De woordenschat breidt uit, zinsconstructies worden complexer, het kan abstracter denken,…
Slide 2 - Tekstslide
ONTWIKKELINGS-
PERIODES
De zuigeling= 0-18 maanden
De peuter = 18 maanden – 4 jaar
De kleuter = 4 – 6 jaar
Slide 3 - Tekstslide
Algemene ontwikkelingskenmerken:
Eigen tempo: elk kind ontwikkelt op eigen tempo
Gevoelige periodes: het kind is gevoelig om een bepaalde functie te ontwikkelen (herhalen en oefenen)
Innerlijke kracht: onweerstaanbare drang om zelfstandig te worden
Vaste volgorde: leren van vaardigheden (eerst zitten, dan kruipen, staan en stappen)
Slide 4 - Tekstslide
Ontwikkeling op 5 grote gebieden:
Lichamelijke ontwikkeling
Motorische ontwikkeling
Spraak -en taalontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling
Sociale -en emotionele ontwikkeling
Slide 5 - Tekstslide
Motorische ontwikkeling:
Grove motoriek
Fijne motoriek
Nauwe verbondenheid
Bepaalde basis-voorwaarden
Slide 6 - Tekstslide
Cognitieve ontwikkeling:
= Mentaal proces
Geheugen, cognitie en aandachtsfunctie
Opslaan van informatie
= toepassen van processen bij het waarnemen, herinneren, denken, redeneren en begrijpen
Slide 7 - Tekstslide
Emotionele ontwikkeling:
gevoelens van zichzelf en anderen begrijpen en daarmee leren omgaan
ontwikkelen van een eigen persoonlijkheid
ontwikkelen van emoties, zelfbeeld en temperament
Slide 8 - Tekstslide
Sociale ontwikkeling:
Begrip voor andere mensen
ontwikkelen van positief gedrag en vaardigheden ten opzicht van de medemens
omgangsregels en relaties tussen mensen
Slide 9 - Tekstslide
Film: Mocking birds don't sing
Slide 10 - Tekstslide
Rol van aanleg, milieu en zelfbepaling in de ontwikkeling
Afhankelijk van 3 factoren:
de aanleg= deerfelijke/natuurlijke aanleg waarmee het kind geboren wordt
het milieu = is de omgeving die invloed kan uitoefenen op de ontwikkeling
de zelfbepaling= de eigen, vrije keuze van de mens
Slide 11 - Tekstslide
Rol van aanleg:
Erfelijkheidsfactoren bepalen de ontwikkeling. Onze ontwikkeling is voorgeprogrammeerd en komt door rijping van zenuwcellen in de hersenen tot ontplooiing. Dit zit in onze genen verankerd.
Slide 12 - Tekstslide
Rol van het milieu
De omgeving/milieu waarin het kind opgroeit heeft een actieve invloed op de ontwikkeling. Dit is ook de opvoeding van thuis die men meekrijgt.
Slide 13 - Tekstslide
Rol van zelfbepaling
je kiest zelf en kan 'ja' en 'nee' zeggen
je kiest je eigen doelen in het leven
men gaat zijn eigen weg waardoor je zelf richting geeft aan je ontwikkeling
Slide 14 - Tekstslide
Interactie tussen de 3 factoren:
De 3 factoren beïnvloeden elkaar
Op bepaalde momenten kan een bepaalde factor doorslaggevend zijn
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht: eigen mening
Slide 16 - Tekstslide
Spelen versus ontwikkeling
Spelen = noodzakelijk
Spelen =een levensbehoefte zoals eten & drinken= een stimulatie van de ontwikkeling
Spelen neemt een belangrijke rol in de persoonlijkheids-ontwikkeling
Slide 17 - Tekstslide
Spel motorische ontwikkeling
spieren onder controle krijgen
bewegingen worden steeds meer geautomatiseerd
leren handen & vingers gebruiken, ook onafhankelijk van elkaar