H3 bijv. bijzin

Bijvoeglijke bijzin
Ik kan de bijvoeglijke bijzin benoemen binnen een zin.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bijvoeglijke bijzin
Ik kan de bijvoeglijke bijzin benoemen binnen een zin.

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze nieuwe snelweg veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
PV: 
OW: 
WG: 

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze nieuwe snelweg veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
PV: veroorzaakt
OW: deze nieuwe snelweg
WG: veroorzaakt

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk wordt meestal gecontroleerd.
PV: 
OW: 
WG: 

Slide 4 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk wordt meestal gecontroleerd.
PV: wordt
OW: het huiswerk
WG: wordt gecontroleerd

Slide 5 - Tekstslide

Iets aan de hand
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze snelweg die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
PV: 
OW: 
WG: 

Slide 6 - Tekstslide

Bijv. bijzin
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze snelweg die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
Twee zinnen, want twee persoonsvormen.
Bijzin = Deze snelweg die nieuw is

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze snelweg die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
PV: is, veroorzaakt
OW: deze snelweg, deze snelweg die nieuw is
WG: is, veroorzaakt

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Deze snelweg die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden. 
Die nieuw is -> snelweg

Slide 9 - Tekstslide

Iets aan de hand
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk dat niet gemaakt is, wordt meestal gecontroleerd.
PV: 
OW: 
WG: 

Slide 10 - Tekstslide

Bijzin
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk dat niet gemaakt is, wordt meestal gecontroleerd.
Twee zinnen, want twee persoonsvormen. 
Bijzin = het huiswerk dat niet gemaakt is

Slide 11 - Tekstslide

Bijv. bijzin
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk dat niet gemaakt is, wordt meestal gecontroleerd.
PV: is, wordt
OW: het huiswerk dat niet gemaakt is, het huiswerk
WG: gemaakt is, wordt gecontroleerd

Slide 12 - Tekstslide

Bijv.bijzin
Onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde. 

Het huiswerk dat niet gemaakt is, wordt meestal gecontroleerd.

Bijzin = Dat niet gemaakt is -> huiswerk

Slide 13 - Tekstslide

Zelf werken
H1 grammatica zinsdelen: bijvoeglijke bijzinnen
Startopdracht 5 minuten
Checken
Opdracht 1 uitleggen bijv. bepaling
Opdracht 2: verschil zinsdeelzin = zinsdeelstuk
Opdracht 5 maken

Slide 14 - Tekstslide

Controleren
Wat is de bijv bijzin?

Een kaartje voor de opera is leuk voor hen die ervan houden. 

Slide 15 - Tekstslide