§9.4 Bloed- en orgaandonatie

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

                                 LessonUp

Ga naar student.lessonup.io, log in en open de les. 

Lees §9.4. (2,3,4,7,8,10,11,12,15,16)

Programma

• Welkom
  
• Terugblik


• Nieuwe stof
  
• Opdracht/werkvorm
  
• Klassikale afsluiting
  
• Aan de slag/huiswerk
  

Wat zijn antigenen en antistoffen ook alweer?

Leerdoelen

- Je kunt uitleggen wanneer iemand welk onderdeel van bloed nodig heeft.

- Je kunt uitleggen of je van iedereen bloed kunt krijgen.

- Je kunt uitleggen wat er gebeurt bij een orgaandonatie.

Uit welke onderdelen bestaat bloed?

Wanneer heb je welk bloedonderdeel nodig?

Rode bloedcellen

Bloedplasma

Bloedplaatjes

Aan de slag

Maak nu opdracht 3 en 4 in je werkboek.

Ben je eerder klaar, maak dan ook de andere opgaven.

Aan de slag

Opdrachten 9.4 maken + nakijken (zie studiewijzer)

Begrippenlijst 9.4 maken (2,3,4,7,8,10,11,12,15,16)

Herhalen 3.4/3.5 (leerjaar 3)

Aan de slag

Maak nu opdracht 5 t/m 10 in je werkboek.

Ben je eerder klaar, maak dan ook de andere opgaven.

Resusfactor

Resusantigenen

- Rh+ als je het resusantigeen 

hebt op je bloedcellen.

- Rh- als je geen resusantigeen

hebt op je bloedcellen.

Aan de slag

Maak nu opdracht 11 t/m 13 in je werkboek.

Ben je eerder klaar, maak dan ook de andere opgaven.

Orgaantransplantatie

Iemand met bloedgroep A heeft cellen met antigeen:

1. A
2. B
3. AB
4. geen

Van wie kan Ada GEEN nier krijgen?

1. Gerard
2. Ingrid
3. Jan
4. Ada kan van geen van deze mensen een nier krijgen

Aan de slag

Opdrachten 9.4 maken + nakijken (zie studiewijzer)

Begrippenlijst 9.4 maken

Herhalen 3.4/3.5 (leerjaar 3)