Taal blok 1 les 3 groep 7A de Bolster

- Op het einde van de les heb jij 3 manieren geleerd om de persoonsvorm te vinden in een zin.

- Wat is de persoonsvorm in een zin?
- Welke manieren gebruik jij al om de persoonsvorm te vinden in een zin?
1 / 12
volgende
Slide 1: Open vraag
TaalBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

- Op het einde van de les heb jij 3 manieren geleerd om de persoonsvorm te vinden in een zin.

- Wat is de persoonsvorm in een zin?
- Welke manieren gebruik jij al om de persoonsvorm te vinden in een zin?

Slide 1 - Open vraag

De 3 manieren zijn: 

Slide 2 - Tekstslide

Bij wie zie je een vraagzin?

Slide 3 - Open vraag

Welk zinsdeel staat er vooraan in de vraagzin?
A
onderwerp
B
persoonsvorm
C
lidwoord
D
lijdend voorwerp

Slide 4 - Quizvraag

Welk werkwoord verschilt in de zinnen van Ratna en Daan?

Slide 5 - Open vraag

Wie zegt de zin in verleden tijd?
A
Ratna
B
Daan

Slide 6 - Quizvraag

Wie zegt er een zin in enkelvoud?
A
Stacey
B
Fenna

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in de zin van Fenna? Wat is de persoonsvorm?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het onderwerp in de zin van Ratna? Wat is de persoonsvorm?

Slide 9 - Open vraag

3 manieren: 
1. zin in andere tijd zetten
2. vraagzin maken 
3. onderwerp veranderen in meervoud of enkelvoud

Slide 10 - Tekstslide

Maken: 
- Werkboek bladzijde 3 opdracht: 2, 3, 4, 5 en 6 

Klaar? 
- Opdracht 7 en 8 




Slide 11 - Tekstslide

Op het einde van de les heb jij 3 manieren geleerd om de persoonsvorm te vinden. Welke 3 manieren zijn er?

Slide 12 - Open vraag