Samengestelde zinnen

Samengestelde zinnen -
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Samengestelde zinnen -

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm?
  • Op het schoolplein gaf mijn klasgenoot mij een duw. 
  • De leerling is ook een ongeleid projectiel. 
  • Hoewel ik vanmorgen op tijd vertrok, miste ik mijn bus.

Slide 2 - Tekstslide

Doelen

- hoofdzin

- bijzin

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling: persoonsvorm

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm (pv)?

- Tijdsproef : zin van tt <-> vt

- Getalsproef zin  enkelvoud<-> meervoud




Slide 4 - Tekstslide

DUS:
Ik zal morgen op visite bij oma gaan.
Tijdproef: Ik zou morgen op visite bij oma gaan.
Getalproef: Wij zouden morgen op visite...




Slide 5 - Tekstslide

Samengestelde zinnen
Enkelvoudige zinnen: Zinnen met één pv
Ik zal morgen op visite bij oma gaan.

Samengestelde zinnen: Zinnen met twee of meer pv's
Ik zal morgen op visite bij oma gaan, zodat ik haar weer gezien heb voordat ik op vakantie ga.
Let op: komma's en voegwoorden!

Slide 6 - Tekstslide

Soorten zinnen: hoofdzinnen

Hoofdzinnen:

- pv en onderwerp staan naast elkaar

- Je kan niet het woordje 'niet' tussen de pv en het onderwerp zetten.
- De zinnen worden aan elkaar gezet door 'en', 'of', 'maar', 'dus' en 'want' (nevenschikkende voegwoorden). 
De hond verstopte al zijn botten en rende toen hard weg. 
De  hond verstopte al zijn botten, want hij wilde niet delen. 
    

Slide 7 - Tekstslide

Soorten zinnen: Bijzinnen

Bijzinnen: Zinnen die niet 'los' kunnen voorkomen.

- Tussen persoonsvorm en onderwerpen kunnen dus wél zinsdelen staan. PV en O staan dus niet naast elkaar.

- De persoonsvorm staat meestal achteraan.
- Je herkent ze aan onderschikkende voegwoorden. 
De hond verstopte al zijn botten (hoofdzin), omdat hij (ond) ze nog niet wilde (pv) opeten (bijzin).

Slide 8 - Tekstslide

Welke onderdelen?
Jan heeft goed geleerd, waardoor hij een goed cijfer zal behalen.
A
Hoofdzin + Hoofdzin
B
Bijzin + Hoofdzin
C
Hoofdzin + Bijzin
D
Bijzin + Bijzin

Slide 9 - Quizvraag

2 HZ's of HZ & BZ?
Als je zoveel taart blijft eten, word je vanzelf wel misselijk.
A
HZ + HZ
B
BZ + HZ
C
HZ + BZ
D
BZ + BZ

Slide 10 - Quizvraag

Hoofdzin - bijzin?

Nadal heeft een geweldige backhand, maar toch kan hij Federer niet passeren.
A
HZ+HZ
B
HZ+BZ
C
BZ+HZ
D
BZ+BZ

Slide 11 - Quizvraag

Hoofdzin-bijzin?
Hoewel het vroeg licht werd, zongen de vogels nog niet.
A
BZ - HZ
B
HZ - BZ

Slide 12 - Quizvraag

Ik kan zien wat een hoofdzin en een bijzin is. Zo niet: wat vind je nog lastig?

Slide 13 - Open vraag