Hoofdstuk 2 (Vestigingsplaatsanalyse)

Hoofdstuk 2 Vestigingsplaatsanalyse
2.1 - 2.2
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailHBOMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 Vestigingsplaatsanalyse
2.1 - 2.2

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat een vestigingsplaats is
  • Aan het eind van deze les kun je een doelgroep bepalen
  •  Aan het eind van deze les weet je waar je statistieken over een doelgroep op kan zoeken

Slide 2 - Tekstslide

Plaats
Je plaats moet aansluiten op de Winkelformule

  • Welke doelgroep?
  • Welke marktpositie? (Bijvoorbeeld: Servicedistributie)
  • Hoe is de retailmix samengesteld? ( Bijvoorbeeld: Sportkleding en materialen)

Slide 3 - Tekstslide

Vraag:
Waarom zal een bedrijf kijkende naar de P's van de retailmix bijna altijd eerst naar Plaats kijken?

  • Omdat je de Plaats (Naam, Locatie, Inrichting) het minst snel kan veranderen

Slide 4 - Tekstslide

Vestigingsplaatsonderzoek (VPO)
Waarom? 
  • Je kan kijken of je winkelformule aansluit bij de wensen van potentiële klanten
  • Je kan zien of er genoeg omzet te behalen is kijkend naar doelgroep en concurrenten

Slide 5 - Tekstslide

Doelgroep
Welke klanten wil je bereiken? Waar is deze groep te bereiken en hoever willen deze mensen reizen?

Wat voor gedrag vertoont deze doelgroep? Wat zijn wensen, behoeftes en kenmerken waarop je de winkel af kan stemmen?


Slide 6 - Tekstslide

Klantreis (Customer Journey)
Omnichannelstrategie:

  1. Klant maakt online kennis met het bedrijf (Bewustwordingsfase)
  2. Klant komt in de winkel ervaren (Onderzoeksfase)
  3. Klant koopt online (Aankoopfase)

Je moet in al deze fases als verkoper de juiste rol aannemen. Op het gedrag dat klanten in deze fases vertonen kan je ook weer je plaatskeuze baseren.

Slide 7 - Tekstslide

Plaats onderzoek van doelgroep
Als bedrijf is het belangrijk om te weten of je doelgroep groot genoeg is. Hiervoor kan je online zoeken naar verschillende statistieken.

Demografisch, Economisch en sociaal. 

Deze informatie zoek je op voordat je een plaats gaat bedenken
https://www.itspublic.nl/wp-content/uploads/2021/11/Roosendaal-Gemeente-in-Beeld-Its-Public-Nov.-2021.pdf

Slide 8 - Tekstslide

Vraag
Hoeveel procent van de 
Nederlanders is 
een man tussen de 15-19 Jaar oud?

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat een vestigingsplaats is
  • Aan het eind van deze les kun je een doelgroep bepalen
  •  Aan het eind van deze les weet je waar je statistieken over een doelgroep op kan zoeken

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Vestigingsplaatsanalyse
2.3

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het einde van deze les kan je uitleggen wat het marktgebied is
  • Aan het einde van deze les kan je de omvang van de bevolking berekenen
  • Aan het einde van deze les kan je de totale omzet schatten

Slide 13 - Tekstslide

Verzorgingsgebied
De meeste van je klanten komen uit de nabije omgeving. Dit is voor een supermarkt een kleiner gebied dan bijvoorbeeld een meubelwinkel.

Slide 14 - Tekstslide

Verzorgings- marktgebied
De regio die om een bedrijf heen ligt is het marktgebied. 

Dit gebied is voor de klant de afstand die hij bereid is om te reizen voor een product. Voor een retailer moet hij groot genoeg zijn om genoeg omzet te kunnen draaien.

Je hebt een verschil tussen het Primaire (80% v.d Omzet) en het Secundaire (20% v.d Omzet) verzorgingsgebied

Slide 15 - Tekstslide

Beoordeel of je gebied goed is
Je kan op 3 manieren beoordelen of je verzorgingsgebied goed genoeg is.

  1. Omvang en opbouw van bevolking
  2. Aanwezigheid van concurrenten
  3. Marktaandeel van concurrenten

Slide 16 - Tekstslide

Omvang en opbouw bevolking
Het bevolkingspotentieel is het aantal mogelijke klanten in je gebied.

