In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Hoe zit jij er vandaag bij?
Slide 1 - Poll
Pythagoras
stelling van Pythagoras
Plusklas groep 8 De Zonnesteen - 2 februari 2021
Slide 2 - Tekstslide
Om te beginnen...
pak je mobiel
ga naar lessonup.app
voer de code in
Slide 3 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag leren?
-Hoe zit een driehoek in elkaar?
- Wat zijn de zijdes van een driehoek en hoe bereken ik die?
- Wat is een rechte hoek?
- Wat is de stelling van Pythagoras?
- Hoe gebruik ik de stelling van Pythagoras?
Slide 4 - Tekstslide
Kwadraten
Bij kwadraten vermenigvuldig je een getal met zichzelf!
Bijvoorbeeld:
6 x 6 = 36
of
3 x 3 = 9
Slide 5 - Tekstslide
Probeer zelf de volgende kwadraten uit te rekenen
7²
9²
13²
102²
Slide 6 - Tekstslide
De wortel berekenen
De wortel is het tegenovergestelde van een kwadraat. Dusss...
92=81
√81=9
√36=6
√4=2
Slide 7 - Tekstslide
Welke wortel hoort bij het kwadraat
32
A
√9
B
√3
C
√81
D
√6
Slide 8 - Quizvraag
Hoeveel graden is de hoek in deze figuren?
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel graden is de hoek in deze figuren?
360
180
90
Slide 10 - Tekstslide
rechte hoek
Een hoek van 90 graden wordt ook wel een 'rechte' hoek genoemd. Bij deze hoek staan twee lijnen LOODRECHT op elkaar.
Deze hoek wordt vaak aangegeven met het symbooltje dat hiernaast te zien is.
Slide 11 - Tekstslide
Een driehoek bestaat altijd uit 3 hoeken en 3 zijdes.
Slide 12 - Tekstslide
Er zijn ook driehoeken met een rechte hoek. Deze noemen we 'rechthoekige driehoeken'.
Slide 13 - Tekstslide
Als een driehoek rechthoekig is kunnen we met behulp van twee zijdes de lengte van een derde zijde berekenen.
Dit doen we met de stelling van Pythagoras.
Slide 14 - Tekstslide
stelling van Pythagoras
De stelling luidt als volgt: het kwadraat van de langste zijde (dit is altijd de schuine zijde) is gelijk aan het kwadraat van de ene zijde en het kwadraat van de andere zijde bij elkaar opgeteld.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
stappenplan:
vind de schuine zijde, deze noem je c.
vind de overige twee zijdes, deze noem je a en b.
vul in a2 + b2 = c2
reken uit
Slide 17 - Tekstslide
Dus:
16+9=c2
a2+b2=c2
42+32=c2
c2=25
c=√25=5
Slide 18 - Tekstslide
Welke zijde is in dit figuur de schuine zijde?
A
zijde van A tot C (AC)
B
zijde van A tot B (AB)
C
zijde van B tot C (BC)
D
zijde van C tot A (CA)
Slide 19 - Quizvraag
Welke hoek is de rechte hoek?
A
Hoek A
B
Hoek B
C
Hoek C
D
Hoek D
Slide 20 - Quizvraag
Notatie in schema
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Hoe bereken je een korte zijde als de lange zijde bekend is?
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Hoe kan je berekenen of dit een rechthoekige driehoek is
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Hoe kan je berekenen of dit een rechthoekige driehoek is
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
evaluatie
-Hoe zit een driehoek in elkaar?
- Wat zijn de zijdes van een driehoek en hoe bereken ik die?