M33 Duits 11. Januar 2021 2e Stunde

Heute  
Montag 11. Januar 2021
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Heute  
Montag 11. Januar 2021

Slide 1 - Tekstslide

Programm
- Wiederholung Grammatik:
* Zwakke werkwoorden
* Trappen van vergelijking 
- Basisaufgaben Kapitel 17 bearbeiten

Donderdag 11 februari 2021 SE Kapitel 16 & 17
 

Slide 2 - Tekstslide

Zwakke werkwoorden
E-ST-T-EN-T-EN. 
Werkwoorden die eindigen met de stam op -d of -t dan komt er in de du/er/sie/es/ihr vorm en bij het voltooid deelwoord een extra -e

Slide 3 - Tekstslide

Kies het juiste antwoord.
Ich mach__ meine Hausaufgaben.
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 4 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Du mach__ deine Hausaufgaben.
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 5 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Wir mach__ unsere Hausaufgaben.
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 6 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Martin mach__ seine Hausaufgaben.
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 7 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Linda miet___ eine Ferienwohnung.
A
miete
B
mietest
C
mietet
D
mieten

Slide 8 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Wir haben eine Ferienwohnung __________ (mieten).
A
gemiet
B
gemiett
C
gemietet
D
gemieten

Slide 9 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Du red___ immer sehr viel.
A
rede
B
redest
C
redet
D
reden

Slide 10 - Quizvraag

Zwakke werkwoorden

Slide 11 - Tekstslide

Kies het juiste antwoord.
Du _____ (haben) eine neue Tasche.
A
habe
B
hast
C
hat
D
haben

Slide 12 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Ich _____ (sein) schon 12 Jahre alt.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 13 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Quinten ____ (sein) sehr klug.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 14 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord.
Im Sommer sind wir in Berlin _____ (sein).
A
gewest
B
gewese
C
gewesen
D
geweset

Slide 15 - Quizvraag

Trappen van vergelijking (1)
lieb - lieber - am liebsten
schön - schöner - am schönsten
spät - später - am spätesten
heiß - heißer - am heißesten

Wanneer de stam eindigt op -d, -t of een sis-klank (s, z, ß) dan komt er een extra -e in de overtreffende trap.

Slide 16 - Tekstslide

Vul de vergrotende en overtreffende trap in van de stellende trap "schön"
A
schöner - am schönste
B
schöner - am schönsten
C
schöner - am schönst

Slide 17 - Quizvraag

Vul de vergrotende en overtreffende trap in van de stellende trap "laut"
A
lauter - am lautesten
B
lauter - am lautsten
C
lauter - am lauteste

Slide 18 - Quizvraag

Trappen van vergelijking (2)
jung - jünger - am jüngsten
alt - älter - am ältesten
kalt - kälter - am kältesten
warm - wärmer - am wärmsten
lang - länger - am längsten
kurz - kürzer - am kürzesten

Wat valt jullie op aan de bovenstaande vormen?

Slide 19 - Tekstslide

Trappen van vergelijking (2)
Sommige woorden krijgen een Umlaut.
Bij de meeste van deze woorden gaat het om tegenstellingen.

stark - stärker - am stärksten
schwach - schwächer - am schwächsten

Slide 20 - Tekstslide

Trappen van vergelijking (2)
Onregelmatige vormen:

groß - größer - am größten
gut - besser - am besten
viel - mehr - am meisten
gern - lieber - am liebsten
hoch - höher - am höchsten

Slide 21 - Tekstslide

Basisaufgaben Kapitel 17 bearbeiten
Aufgaben bearbeiten K17: Einleitung, 1.1, 3.2, 3.4, 5.2, 8.3
Woensdag 13 januari vóór 16.00 uur inleveren via It's Learning.

Vrijdag bespreken we een aantal opdrachten 
tijdens de les.

Slide 22 - Tekstslide