V2 Grammatica 20: koppelwerkwoord


Welkom v2at!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les


Welkom v2at!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Grammatica 20: koppelwerkwoord
  3. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Soorten werkwoorden
  • Welke twee soorten werkwoorden hebben we al geleerd?
  • Zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden
  • Kun je een zin bedenken met een zww en een hww erin?
  • Bijvoorbeeld: Ik heb (hww) dit weekend appeltaart gebakken (zww).

Slide 4 - Tekstslide

Doel: Je leert wat koppelwerkwoorden zijn en hoe je ze kunt herkennen in een zin. 

Slide 5 - Tekstslide

Koppelwerkwoorden
- Een koppelwerkwoord koppelt het onderwerp van de zin aan een toestand of eigenschap.
- Koppelwerkwoorden zijn vaak de persoonsvorm.
- Je kunt een koppelwerkwoord vervangen door een ander koppelwerkwoord.
- Er zijn negen koppelwerkwoorden.

Slide 6 - Tekstslide

Koppelwerkwoorden
zijn
blijken
heten
worden
lijken
dunken 
blijven
schijnen
voorkomen

Slide 7 - Tekstslide

Koppelwerkwoorden
Hij is bij Transavia toch piloot gebleven.
gebleven komt van blijven
gebleven is dus een koppelwerkwoord

De docente Nederlands is geweldig.
is komt van zijn
is is dus een koppelwerkwoord

Slide 8 - Tekstslide

Een koppelwerkwoord kan wel voorkomen in combinatie met een hulpwerkwoord.

Lasergamen kan spannend zijn

zijn = koppelwerkwoord
kan = hulpwerkwoord 
Een koppelwerkwoord kan niet voorkomen met een zelfstandig werkwoord.

De toets is slecht gemaakt

gemaakt = zelfstandig werkwoord
is = hulpwerkwoord

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Jammer dat het zo bewolkt was.

Slide 10 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Ondanks alle tegenslag, bleef ze optimistisch.

Slide 11 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

De teleurstelling na het verlies in de belangrijkste wedstrijd was immens.

Slide 12 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Het kopen van zogeheten 'lootboxen' in games is eigenlijk een vorm van gokken, aldus de Kansspelautoriteiten.

Slide 13 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

De actrice is altijd bescheiden gebleven.

Slide 14 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Het oeuvre van de schrijver is door de jaren heen behoorlijk omvangrijk geworden.

Slide 15 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Met dit resultaat was Ties erg blij geweest.

Slide 16 - Open vraag

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

De brief wordt geschreven door Walter.

Slide 17 - Open vraag

Opdracht maken
  • Maak opdracht 2 op pagina 82 van je boek. 
  • Je krijgt hier 10 minuten de tijd voor. 
  • Je mag zachtjes overleggen met je buur. 

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 2 nakijken
a blijft – koppelwerkwoord
b wordt – koppelwerkwoord
c wordt – hulpwerkwoord, voorzien - zelfstandig werkwoord
d is – hulpwerkwoord, gehalveerd - zelfstandig werkwoord
e moet - hulpwerkwoord, gevierd - zelfstandig werkwoord, worden – hulpwerkwoord
f groeide – zelfstandig werkwoord
g blijven – hulpwerkwoord, lachen - zelfstandig werkwoord
h worden – hulpwerkwoord, bewaard - zelfstandig werkwoord

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het koppelwerkwoord in de volgende zin?

Cole lijkt te vertrouwen, maar hij is het niet.

Slide 20 - Open vraag

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: woensdag 14 februari
  • Huiswerk: leren p. 186-195 en 82 (voorzetselvoorwerp niet)
  • Meenemen: leesboek, boek, schrift, pen en LAPTOP
  • Programma: grammatica 20

Slide 21 - Tekstslide