Slide 17 - Tekstslide

Er komt in Roosendaal een nieuwe Ikea. Ze verwachten klanten uit gemeente Roosendaal, Bergen op Zoom, Rucphen en Steenbergen. Hoeveel mensen denk je dat in dit verzorgingsgebied leven?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Geschatte totale Omzet
Je kan de omzet van je bedrijf schatten door op te vragen wat de bestedingen per hoofd is in het verzorgingsgebied.
Als je dit weet kan je een formule gebruiken

Aantal inwoners (Bevolkingspotentieel) X Bestedingen per hoofd (Per persoon)

Slide 20 - Tekstslide

In de regio van een supermarkt wonen 18.500 mensen. Gemiddeld geven deze mensen 50 euro per week uit aan boodschappen. Wat is de geschatte jaaromzet van deze supermarkt?
A
€925.000
B
€48.100.000
C
€46.250.000
D
€962.000

Slide 21 - Quizvraag

Onderbewinkeling
Je wilt ook niet dat het te druk word in je winkel. Dan kan er onderbewinkeling ontstaan. Dan heb je te weinig plek om mensen kwijt te kunnen. 

Het tegenovergestelde is overbewinkeling waar je winkeloppervlakte is die niet benut word

Slide 22 - Tekstslide

Is er nog ruimte voor een nieuwe winkel?
Je wilt een supermarkt starten in een stadje waar al 2 andere supermarkten zijn. 
  • Er zijn 8000 Inwoners in het stadje
  • 70% van deze inwoners koopt ook in de stad
  • Elke inwoner geeft gemiddeld €55 euro per week uit aan boodschappen
  • De geschatte omzet per supermarkt is €5.235.000

TIP: Reken uit hoeveel geld er in totaal word uitgegeven in de stad.

Slide 23 - Tekstslide

Marktaandeel van concurrenten
Door het marktaandeel van je concurrenten te bekijken kan je zien of je misschien wel te dichtbij een grote winkel zit.

Formule:
Omzet winkel X : Totale omzet winkels (branche) 
X 100%
Let op de omzet moet van de zelfde periode zijn!!

Slide 24 - Tekstslide

Bakker Jan verdiende in Januari €27.000. In totaal werd in deze periode door bakkers in zijn omgeving €84.000 verdient. Bereken Jan zijn marktaandeel in %.
A
3,1%
B
3,2%
C
32,1%
D
5,6%

Slide 25 - Quizvraag

Verzorgingsgebied online winkel
Voor een webshop is reisafstand natuurlijk niet belangrijk.

Wel komen voor webshops de beschikbare talen, betalingsmogelijkheden en de wijze van bezorging erbij kijken.

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht
Opdracht 14 De schoenenzaak van Dunja 

Slide 27 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het einde van deze les kan je uitleggen wat het marktgebied is
  • Aan het einde van deze les kan je de omvang van de bevolking berekenen
  • Aan het einde van deze les kan je de totale omzet schatten

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Vestigingsplaatsanalyse
2.4

Slide 30 - Tekstslide

Vestigingsgebied
Er zijn 5 soorten vestigingsgebieden van een klein gebied naar een hele grote.
1. Buurtwinkelcentrum
2. Wijkwinkelcentrum
3. Stadsdeelwinkelcentrum
4. Stadswinkelcentrum
5. Nationaal winkelcentrum

Slide 31 - Tekstslide

Buurtwinkelcentrum
Straal: 500 meter (Circa 5 minuten lopen)
Bereik: 4.000 Inwoners

Kenmerken: Vaak 1 supermarkt met een paar kleine winkels erbij voor dagelijkse boodschappen

Voorbeeld: De bakker tegenover de straat

Slide 32 - Tekstslide

Wijkwinkelcentrum
Straal: 1.500 (Circa 20 minuten lopen)
Bereik: 18.000 Inwoners

Kenmerken: Vaak 1 of meer supermarkten met circa 20 andere winkels erbij voor bijvoorbeeld kleding en kantoorartikelen.

Voorbeeld

Slide 33 - Tekstslide

Stadsdeelwinkelcentrum
Straal: 2.000 (Circa 30 minuten lopen)
Bereik: 15.000 Inwoners + 60.000 die speciaal komen

Kenmerken: Vaak uitgaansmogelijkheden zoals: Bioscoop en meerdere horecagelegenheden. Veel parkeerplekken voor een relatief lage prijs.
Voorbeeld

Slide 34 - Tekstslide

Stadswinkelcentrum
Straal: Gemeente + kleinere dorpen
Bereik: 100.000 Inwoners

Kenmerken: Vaak gebruikt voor recreatief winkelen. Vaak in oude binnensteden van grote steden.

Voorbeeld

Slide 35 - Tekstslide

Nationaal winkelcentrum
Straal: Heel land
Bereik:  Miljoen++

Kenmerken: Vaak gebruikt voor grote voorzieningen. Bijvoorbeeld bekende musea of speciale winkels.

Voorbeeld: Villa Arena Amsterdam

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide