Klinische les

Klinisch redeneren
en overdragen
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Klinisch redeneren
en overdragen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen:
  • Je verzamelt en interpreteert informatie uit de casus.
  • Je kan een inschatting maken van de situatie a.d.h.v. 1 van de redeneerhulpen.
  • Je past aan de hand van een casus vanuit de rol van zorgverlener de stappen van het verpleegkundig redeneren toe.
  • Je kan een verpleegprobleem formuleren en formuleert deze volgens de PES structuur


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Visie & Keuze
  • Envida hanteert de volgende visie de cliënt behoud zoveel mogelijk zijn eigen regie over de inrichting van zijn/ haar dagelijkse invulling, en daarbij zoveel mogelijk zelfstandig functioneert.
  • Als extra hulpmiddel om situaties te overzien, om een juiste prioritering toe te passen, om een goed beeld van de situatie te krijgen en om een goede overdracht te verzorgen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klinisch redeneren 


Hoe zit dat nu weer in elkaar?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 1: Oriënteren op de situatie.
  • Het is de bedoeling dat je de situatie van de patiënt overziet. Je gaat het (klinische) beeld van de patiënt beoordelen. Maar misschien nog wel belangrijker is het kunnen beargumenteren wat je ziet. Daar leer je van! 

  • Een voorbeeld kan zijn: je vindt je patiënt tijdens de ochtenddienst naast zijn bed op de grond.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2: (Klinische) probleemstelling.
  • Je bevindt jezelf in een situatie, maar wat is nu eigenlijk het probleem? In deze stap is het de bedoeling dat je kunt aantonen wat feitelijk de problemen zijn.

  • Een voorbeeld: je patiënt is uit bed gevallen, heeft hoofdpijn en spreekt wat verward verder is hij nachtblind en is vermoedelijk daardoor ten val gekomen.

  • Als prioriteit is het somatische deel: bloed de patiënt actief? Is er schade aan/in het hoofd?

  • Minder prioriteit heeft op dít moment het minder goed kunnen zien in het donker. Dat probleem pak je later aan, wanneer de problemen met de hogere prioriteit zijn bekeken.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3: Aanvullend onderzoek.
  • Is er meer informatie nodig? Moet ik bepaalde controles doen? Heb je de hulp van een andere discipline nodig, zoals een arts, ambulance of verpleegkundige? 

  • Een voorbeeld kan zijn: ik wil graag weten of deze patiënt koorts heeft door het meten van de temperatuur. Of: Ik meet de bloeddruk en pols om te kijken of meneer gevallen is door een afwijkende bloeddruk.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 4: Beleid
  • Als je met de arts, huisartsenpost of meldkamer moet overleggen kun je alvast al je informatie paraat hebben en de arts zo goed mogelijk bijstaan. Let op dat je je positie weet en niet iets doet wat buiten je verantwoordelijk ligt (BIG-wet). 

  • Een voorbeeld kan zijn: denk je dat de arts na de val van de patiënt alle vitale functies wil weten? Dat heb jij reeds bedacht en dus heb je voor het bellen deze parameters al genoteerd. Met uitzondering van levensbedreigende situaties. Dan ga je natuurlijk eerst bellen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 5: Verloop
  • Wat zou het gevolg kunnen zijn van het beleid dat is ingezet? Wat kunnen gevolgen zijn op de korte termijn? En op de lange termijn? Welke risico’s loopt de patiënt met dit beleid en kan ik daar als verzorgende iets aan doen? 

  • Een voorbeeld: je patiënt is gevallen, heeft geen ernstige acute problemen heeft wel hoofdpijn aan de val overgehouden. Op de korte termijn kun je hem pijnmedicatie geven. Een oplossing voor het slechte zicht kun je op de lange termijn bijstaan, door bij de arts te opperen een oogarts in consult te vragen voor advies en eventueel behandeling.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 6: Evaluatie
  • Je bent klaar met de situatie, maar de laatste stap is nog een erg belangrijke. Namelijk: wat heb je geleerd of wat zou je een andere keer anders of beter kunnen doen? Heb je soms teveel gefocust op het één en heb je iets anders daardoor te weinig aandacht gegeven? 

