herhaling elektriciteit

herhaling elektriciteit
leerlingen die woensdag voor de toets kiezen, graag voor in het lokaal.
De leerlingen die voor het PO kiezen, graag achter in het lokaal
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

herhaling elektriciteit
leerlingen die woensdag voor de toets kiezen, graag voor in het lokaal.
De leerlingen die voor het PO kiezen, graag achter in het lokaal

Slide 1 - Tekstslide

Bereken het rendement

Slide 2 - Open vraag

Wat betekent het rendement?
A
De hoeveelheid energie die een apparaat levert
B
De hoeveelheid warmte die elke seconde vrijkomt.
C
Het percentage nuttig gebruikte energie
D
De hoeveelheid gebruikte energie in 1 sec

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer schakelt een aardlekschakelaar de stroom uit?

Slide 4 - Open vraag

Wat is overbelasting?
A
Wanneer er geen stroom door een kabel loopt
B
Wanneer er te veel stroom door een kabel loopt
C
Wanneer de aardlekschakelaar niet werkt
D
Wanneer er kortsluiting is

Slide 5 - Quizvraag



Welke kleur heeft een nuldraad?
A
Bruin
B
Blauw
C
Groen/geel
D
Zwart

Slide 6 - Quizvraag

Een PS5 heeft een vermogen van 450 Watt, de TV heeft een vermogen van 66 Watt. Hoeveel energie kost een potje Call of Duty van 2 uur?

Slide 7 - Open vraag

Bij 10 mA gaat een batterij 150 uur mee. Bereken de capaciteit

Slide 8 - Open vraag

Kortsluiting of overbelasting?
A
Overbelasting
B
Kortsluiting

Slide 9 - Quizvraag

Een accu kan 10 ampère voor 5 uur leveren. Bereken de capaciteit van de accu.
A
Capaciteit = 10 / 5 = 2 Ah
B
Capaciteit = 10 x 5 = 50 Ah
C
Capaciteit = 10 - 5 = 5 Ah
D
Capaciteit = 10 + 5 = 15 Ah

Slide 10 - Quizvraag

Een stofzuiger met een vermogen van 1200 W staat 20 minuten aan. Hierbij kost 1 kWh €0,23
Bereken de energiekosten.

Slide 11 - Open vraag

Wat is het vermogen van een boormachine met een spanning van 230V en een stroomsterkte van 3,9A?

Slide 12 - Open vraag

Wanneer moeten apparaten worden geaard?

A
Als ze dubbel geïsoleerd zijn.
B
Als ze een metalen buitenkant hebben.
C
Als ze een kunststof buitenkant hebben.
D
Als ze niet geïsoleerd zijn.

Slide 13 - Quizvraag

Leg uit hoe kortsluiting kan ontstaan

Slide 14 - Open vraag