Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Werkwoorden en bijvoeglijk naamwoord
wat is hier de juiste vertaling van: het gelukkige meisje?
A
La heureuse fille
B
La fille heureuse
C
La heureuxe fille
D
La heureuxe fille
1 / 15
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
15 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
wat is hier de juiste vertaling van: het gelukkige meisje?
A
La heureuse fille
B
La fille heureuse
C
La heureuxe fille
D
La heureuxe fille
Slide 1 - Quizvraag
Wat is de juiste vertaling van: de sportieve meisjes?
A
les filles sportifes
B
les filles sportives
C
les filles sportifs
D
les sportives filles
Slide 2 - Quizvraag
Wat is de juiste vertaling van: de lekkere taart
A
la tarte bien
B
la tarte bon
C
la bonne tarte
D
la tarte bonne
Slide 3 - Quizvraag
Regelmatige werkwoorden
Slide 4 - Tekstslide
Regelmatige ww. op ER
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn de juiste uitgangen présent bij ww. op ER
A
e, e, es, ons, ez, ont
B
e, es, e, ons, ez, ent
C
e, e, e, ons, es, ent
D
e, es, es, ons, ez, ont
Slide 6 - Quizvraag
Regelmatige ww. op IR
Slide 7 - Tekstslide
Wat zijn de juiste uitgangen van de regelmatige ww. op IR (présent)
A
is, is, it, issons, issez, issent
B
is, is, is, ons, ez, ent
C
is, it, it, isons, isez, isent
D
is, it, it, issons, issez, ont
Slide 8 - Quizvraag
Regelmatige ww. op RE
Slide 9 - Tekstslide
Wat zijn de juiste uitgangen van de regelmatige ww. op RE (présent)
A
s, s, e, ons, ez, ent
B
s, s, t, ons, ez, ent
C
s,s, - , ons, ez, ent
D
s, s, -, ons, ez, ont
Slide 10 - Quizvraag
Onregelmatige werkwoorden AVOIR, ETRE, ALLER + FAIRE
Slide 11 - Tekstslide
Welke vormen van ETRE kloppen in de PRESENT?
A
je suis, tu es, nous sommes, ils ont
B
tu est, il est, nous sommes, vous êtes
C
nous sommes, vous êtes, ils sont
D
je suis, tu es, il es, nous sommes
Slide 12 - Quizvraag
Welke vormen van AVOIR kloppen hier in de présent?
A
j'ai , tu as, il as, nous avons
B
j'ai, tu as, il a, nous avons
C
nous avons, vous avez, ils sont
D
nous avons, vous êtes, ils ont
Slide 13 - Quizvraag
Welke vormen van FAIRE kloppen hier in de présent?
A
je fais, tu fais, il fait, nous faisons
B
nous faisons, vous faitez, ils font
C
nous faisons, vous faites, ils faisont
D
je fais, tu fait, il fait, nous faisons
Slide 14 - Quizvraag
Welke vormen van ALLER kloppen hier in de présent?
A
je vais, tu vais, il va
B
nous allions, vous allez, ils vont
C
je vais, tu vas, il va
D
nous allons, vous allez, ils allont
Slide 15 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
grammatica toets chapitre 1
October 2024
- Les met
53 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Eindtoets chapitre 8
June 2021
- Les met
49 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Oefenen met ww herhaling tweede klas
September 2021
- Les met
38 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2,3
Eindtoets chapitre 6
June 2021
- Les met
49 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Herhaling ww in verschillende tijden H3d
January 2024
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Les verbes réguliers + irréguliers
September 2024
- Les met
21 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
mercredi 22 septembre
May 2024
- Les met
39 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
05 - uitleg futur proche et futur
June 2021
- Les met
28 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3