Bijvoeglijke bijzin-Havo 3 H.1 Grammatica


1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les


Slide 1 - Tekstslide

Bijvoeglijke bijzin
Doel:
Je kunt een bijvoeglijke bijzin herkennen in een zin

Slide 2 - Tekstslide

In een woordgroep met een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord als kern kunnen bijvoeglijke bepalingen staan. 

Een woordgroep is een opeenvolging van woorden die bij elkaar horen. 
Voorbeeld: heel mooie bomen in een rij.
mooie =bijvoeglijke bepaling bij bomen
in een rij = bijvoeglijke bepaling bij bomen


Slide 3 - Tekstslide

Vergelijk de zinnen 1a en 1b:

1a Deze nieuwe snelweg (zn) veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden.

1b Deze snelweg (zn) , die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden.

Slide 4 - Tekstslide

In zin 1a is het onderwerp Deze nieuwe snelweg. Daarbinnen is nieuwe een bijvoeglijke bepaling bij de kern snelweg.

 
In zin 1b is het onderwerp Deze snelweg, die nieuw is 

Het zinnetje die nieuw is is binnen het onderwerp een bijvoeglijke bepaling bij de kern snelweg.

Slide 5 - Tekstslide


Deze snelweg, die nieuw is, veroorzaakt geluidsoverlast voor omwonenden.

Deze bijvoeglijke bepaling is een zin – dat zie je aan de persoonsvorm is – en heet daarom een bijvoeglijke bijzin
Dat noteer je zo:
bijv.bijzin = die nieuw is → snelweg

Slide 6 - Tekstslide

Een bijvoeglijke bijzin hoort vaak bij een zelfstandig naamwoord, maar kan ook horen bij een voornaamwoord, bijvoorbeeld een persoonlijk voornaamwoord.
(ik, je, jij, jou, me, mij, u, hij, zij, het, we, wij, ons, jullie, zij (meervoud), ge, gij, hem haar, hen hun)

Een seizoenskaart van Ajax is leuk voor hen die elke wedstrijd willen zien.
hen(pers.vnw) ( bijv.bijzin die elke wedstrijd willen zien).
bijv.bijzin = die elke wedstrijd willen zien → hen

Slide 7 - Tekstslide

Onthoud:

De bijvoeglijke bepaling (bvb) is altijd een deel van een zinsdeel en vertelt iets over een zelfstandig naamwoord en hoort daar ook bij. 

Slide 8 - Tekstslide

Zo herken je de bijvoeglijke bijzin
Een bijvoeglijke bijzin zegt iets over een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord;

is een zin en heeft dus een persoonsvorm;

is geen zinsdeel (zoals een ow-zin, lv-zin, mv-zin, vv-zin en bwb-zin), maar een zinsdeelstuk, net als een gewone bijvoeglijke bepaling.



Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

De nieuwste coronavariant komt uit Zuid-Afrika.
Wat is nieuwste in deze zin?
A
bijvoeglijke bepaling
B
bijvoeglijke bijzin

Slide 11 - Quizvraag

Vivianne Miedema die speelt voor Arsenal, is gekozen tot de beste voetbalster van het jaar.
Wat is goed?
A
beste is een bijvoeglijke bepaling van het jaar is een bijvoeglijke bepaling
B
beste is een bijvoeglijke bepaling van het jaar is een bijvoeglijke bijzin

Slide 12 - Quizvraag

Haar zus Suzanne, die al jaren in het buitenland woont, kon door de pandemie niet naar de plechtigheid komen.
Noteer de bijvoeglijke bijzin en zet erbij waarbij het hoort.

Slide 13 - Open vraag

Dit gerestaureerde hotel is verkocht aan een bekende man uit Amsterdam.
Noteer de bijvoeglijke bepalingen en zet erbij waarbij ze horen

Slide 14 - Open vraag

Alle trainingen van onze club zijn voorlopig overdag.
Noteer de bijvoeglijke bepaling

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Nog niet helemaal duidelijk? Lees zelfstandig de theorie

Maken:
opdr. 1 t/m 4 , 8 en 9



Snel klaar?  Je leest verder in je boek.

Slide 17 - Tekstslide