:
28% van 500

Slide 10 - Open vraag

belangrijk:    percentages wel en niet
Het totaal is 100%. Het totaal kun je verdelen in stukken.
Indien je 20% korting krijgt, hoef je 20% niet te betalen en moet je 100%-20%=80% wel betalen.

Als 15% van de aanwezigen een bril draagt, 
draagt 100%-15% = 85% geen bril.

8% van de kinderen lust geen appelmoes, dus 100%-8%=92% lust wel appelmoes.

Slide 11 - Tekstslide

oefenen met de aanpak van context-opgaven
tekst en rekenen
A. de opgave splitsen in info en vraag
1- Lees tekst. Bepaal of je onbekende woorden moet opzoeken.
2- Welke gegevens zijn er in de info-tekst en de afbeelding?
3- Welke gegevens zijn er in de vraag?
4- Wat moet ik doen bij de vraag?
B. nadenken over een oplossing
5- Welke berekeningen kunnen bij de info en de vraag passen?
C. 6- de berekening(en) maken
D. 7- controleren of het zou kunnen wat ik heb uitgerekend

Slide 12 - Tekstslide

Stap A.1 Lees en bekijk de afbeelding. Geef nog geen reactie.
Bedenk welke onbekende woorden je hier moet opzoeken.
                                         Behalve tomaten bevat deze saus                                             ook andere stoffen.
                                         Hoeveel procent zijn die andere
                                         stoffen bij elkaar?

                                         
Ingrediënten
tomaten (88%), ui (10,8%), zout, knoflook, olijfolie, oregano









Slide 13 - Tekstslide

Stap A.1 Lees en bekijk de afbeelding. Geef nog geen reactie.
Bedenk welke onbekende woorden je hier moet opzoeken.
bevat              - bevatten (ww), hebben, wat erin zit
de stof            - het spul, het materiaal
het ingrediënt  - het onderdeel, het spul dat erin zit
bij elkaar         - samen, in totaal

Slide 14 - Tekstslide

A. de opgave splitsen in info en vraag
2- Welke gegevens zijn er in de info-tekst en de afbeelding?
3- Welke gegevens zijn er in de vraag?
Ingrediënten
tomaten (88%), ui (10,8%), zout, knoflook, olijfolie, oregano
Hoeveel procent zijn die andere stoffen bij elkaar?

info
88% tomaten
vraag
hoeveel % de rest

                                     
                                                                  
                                                                  
                                                                    






                                                                                >>>

Slide 15 - Tekstslide

stappenplan aanpak context-opgave bij rekenen
Wat ga je bij stap 4 doen?

Slide 16 - Tekstslide

A4- Wat moet ik doen bij de vraag?
de vraag:
Hoeveel procent zijn de rest van de ingrediënten?

de taak
- percentage van totaal berekenen

Slide 17 - Tekstslide

B. 5- nadenken over een oplossing van de vraag: 

het rest-percentage = totaal % - bekend %


Ingrediënten
tomaten (88%), ui (10,8%), zout, knoflook, olijfolie, oregano

Geef je berekening en antwoord via LessonUp.


Slide 18 - Tekstslide

Ingrediënten
tomaten (88%), ui (10,8%), zout, knoflook, olijfolie, oregano
Welk percentage voor de andere stoffen?
Type je berekening en antwoord.
timer
1:00

Slide 19 - Open vraag

C 6- de berekeningen maken


het rest-percentage = totaal % - bekend %
                              =    100% - 88% tomaten 
                              =100% - 88% = 12 % rest van de                                                                                         ingrediënten

De andere stoffen zijn 12% bij elkaar.

Slide 20 - Tekstslide

D 7- controleren of het antwoord zou kunnen kloppen
controle 1
Optellen is het omgekeerde van aftrekken.

100% - 88% = 12%
We hebben uitgerekend dat de rest 12% bedraagt

12% + 88% = 100 %
We komen terug bij 100%, dus het antwoord zou kunnen kloppen.


Slide 21 - Tekstslide

D 7- controleren of het antwoord zou kunnen kloppen
controle 2
tomaten    88   %
ui             10,8 %  +
                98,8 %

98,8 % is bijna 100%
Er is nog een klein beetje over voor zout, olie en oregano.
12% = 10,8% + 1,2%
Het antwoord is waarschijnlijk goed.

Slide 22 - Tekstslide

aan de slag                                     
Bekijk de filmpjes en maak de opgaven
van ffRekenen.
Procenten gebruiken
Procenten
100% is het geheel

Slide 23 - Tekstslide

Kies wat nu het beste voor je is.

- zelfstandig werken in ffRekenen online

- nog een rekenopdracht doen met de docent

Slide 24 - Tekstslide