P2 2JAM 3.2

Today
Aims:
You can produces correct sentences in reported speech.
You can have a conversation with a new business partner.

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Today
Aims:
You can produces correct sentences in reported speech.
You can have a conversation with a new business partner.

Slide 1 - Tekstslide

Programme
Check vocabulary
Work on unit 10
Role-play 

Slide 2 - Tekstslide

Portfolio
Any questions left?

Slide 3 - Tekstslide

Reported speech (1)
In het Nederlands heet dit indirecte rede.
Alsof je een reporter bent: je herhaalt wat iemand gezegd heeft.
Dit lijkt veel op hoe we dat in het Nederlands doen.

1. Als iets net gezegd is, gebruik je dezelfde werkwoordstijd:
Iemand komt binnen en zegt: 'I want to see him.' wordt 'She says she wants to see him'

2. Als je het hebt over iets wat langer geleden is, gebruik je verleden tijd.
Als de vorige situatie gisteren gebeurde zeg je: 'She said she wanted to see him.'

Slide 4 - Tekstslide

Reported speech (2)

Je gebruikt vormen van say (zeggen) en tell (vertellen) om reported speech te maken. Wat is het juiste rijtje van to tell?
A
tell-telled-telled
B
tell-telled-told
C
tell-told-told
D
tell-tell-told

Slide 5 - Quizvraag

Reported speech (3)

Je gebruikt vormen van say (zeggen) en tell (vertellen) om reported speech te maken. Wat is het juiste rijtje van to say?
A
say-sayed-sayed
B
say-sayed-said
C
say-said-said
D
say-say-said

Slide 6 - Quizvraag

Welke werkwoordstijden staan in zo'n rijtje als
say - said - said? En in welke volgorde?
A
tegenwoordige tijd - verleden tijd - voltooid deelwoord
B
verleden tijd - voltooid deelwoord - tegenwoordige tijd -
C
toekomst -verleden tijd- tegenwoordige tijd
D
tegenwoordige tijd -verleden tijd - toekomst

Slide 7 - Quizvraag

Maak nu BB p100  (10 minutes)
A: vul de juiste vorm van say of tell in.
Kies dus uit: say-said-said en tell-told-told

B: Herschrijf de zinnen in reported speech.
'I want to see him now.' wordt dus 'She says she wants to see him now.

Not finished yet? The rest is homework.
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Useful language and skills

Skills A+G
In pairs
7 minutes
Done before time is up? Just keep talking about anything in English

Slide 9 - Tekstslide

Work on portfolio

Slide 10 - Tekstslide

Homework
Finish: BB p 100 Language review AB
Vocabulary ABC (p97)
Work on portfolio

Study:  P 97: AC
P 100 language review
P 101 Useful language
Irregular verbs (Teams)

Slide 11 - Tekstslide