arbeidsrecht hoofdstuk 9 Ontslag





arbeidsrecht
hoofdstuk 9 Ontslag
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
ArbeidsrechtMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les





arbeidsrecht
hoofdstuk 9 Ontslag

Slide 1 - Tekstslide

In welke gevallen
vindt ontslag plaats?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

In welke afdeling van boek 7 BW vinden we de regels over ontslag?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Lees paragraaf 9.2 goed door. In welk artikel in de wet vinden we regels over ontslag met wederzijds goedvinden?

Slide 7 - Open vraag

Welke twee belangrijke regels staan er in dit wetsartikel over ontslag met wederzijds goedvinden?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Lees paragraaf 9.3 goed door. In welk artikel staan de regels over de opzegtermijn?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Kijk in artikel 7:672 BW. Karima is 8 jaar werkzaam bij Makelaarskantoor Haverkort. Hoe lang is de opzegtermijn voor de werkgever?
A
een maand
B
twee maanden
C
drie maanden
D
vier maanden

Slide 15 - Quizvraag

Kijk in artikel 7:672 BW. Hoe lang is de opzegtermijn voor de werknemer?
A
een maand
B
twee maanden
C
drie maanden
D
vier maanden

Slide 16 - Quizvraag

Kijk in artikel 7:672 BW. In welk artikellid staat dat schriftelijk mag worden afgeweken van de opzegtermijn voor de werknemer van een maand?
A
lid 5
B
lid 6
C
lid 7
D
lid 8

Slide 17 - Quizvraag

Kijk in artikel 7:672 BW. Hoe noemen we het opzeggen tegen een eerdere dag dan tussen partijen geldt?
A
onrechtmatige opzegging
B
ongerechtvaardigde opzegging
C
onregelmatige opzegging
D
regelmatige opzegging

Slide 18 - Quizvraag

Kijk in artikel 7:672 BW. In welk artikellid staat wat het gevolg is van het onregelmatig opzeggen?
A
lid 8
B
lid 9
C
lid 10
D
lid 11

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Lees artikel 7:669 BW. In welk artikellid kun je vinden of de regels uit dit artikel ook gelden bij ontslag in de proeftijd?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Lees paragraaf 9.6 ontslag via het UWV goed door.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Hoe lang heeft de werkgever de tijd voor ontslag nadat hij van het UWV toestemming voor ontslag/een ontslagvergunning heeft gekregen?
A
twee weken
B
vier weken
C
een maand
D
twee maanden

Slide 29 - Quizvraag

Om welke reden voor ontslag kan de werkgever de ontslagprocedure van het UWV volgen?
A
omdat de werknemer al zes maanden ziek is en het werk dus blijft liggen
B
omdat de arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemer al enige tijd ernstig verstoord is geraakt
C
omdat het bedrijf in crisis verkeert en alleen verder kan als het een/derde van het personeel ontslaat
D
omdat de werknemer ervan verdacht wordt bedrijfsgeheimen te delen met de concurrent

Slide 30 - Quizvraag

Wat beoordeelt het UWV naar aanleiding van de ontslagprocedure? Er zijn twee goede antwoorden.
A
of er inderdaad een redelijke grond voor ontslag is
B
of de werknemer inderdaad zijn werk niet goed uitvoert
C
of herplaatsing van de werknemer - evt. na scholing - in redelijkheid niet mogelijk is
D
of werkgever zijn best heeft gedaan om de arbeidsrelatie te verbeteren

Slide 31 - Quizvraag

Lees paragraaf 9.7 ontslagprocedure via de kantonrechter goed door.

Slide 32 - Tekstslide

Heb je een advocaat nodig bij de ontslagprocedure die via de kantonrechter loopt? Licht je antwoord toe.

Slide 33 - Open vraag

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Lees paragraaf 9.8 opzegverboden goed door.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

uitzonderingen opzegverbod:
zie boek p. 131
lid OR tot 2 jaar na lidmaatschap
exlid arbocommissie tot 2 jaar na lidmaatschap

Slide 39 - Tekstslide

Welk opzegverbod vind je zelf het minst duidelijk?
En wil je daar nog extra uitleg over?

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Tekstslide

De toetsterm voor het examen houdt in dat je de kenmerken van de transitievergoeding moet kennen. Lees paragraaf 9.10 goed door en noteer de kenmerken van de transitievergoeding die jij gaat leren voor het examen.

Slide 42 - Open vraag

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Lees paragraaf 9.12 Ontslag op staande voet goed door. Noteer de drie artikelen uit de wettenbundel die je kunt markeren voor het examen.

Slide 47 - Open vraag

Slide 48 - Tekstslide