Evolutie B6

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

On the Origin of Species
Darwin stelde dat:
1. Er elke generatie meer individuen geboren worden dan kunnen overleven.        Er is dus competitie. 
2. Er is natuurlijke variatie tussen individuen van dezelfde soort. 
3. Individuen die dankzij deze variatie beter aangepast zijn aan hun       omgeving overleven. Deze individuen zullen hun aanpassingen doorgeven  aan de volgende generatie. ("Survival of the fittest")
4. Als er scheiding optreed dan zullen nieuwe soorten ontstaan
     (want andere aanpassingen).

Slide 2 - Tekstslide

Soorten deel je in op basis van gelijkenissen. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een soort?
Organismen behoren tot een soort als ze op natuurlijke wijze kunnen voortplanten en hierbij vruchtbare nakomelingen krijgen. 

OF: Grootste populatie waartussen gene flow (uitwisseling van genen) kan plaatsvinden. 

Slide 4 - Tekstslide

Genetica van populaties
Evolutie in populaties
Genen komen in een bepaalde verhouding voor. 
Dat is een getal tussen 0 en 1. 
Als er geen selectie is dan worden de genen random doorgegeven en blijft die verhouding over generaties hetzelfde. 
Dit is de wet van Hardy-Weinberg 

Slide 5 - Tekstslide

Flashback genetica
A
a
A
AA
Aa
a
Aa
aa

Slide 6 - Tekstslide

Hardy-Weinberg
Stel dat elk allel een frequentie heeft.
A heeft frequentie p en a heeft frequentie q. 
A en a zijn de mogelijkheden. Dus p + q = 1.
A
a
A
AA
Aa
a
Aa
aa
A (p)
a (q)
A (p)
AA
p^2
Aa
pq
a (q)
Aa
pq
aa
q^2

Slide 7 - Tekstslide

Hardy-Weinberg

p^2 + 2pq + q^2 = 1
A (p)
a (q)
A (p)
AA
p^2
Aa
pq
a (q)
Aa
pq
aa
q^2

Slide 8 - Tekstslide

Als 9% van een populatie een recessief fenotype heeft, wat is dan de frequentie q, en p?

Slide 9 - Open vraag

Je kan zo berekenen welke allelen in de geslachtscellen komen
p^2 + 1/2pq  voor p
en
q^2 + 1/2 pq voor q

Slide 10 - Tekstslide

Wat als er wel selectie is?

Slide 11 - Open vraag

Aannames van Hardy-Weinberg

Slide 12 - Tekstslide

Als allelfrequenties veranderen
Dan spreken we van micro-evolutie
Als er hierdoor nieuwe soorten ontstaan (geen uitwisseling van genen meer) dan spreken we van macro-evolutie. 
(Als een andere soort mee-evolueert spreken we van
co-evolutie)

Slide 13 - Tekstslide

Hoe?
Wel selectie op een bepaald gen. 
Maar bijvoorbeeld ook door genetic drift. 

Slide 14 - Tekstslide

Genetic drift
Door kleine populaties (aanname van HW = grote populatie) kunnen allelfrequentie veranderingen door toeval optreden. 
Bijvoorbeeld als een selecte groep migreert (aanname HW= geen migratie) en alleen recessieve genen heeft...(founder effect)
Of als een grote groep uitsterft en de overlevers vooral een recessief gen hebben (Bottleneck)

Slide 15 - Tekstslide

Founder effect
Bottleneck event

Slide 16 - Tekstslide

Op het eiland Pingelap (dit bestaat echt) is 4-10% kleurenblind. Dit fenomeen is ontstaan na een orkaan in 1775 die maar 20 mensen op het eiland overleefde. Leg in eigen woorden kort uit waarom de incidentie van kleurenblindheid nu zo hoog is.

Slide 17 - Open vraag

Onder de Amish populatie komt meer polydactyly (extra vingers/tenen) voor dan onder de algemene algemene populatie. Door welk effect zou dit komen?
A
Bottleneck event
B
Founder event
C
Dat kan ik niet zeggen met deze informatie

Slide 18 - Quizvraag

Hoe ontstaan soorten (macro-evolutie)
Door reproductieve isolatie
Om een reden paren bepaalde organismen niet meer, en hierdoor kunnen ze andere soorten vormen.

Slide 19 - Tekstslide