1.2 Inleiding en slot

De inleiding en het slot...
...moet je kunnen lezen en schrijven. 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De inleiding en het slot...
...moet je kunnen lezen en schrijven. 

Slide 1 - Tekstslide

Inleiding
De inleiding van een tekst heeft twee functies: de lezer nieuwsgierig maken en het onderwerp introduceren
De inleiding kan uit één of twee alinea's bestaan, soms zelfs meer.

Aan het begin van de inleiding probeert de schrijver de lezer nieuwsgierig te maken met een of meer aandachtstrekkers.

Slide 2 - Tekstslide

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 3 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 4 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 5 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 6 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 7 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 8 - Sleepvraag

Welke aandachtstrekker past bij de inleiding?

Actualiteit
Iets uit de geschie-
denis
Voorbeeld 
Persoonlijk belang
Aanleiding
Cijfers rondom een probleem
Antwoord

Slide 9 - Sleepvraag

De komende inleidingen komen uit het nieuws.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld, deze tekst gaat namelijk niet over één kind. De tekst gaat over leerlingen die niet mee kunnen komen in het onderwijs in Nederland. In het middenstuk volgen dan argumenten en uitleg over hoe het onderwijs in Nederland is opgebouwd/niet werkt voor iedereen.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aanleiding, omdat de uitwerking van de nieuwe kinderopvang-toeslag voor extra geld kan zorgen. Het middenstuk is een uitleg over wat er gaat gebeuren.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Persoonlijk belang. De schrijver is een bedrijf dat met deze reclame meer winst wil behalen.
Het tekstdoel is vaak overhalen/ activeren.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Aanleiding om het artikel te schrijven.
Er zal eerder een artikel zijn geweest over het ongeluk waarbij in de inleiding wordt verteld wat er in grote lijnen is gebeurd. Er staat in deze inleiding ook al een reactie van de politie. Er is dus al best veel informatie bekend en is dus niet meer 'actueel'.

Slide 18 - Tekstslide

Na de aandachtstrekker in de inleiding, komt een..
- Hoofdvraag 
In het middenstuk komt het antwoord op de hoofdvraag.
- Standpunt 
Dit is de mening van de schrijver. In het middenstuk komen de argumentatie en uitleg. Te herkennen aan woorden zoals: naar mijn mening, ik vind, ik zou graag willen dat..
- Probleemstelling 
Het probleem wordt vastgesteld en eventuele gevolgen hierbij. In het middenstuk komen de argumentatie en uitleg.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Aanleiding gevolgd door een hoofdvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Actualiteit gevolgd door een probleem-stelling.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld gevolgd door een standpunt.

Slide 25 - Tekstslide

Slot
Ook het slot van een tekst kan uit één of meer alinea’s bestaan. 

Daarin formuleert de schrijver vaak de hoofdgedachte van de tekst: het antwoord op de hoofdvraag, een herhaling van het standpunt of de oplossing voor het probleem.

Slide 26 - Tekstslide

Slot
Vaak is de hoofdgedachte een conclusie of een samenvatting
Die kan de schrijver aanvullen met een aanbeveling (advies) of een toekomstverwachting
Hij gebruikt daarbij signaalwoorden die wijzen op die functies, zoals daarom, kortom, al met al en dus. 
Soms sluit de schrijver in het slot aan bij de inleiding, zodat de tekst mooi ‘rond’ is.

Slide 27 - Tekstslide

huiswerk
Maak online opdracht 10A, 11A, 12A en 13A voor vrijdag. 
Leer de theorie van blz 10 en 11. 
Je kent het pas als je alle punten op kan dreunen. 

Slide 28 - Tekstslide