Les 2

 Bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en eenkindpolitiek
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 Bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en eenkindpolitiek

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Topocheck

Slide 4 - Tekstslide

Programma
Binnenkomst + absentie (5 min)
Herhaling vorige les (7 min)
Nakijken (15 min)
Leerdoelen (3 min)
Bespreken bevolkingsgrafiek + oefenen (10 min)
Bespreken transitiemodel + oefenen (10 min)
Afsluiting + uitloop (10 min)

Slide 5 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.


  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 6 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

Had Duitsland in 2015 een go of een so + hoe groot was het go/so?

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 7 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

Welke kaart gaat over mannen en welke kaart gaat over vrouwen?

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 8 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken
Hoe
- Bedenk welke vraag wil je echt nagekeken wilt hebben (2 min)
- Docent verzamelt de vragen die jullie nagekeken willen hebben (2 min)
- Docent vraagt wie het antwoord weet en geeft beurten -> geef je antwoord/ leg uit (11 min)

Tijd: 15 minuten

Wat? paragraaf 2.1 vraag 1 + 2 + 5 (en vraag 4)

timer
15:00

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel beschrijven;
2. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel toepassen;
3. Nederland, Duitsland en China op basis van deze begrippen met elkaar vergelijken.

Slide 11 - Tekstslide

Welke kleur past bij de groep 'jongeren' en welke kleur past bij de groep 'ouderen'?
 
Jongeren
Ouderen

Slide 12 - Sleepvraag

In je schrift
Als er in een land of plaats steeds meer ouderen wonen dan noemen we dit vergrijzing.
Als er in een land of plaats steeds minder jongeren wonen dan noemen we dit ontgroening.

Bedenk dat er in een land of plaats andere voorzieningen nodig zijn voor ouderen (bijv. ziekenhuizen) dan voor jongeren (bijv. skateparken).

In Nederland, Duitsland en zelfs in China wonen steeds meer ouderen en steeds minder jongeren!

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel beschrijven;
2. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel toepassen;
3. Nederland, Duitsland en China op basis van deze begrippen met elkaar vergelijken.

Slide 14 - Tekstslide

Bevolkingsgrafiek
De leeftijdsopbouw van een bepaald land kun je aflezen in een bevolkingsgrafiek.
Elk staafje stelt hier een leeftijdsgroep voor, waarbij links de mannen staan en rechts de vrouwen.
Het aantal mensen per leeftijdsgroep is precies af te lezen.
 


De vorm van zo’n diagram zegt iets over de leeftijdsopbouw  van dat land:
  • Pyramide = jonge bevolking -> breed aan de onderkant, dus veel baby's!
  • Rechthoek = alle leeftijdsgroepen min of meer gelijk.
  • Omgekeerde 'piramide' = oude bevolking -> breed aan de bovenkant, dus veel ouderen!

Slide 15 - Tekstslide

Op je wisbordje en daarna in je schrift!

De leeftijdsgroep die ik hier zie zijn: de jongeren / beroepsbevolking / ouderen.
Deze leeftijdsgroep loopt van ...?... tot ...?... jaar.

Slide 16 - Tekstslide

Op je wisbordje en daarna in je schrift!

De leeftijdsgroep die ik hier zie zijn: de jongeren / beroepsbevolking / ouderen.
Deze leeftijdsgroep loopt van ...?... tot ...?... jaar.

Slide 17 - Tekstslide

Op je wisbordje en daarna in je schrift!

De leeftijdsgroep die ik hier zie zijn: de jongeren / beroepsbevolking / ouderen.
Deze leeftijdsgroep loopt van ...?... tot ...?... jaar.

Slide 18 - Tekstslide

De bevolkingsgrafiek: oefenen
Over de bevolkingsgrafiek kunnen veel verschillende vragen worden gesteld op het examen.
We gaan daar nu mee oefenen!