  • Reflecteer op je eigen handelen en evalueer met een collega of je werkbegeleider. Een voorbeeld: mijn patiënt is gevallen en ik heb in de situatie daarna erg gefocust op zijn huidbeschadigingen. Hij bloedde gelukkig niet. Ik heb minder op zijn spraak en hoofdpijn gelet, daardoor kwam ik er pas later achter dat zijn hij niet helemaal helder sprak. Dit in combinatie met bloedverdunners. Ik had hier dus anders op moeten schakelen. Dit zal ik ook met de betreffende arts moeten terug koppelen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nu van de 6 stappen?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

PES - methode
PES is de samenstelling van de volgende onderdelen:
  • Het probleem
  • De ethiologie
  • De symptomen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Probleem
  • Wat zegt je klinische) blik of observatie over het probleem?
  • Welke klachten uit de patiënt?
  • Wordt de patiënt hierdoor beperkt in zijn doen en laten?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ethiologie
  • Welke oorzaken herken je?
  • Zijn er overige factoren die invloed hebben op het probleem? Denk aan:
  • medicatiegebruik, 
  • (hoog energetische) trauma's, 
  • afwijkende waardes (PTTS, MMOL/L),
  • zichtbare letsels,
  • interne verwondingen,
  • maatschappelijke problemen?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen
  • Welke symptomen herken je?
  • Hebben deze symptomen gevolgen voor jouw patiënt?
  • Wat is de reactie van de patiënt?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tip:
Het is bij PES makkelijker om achteruit te denken:
  • Wat zie je? symptomen
  • Waar komt dat door? ethologie
  • Wat is dan het mogelijke probleem? probleem


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Objectieve observatie
Feitelijke informatie die je kan checken.       ''Meetbaar''
 
Bijvoorbeeld: 
Dhr. heeft een urineproductie van 1,5 liter per dag
Mevr. zit op 2L/O2 met een sat. van 89%.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewust klinisch denken is zichtbaar, controleerbaar en bespreekbaar.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overdracht en methodiek
  • Uitleg + oefenen ABCDE-methode,
  • Uitleg + oefenen SBARR-methode,
  • Uitleg + oefenen EWS-score,
  • Casuïstiek,
  • Gast spreker,

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metingen bij beeldvorming

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

“treat first what kills first”
De ABCDE-methodiek is een werkwijze waarbij hulp wordt verleend met het principe “treat first what kills first”. Met andere woorden eerst de primair (levensbedreigende) en vervolgens de secundaire (niet direct-levensbedreigende) letsels en stoornissen.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A: AIRWAY
 Hieronder vallen de handelingen die er zorg voor dragen dat de wervelkolom geïmmobiliseerd wordt en dat de luchtweg van een slachtoffer open blijft. Letsels/stoornissen die een open luchtweg kunnen bedreigen, zijn verslikking of aangezichtsletsels, maar ook bijvoorbeeld zwelling door allergieën of inademing van (rook) gassen of (giftige) dampen.

Controle vragen die je jezelf hierbij kunt stellen zijn: ''Is de ademweg vrij?''
TIP: Kijk, luister en voel.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

B: BREATING (ADEMHALING).
Hieronder valt het beoordelen van de ademhaling en de handelingen die ervoor zorgen dat een slachtoffer kan blijven ademen of wordt beademd. Letsels/stoornissen die ademhalingsstoornissen kunnen veroorzaken, zijn traumaletsels, hoogenergetische letsels of vergiftigingen.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

C: Circulation (circulatie)
Hieronder valt het beoordelen van de bloedsomloop en de handelingen die de bloedsomloop ondersteunen. Belangrijk daarbij is de bloeddruk en de pols, gelet op frequentie, volume en regelmaat. Oorzaken kunnen zijn: hartritmestoornissen, hartfalen, hartstilstand, shock, afknelling en ernstige bloedingen.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

D. DISABILITY (BEWUSTZIJN).
Hieronder valt het beoordelen van het bewustzijn. Dit wordt beoordeeld d.m.v. de AVPU- of EMV-score. Letsels/stoornissen die bewustzijnsstoornissen kunnen veroorzaken zijn: traumaletsels waaronder neurotrauma, vergiftigingen (drugs), hartproblemen, suikerziekte, beroerte en shock.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

E. EXPOSURE / ENVIRONMENT.
(BLOOTSTELLING / OMGEVINGSFACTOREN)
Hierin valt het top-teen onderzoek en de handelingen die betrekking hebben op (het voorkomen van) koude- en warmteletsels, alsmede het verzorgen van wonden, kneuzingen, breuken en andere letsels.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geïntegreerd in de ABCDE-werkwijze wordt meestal gebruik gemaakt van de volgende protocollen:
EMV
Eye, Motor, Verbal
Glascow Coma Scale en het niveau van bewustzijn.
APVU
Alert, Verbal, Pain, Unresponsive
Niveau bewustzijn.
PEARRL
Pupils Equal And Round and Responsive to light
Tekenen van verhoogde hersendruk en hersenletsel.
AMPLE
Allergy, Medication, Past,
Last meal, Events
Uitvragen, slachtoffer, patiënt.
SBARR
Situation,
Background,
Assessment,
Recommendation,
Repeat,
Situatie,
Achtergrond,
Beoordeling,
Aanbeveling,
Herhaling,

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A (airway)
B(breathing)
C(circulation)
D(disability)
E(Exposure)
kijk of mond en keel vrij zijn
tel ademhalingsfrequentie
Meneer, hoe heet u? Kunt u mij goed verstaan?
Heeft u ergens pijn?
hoge pols & lage tensie
Een schaafwond verzorgen

