klas 3 kader lezen H3 (verbanden)

klas 3 kader lezen H3 (verbanden)
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

klas 3 kader lezen H3 (verbanden)

Slide 1 - Tekstslide

DOEL
Ik kan met behulp van signaalwoorden opsommingen, tegenstellingen in een tekst herkennen en begrijpen.

Slide 2 - Tekstslide

WELKE VERBANDEN KEN JE AL?
LET OP: NOEM GEEN SIGNAALWOORDEN!

Slide 3 - Open vraag

SIGNAALWOORDEN
BIJ EEN
TEGENSTELLING

Slide 4 - Woordweb

SIGNAALWOORDEN
BIJ EEN
OPSOMMING

Slide 5 - Woordweb

BESPREKEN OPDRACHT 4
GROEP A & B 

Slide 6 - Tekstslide

1. WAT VIND JIJ VAN
SOKKEN IN
BADSLIPPERS?

Slide 7 - Open vraag

2. WAT IS DE HOOFDGEDACHTE VAN TEKST 4?
A
Badslippers met witte sokken zijn lelijk.
B
Badslippers met witte sokken zijn mode.
C
Badslippers met witte sokken zijn mooi.

Slide 8 - Quizvraag

3. WELK(E) WOORD(EN) UIT DE HOOFDGEDACHT IS / ZIJN HET ONDERWERP?

Slide 9 - Open vraag

ZIJN DOORGEDRONGEN
MENGELMOESJE
TREND
VARIATIE
ESSENTIEEL
AFWISSELING
COMBINATIE VAN DINGEN DIE ERG VAN ELKAAR VERSCHILLEN 
HEBBEN BEREIKT
HEEL BELANGRIJK
MODE

Slide 10 - Sleepvraag

5. WELK DEEL VAN DE ZIN IS EEN MENING?
A
HET MOET ZOWAT DE NUMMER ÉÉN ZIJN OP HET LIJSTJE VAN LOOKS DIE WE ALS FOUT BESCHOUWEN.,
B
MAAR DE WITTE SOKKEN IN BADSLIPPERS ZIJN HELEMAAL COOL.

Slide 11 - Quizvraag

6. IN ALINEA 1 STAAT EEN TEGENSTELLING. WELKE 2 WOORDEN ZIJN HIER PRECIES ELKAARS TEGENOVERGESTELDE?

Slide 12 - Open vraag

7. WELKE TEGENSTELLING STAAT IN ALINEA 2 EN WELK SIGNAALWOORD GEEFT DIE TEGENSTELLING AAN?

Slide 13 - Open vraag

7. WELKE TEGENSTELLING STAAT IN ALINEA 3 EN WELK SIGNAALWOORD GEEFT DIE TEGENSTELLING AAN?

Slide 14 - Open vraag

8. WELK SIGNAALWOORD KUN JE INVULLEN OP DE ... IN DE EERSTE ZIN VAN ALINEA 3?
A
TOCH
B
ZOALS
C
MAAR
D
OOK

Slide 15 - Quizvraag

9. WAT IS HET VERBAND TUSSEN ALINEA 3 EN 4?
A
OPSOMMING, WANT IN DE EERSTE ZIN VAN ALINEA 3 STAAT OOK
B
TEGENSTELLING, WANT IN DE EERSTE ZIN VAN ALINEA 3 STAAT OOK
C
OPSOMMING, WANT IN DE EERSTE ZIN VAN ALINEA 4 STAAT TOCH
D
TEGENSTELLING, WANT IN DE EERSTE ZIN VAN ALINEA 4 STAAT TOCH

Slide 16 - Quizvraag

10. WAAROM MOETEN MANNEN VOLGENS DE EXPERTS SOKKEN IN HUN SLIPPERS DRAGEN?

Slide 17 - Open vraag

11. VOLGENS ALINEA 5 BLIJFT DE BADSLIPPER NOG WEL EVEN POPULAIR. HOEVEEL REDENEN WORDEN ER GENOEMD?
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 18 - Quizvraag

12. AAN WELKE SIGNAALWOORDEN HERKEN JE DE OPSOMMING IN ALINEA 5?
A
EN, DAARNAAST
B
OOK, EN, DAARNAAST
C
EN, OOK, DAARNAAST, OM
D
OOK, EN

Slide 19 - Quizvraag

WIE DRAAGT ER WEL EENS SOKKEN IN ZIJN SLIPPERS?
NATUURLIJK NIET
ALLEEN IN HUIS
ZEKER WEL IK DRAAG NIKS ANDERS

Slide 20 - Poll