Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Welkom!
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
mavo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom!
Slide 1 - Tekstslide
Grammatica woordoorten
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden benoemen in een zin.
Je kunt persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden zelf goed gebruiken in een zin.
Slide 3 - Tekstslide
persoonlijk
bezittelijk
Slide 4 - Tekstslide
Persoonlijk of bezittelijk
Hij geeft het boek aan
ons
> pers. vnw.
Het is
ons
boek > bez. vnw.
Jullie
fietsen morgen naar school.
Het is
jullie
school > bez. vnw.
Schrijf deze voorbeelden in je schrift!
Slide 5 - Tekstslide
Sleep de woorden naar het juiste vak.
jullie
ons
we
het
pers. vnw.
bez. vnw.
kan beide
Slide 6 - Sleepvraag
Let op! (en schrijf op)
het
hoeft dus niet altijd een lidwoord te zijn.
Als het niet voor een zelfstandig naamwoord staat, maar echt iets betekent in de zin, is
het
een pers. vnw.
Vind jij
het
ijsje lekker? > lw
Is
het
lekker weer? > pers. vnw.
Het
is bedtijd > pers. vnw.
Slide 7 - Tekstslide
Vertel me eens op welke camping jullie je vakantie hebben doorgebracht.
A
me=pers jullie=bez je=pers
B
me=bez jullie=pers je=bez
C
me=pers jullie=pers je=bez
D
me=bez jullie=bez me=bez
Slide 8 - Quizvraag
Op mijn school maakt iedereen een creatieve opdracht voor zijn leukste vak.
A
mijn=bez iedereen=pers
B
mijn=bez zijn=bez
C
mijn=bez iedereen=pers zijn=bez
D
mijn=bez zijn=zww
Slide 9 - Quizvraag
Volgens jou wil jullie vriend uit Urk jouw zeilbootje dus graag kopen.
A
jou=pers jullie=pers jouw=bez
B
jou=pers jullie=bez jouw=bez
C
jou=bez jullie=pers jouw=bez
D
jou=bez jullie=bez jouw=bez
Slide 10 - Quizvraag
Die moeder van haar heeft mij goed geholpen.
A
haar=bez mij=pers
B
haar=pers mij=bez
C
haar=pers mij=pers
D
haar=bez mij=bez
Slide 11 - Quizvraag
Hun is nooit onderwerpsvorm!
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Zullen wij hun deze som even uitleggen?
zullen-wij-hun-som=
A
ww-pers-bez-zn
B
ww-pers-bez-bijw
C
ww-pers-pers-zn
D
ww-pers-pers-zn
Slide 14 - Quizvraag
Dat zusje van haar is zo irritant!
haar-is-irritant
A
bez-ww-bn
B
bez-ww-bn
C
pers-ww-bn
D
pers-ww-zn
Slide 15 - Quizvraag
Hij was niet aanwezig op het feest van zijn Franse geliefde.
hij-was-zijn-Franse
A
pers-ww-bez-zn
B
zn-ww-bez-zn
C
pers-ww-bez-zn
D
pers-ww-bez-bn
Slide 16 - Quizvraag
Welke kapper heeft voor haar al die kraaltjes in haar haar gevlochten?
1e haar-2e haar-3e haar=
A
pers-bez-pers
B
pers-bez-bez
C
pers-bez-pers
D
pers-bez-zn
Slide 17 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Donderdag 3 februari: herhaling grammatica h1 t/m h4 m.n. h3 en 4
Februari 2022
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
April 2021
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica woordsoorten deel 3
Januari 2021
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Januari 2021
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
D2 / W2 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
September 2023
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Oktober 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Mei 2022
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
September 2022
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1