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

SBARR methode
  • S = situation = situatie.
  • B = background = achtergrond cliënt.
  • A = assessment = jouw inschatting van situatie.
  • R = recommendation = aanbeveling die jij doet.
  • R = repeat = herhaal.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oefenen EWS-score
Cliënt heeft een klein epileptisch insult gehad en je checkt zijn vitale functies via de EWS-score. Dit zijn jouw gemeten gegevens: ademfrequentie 17, hart pompt 90, bloeddruk is  126/85, goed alert, temperatuur 37,1 graden.
Opdracht: 
1. bepaal per onderdeel welke score jij de cliënt geeft
2. bepaal de totaalscore en bijbehorende actie

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet- en regelgeving

  • Het doel van de Wet BIG is te zorgen dat de kwaliteit van onze gezondheidszorg hoog is en blijft. Ook beschermt de Wet BIG patiënten tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen van zorgverleners. 
  • De Wet BIG verdeelt beroepen die onder deze wet vallen in 3 groepen volgens hun wettelijke artikelnummer: artikel 3-, 34- en artikel 36a-beroepen. Wettelijk erkende specialismen vallen onder artikel 14. Alleen artikel 3-beroepen staan geregistreerd in het BIG-register en vallen onder het tuchtrecht.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het BIG-register (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg)
 Is een wettelijk, online en openbaar register. Alleen wie in het BIG-register staat, mag een beschermde beroepstitel voeren en mag de bij het beroep horende voorbehouden handelingen zelfstandig uitvoeren. Een BIG-registratie is alleen noodzakelijk als iemand ook echt actief werkt in het beroep. Iedereen kan het register raadplegen. Het BIG-register verzorgt ook de erkenning van buitenlandse diploma’s.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Je bent als verzorgende bevoegd om een voorbehouden handeling te verrichten als:
A. Je hiervoor een opdracht hebt gekregen (arts/VP)
B. Je jezelf bekwaam acht om de opdracht uit te voeren
C. Allebei
A
B
C

Slide 39 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

2. Wie is (eind)verantwoordelijk bij het verrichten van een voorbehouden handeling?
A. De opdrachtgever
B. De opdrachtnemer
C. Beiden
A
B
C

Slide 40 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

''1-1-2 daar redt je levens mee''
  • Prioritering van informatie
  • Tips en Tricks
  • Praktijk voorbeeld

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Casus 1 EWS score:
  • De patiënt heeft de volgende vitale waarden:
  • Bloeddruk 146/86,
  • Pols 111 p/m,
  • Temperatuur 38,7,
  • Ademhalingsfrequentie  18 p/m,
  • Saturatie 89%,
  • Bewustzijn is Verbal,

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke informatie geef je door aan de centralist?

Slide 44 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de totaalscore van deze cliënt?
A
3
B
5
C
6
D
8

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Casus 1 EWS-score:
  • vitale waarden:
  • 0pt. bloeddruk 146/86,
  • 2pt. pols 111 p/m,
  • 1pt. temperatuur 38,7,
  • 1pt. ah-freq 18 p/m
  • 3pt. saturatie 89%
  • 1pt. bewustzijn is V.
  • 8pt. TOTAAL

Slide 46 - Tekstslide

vitale waarden:
0pt. bloeddruk 146/86 mmHG,
2pt. hartfrequentie van 111 per minuut,
1pt. temperatuur 38,7,
0pt. ademhalingsfrequentie van 18 p/m, 3pt. saturatie 89%
1pt. bewustzijn is V.

De patiënt scoort dan als volgt: 7 punten
Casus 2 EWS score:
  • De patiënt heeft de volgende vitale waarden:
  • bloeddruk 81/75,
  • pols 118 p/m,
  • temperatuur 37,7,
  • ah-freq 18 p/m
  • saturatie 93%
  • Bewustzijn is Alert,

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 2 EWS-score:
  • vitale waarden:
  • 1pt. bloeddruk 81/75,
  • 2pt. pols 118 p/m,
  • 1pt. temperatuur 37,7,
  • 1pt. ah-freq 18 p/m
  • 0pt. saturatie 93%
  • 0pt. bewustzijn is A.
  • 5pt. TOTAAL

Slide 49 - Tekstslide

vitale waarden:
0pt. bloeddruk 146/86 mmHG,
2pt. hartfrequentie van 111 per minuut,
1pt. temperatuur 38,7,
0pt. ademhalingsfrequentie van 18 p/m, 3pt. saturatie 89%
1pt. bewustzijn is V.

De patiënt scoort dan als volgt: 7 punten
Evaluatie
Graag zouden wij jullie willen vragen om de volgende korte vragenlijst in te vullen. Hiermee hopen wij een goed beeld te verkrijgen van de les die wij gegeven hebben.

Alvast hartelijk bedankt!

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Link

Deze slide heeft geen instructies