les 27 poëzieanalyse les 10

 poëzieanalyse les 10 en 11

Pak vast:
- pen en papier
- poëzieboekjes
En ik krijg nog vier examens!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 poëzieanalyse les 10 en 11

Pak vast:
- pen en papier
- poëzieboekjes
En ik krijg nog vier examens!

Slide 1 - Tekstslide

Deze lessen
- Stripgedicht: Ik ben de jongen
- Huiswerk opdracht nakijken: De moeder de vrouw
- Twee gedichten analyseren
- Playlistpoëzie

Pak vast:
- pen en papier
- poëzieboekjes

Slide 2 - Tekstslide

Ik ben de jongen
Bloemlezing blz. 5

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Bespreken:
opdrachtenboekje blz. 5 'De moeder de vrouw'
Lezen: info over de dichter
Lezen: 'De moeder de vrouw'
Maken: onderstaande opdracht blz. 5

Slide 5 - Tekstslide

Opdrachtenboekje blz. 5 'De moeder de vrouw'
  • 1. Duidelijkste voorbeeld: regel 4-5, maar ook in regel 2-3 en 3-4 zit enjambement.
  • 2. abba cddc efe fef omarmend en gekruist
  • 3. strofe 1: Bommel – brug – brug – buren
  • strofe 4: zij – zong – zong – zij – Zijn – zal
  • strofe 4: dacht – dat – daar

Slide 6 - Tekstslide

Opdrachtenboekje blz. 5 'De moeder de vrouw'
  • 4. Twee overzijden … weer buren: personificatie
  • mijn hoofd vol van het landschap: metafoor
  • stem uit de oneindigheid: metafoor
  • 5. Bij de laatste twee regels. Eerst is het gedicht nog heel algemeen. Er wordt een landschap beschreven, de ik ziet een vrouw op een schip. In de laatste twee regels wordt het persoonlijk en wordt er ingezoomd op zijn moeder.

Slide 7 - Tekstslide

Opdrachtenboekje blz. 5 'De moeder de vrouw'
  • 6. – de ik gaat naar de brug; de vrouw vaart eronderdoor
  • - de ik lag (in het gras); de vrouw stond (aan het roer)
  • - de ik luistert; de vrouw zingt
  • - de ik is passief; de vrouw actief

  • 8. Hij gaat dood
  • 10. De ik associeert de vrouw die aan het dek staat met zijn moeder. Die moeder is waarschijnlijk gestorven. Het gedicht lijkt te gaan over het verlangen naar een  gestorven moeder.

Slide 8 - Tekstslide

Opdrachtenboekje blz. 5 'De moeder de vrouw'
Diepere laag:
Twee overzijden worden gescheiden door de rivier. De brug verbindt die overzijden met elkaar. De twee overzijden worden soms geïnterpreteerd als een metafoor voor het leven op aarde en het hiernamaals. Bij deze lezing is de brug, de verbindende factor, Jezus. De ik is op aarde, aan hem gekoppeld zijn allerlei aardse zaken, bijv. in het gras liggen en thee drinken.
De moeder is in de ‘oneindigheid’, in de hemel. Zij komt met een geruststelling: vertrouw op God, Hij zal voor je zorgen.

Slide 9 - Tekstslide

Voor een dag van morgen
Opdrachtenboekje blz. 6, Bloemlezing blz. 5

Lees het gedicht, maak de opdracht. 

Slide 10 - Tekstslide

Voor een dag van morgen, blz. 5
  1. Zes delen
  2. Steeds wordt aangegeven waaraan verteld mag worden hoeveel de ik-persoon van de andere persoon hield. 
  3. De wind die in de bomen klimt of uit de takken valt
  4. Een kind dat jong genoeg is om het te begrijpen. Normaal gesproken begrijp je iets beter als je ouder wordt.
  5. Repetitio
  6. Strofe 1: aan wie het wel verteld mag worden, Strofe 2: aan wie niet

Slide 11 - Tekstslide

De eendagsvlieg
blz. 5 bloemlezing

Een eendagsvlieg uit de Vogezen
Zat in zijn memoires te lezen.
Hij schrok toen hij zag:
't is nog maar kort dag.
Een weekdier, dat wil ik wezen.

Slide 12 - Tekstslide

De eendagsvlieg
blz. 5 bloemlezing

Een eendagsvlieg uit de Vogezen
Zat in zijn memoires te lezen.
Hij schrok toen hij zag:
't is nog maar kort dag.
Een weekdier, dat wil ik wezen.

Dichtvorm?
Wat valt nog meer op?

Slide 13 - Tekstslide

De avondshow
Welk stijlfiguur zorgt hier voor frustratie?
26 min.
Arjen Lubach

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Is het vandaag of gisteren? - Vasalis
Opdrachtenboekje blz. 6
Bloemlezing blz. 4 (linksonder)

Maak de opdracht

Slide 16 - Tekstslide

Is het vandaag of gisteren? 
  1. Regel 3: vandaag – vaag (of de Franse woorden)
  2. Bijvoorbeeld zo – zo – zonder – Zij - zoekt
  3. Regel 12: niemand – niemand
  4. Paradox in laatste regel: die nu mijn kind en moeder bent











Slide 17 - Tekstslide

Is het vandaag of gisteren? 
  • 5. Voorbeelden beeldspraak:
    Metaforen:
    - Bladstil, gewichtloos drijvend op haar witte bed
    - Zo ver al van de aarde weggedreven; zo moedig uitgestapt en in de ruimte zwevend; zonder bestek en her en der
    Vergelijking:
  • - Moeder met sneeuwwitte astronaut

Slide 18 - Tekstslide

Is het vandaag of gisteren? 
6. Waarover gaat dit gedicht?
  • Het gaat over de moeder van de ik. Ze is dement en raakt haar greep op de werkelijkheid kwijt. De dochter ziet haar dementerende moeder als een astronaut, een ruimtevaarder die losgekoppeld is van de vertrouwde wereld. Ze weet niet meer goed welke dag het is, ze is vooral met vroeger bezig en is erg moe. Voor de ik is ze nu tegelijkertijd haar moeder en haar kind. 

Slide 19 - Tekstslide

Playlistpoëzie
Zie werkblad

Probeer in je gedicht beeldspraak en stijlfiguren te verwerken.

We lezen er straks een paar voor, die we bespreken.

Slide 20 - Tekstslide