Wat: werkblad 'bevolkingsgrafiek'
Hoe: alleen
Hulp: tekstboek paragraaf XXX
Tijd: 5 minuten
Klaar: maken werkboek vraag XXX

Slide 19 - Tekstslide

De bevolkingsgrafiek: handig om te onthouden
Handige feitjes om te onthouden voor het examen:

1. In de bevolkingsgrafieken van Nederland en Duitsland is de Tweede Wereldoorlog goed te herkennen ->
Nederland: veel geboorten direct na WOII (babyboom)
Duitsland: veel mannelijke slachtoffers tijdens de oorlog + pas rond 1960 een geboortegolf.
(vraag 2 + 3)

2. De bevolking van zowel Nederland, Duitsland als China wordt steeds ouder en er worden steeds minder kinderen geboren.
(vraag 1 + 2)

3. In steden worden minder kinderen geboren dan op het platteland.
(vraag 4)








Slide 20 - Tekstslide

De bevolkingspiramide van NL, DLD en China
Bedenk dat de babyboomers van 1950 ook zichtbaar zijn in de grafieken van 1975 (25 jaar oud) en 2020 (70 jaar oud)!
De bevolkingspiramide van 
Nederland door de tijd

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel beschrijven;
2. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel toepassen;
3. Nederland, Duitsland en China op basis van deze begrippen met elkaar vergelijken.

Slide 23 - Tekstslide

Het demografisch transitiemodel
Veranderingen in het geboorte en sterfte cijfer zijn te zien in het transitiemodel.
Transitiemodel = Een model over de veranderingen in het geboorte en sterfte cijfer van een land, verdeeld in vier of vijf fases.

Op je wisbordje ->
1. Was het geboorte cijfer voor WOII hoger of lager dan nu?
2. Was het sterfte cijfer voor WOII hoger of lager dan nu?
3. Was de levensverwachting voor WOII hoger of lager dan nu?

Veranderingen in het geboorte en sterfte cijfer zijn het gevolg van veranderingen in de welvaart van een land.
Bedenk je dus goed wat je weet over de welvaart in Nederland, Duitsland en China!!!

Slide 24 - Tekstslide

Het demografisch transitiemodel
Het geboorte- en sterfte cijfer van landen verandert dus en dit komt doordat de welvaart van landen toeneemt.
Er zijn 5 fases in het transitiemodel.

  • In hele arme landen worden veel kinderen geboren, maar gaan ook veel mensen dood. De bevolking groeit nauwelijks (=fase 1)
  • In iets armere landen worden veel kinderen geboren, maar door betere gezondheidszorg en hygiëne gaan er minder mensen dood. De bevolking groeit enorm (=fase 2)
  • In nog iets rijkere landen worden minder kinderen geboren (die zijn niet meer nodig om geld te verdienen) en gaan nog minder mensen door doordat de gezondheidszorg en hygiëne nog beter worden. De bevolking groeit nog, maar minder snel (=fase 3)
  • In rijke landen worden weinig kinderen geboren en gaan weinig mensen dood. Mensen worden steeds ouder. Er komen weinig kinderen bij, maar omdat er ook weinig mensen dood gaan, groeit de bevolking nauwelijks (=fase 4)
  • In super rijke landen, worden heel weinig kinderen geboren. Maar door vergrijzing stijgt het sterfte cijfer.  De bevolking krimpt (=fase 5).


Slide 25 - Tekstslide

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL

Slide 26 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 27 - Tekstslide

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel beschrijven;
2. de begrippen bevolkingspiramide, ontgroening, vergrijzing en transitiemodel toepassen;
3. Nederland, Duitsland en China op basis van deze begrippen met elkaar vergelijken.

Slide 29 - Tekstslide

Afronding
Wat hebben we geleerd?
Hoe hebben we meegedaan?
Huiswerk

Slide 30 - Tekstslide

Op je post-it
1 ding dat je deze les goed hebt gesnapt +
1 ding uit deze les waarmee je nog moeite hebt.

Slide 31 - Open vraag

Hoe heb ik deze les meegedaan?

Slide 32 - Open vraag

Huiswerk
Leren: les 1 + 2
Leren: topografie China
Maken werkboek
Bladzijde 54: vraag 3
Bladzijde 57: vraag 7
Bladzijde 60: vraag 1 + 5 + extra vraag 2

Slide 33 - Tekstslide