Sommige werkwoorden beginnen met be-, ge-, her-, ver- of ont-. Bij het voltooid deelwoord schrijf je er dan geen ge- voor.
Kijk maar:
bedenken Ik heb een goed voorbeeld bedacht.
genieten Wat heb ik van de sportdag genoten.
herdenken De Tweede Wereldoorlog wordt elk jaar herdacht.
verhuizen De school is naar de Middenweg verhuisd.
ontbijten Hij heeft heerlijk ontbeten.