Week 14 Ne 2 mavo H4 Spelling: lastige werkwoorden
Taalverzorging spelling
Over lastige werkwoorden
Mevrouw Ori
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Taalverzorging spelling
Over lastige werkwoorden
Mevrouw Ori
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het voltooid deelwoord van 'maken'
timer
0:30
Slide 2 - Open vraag
Wat is het voltooid deelwoord van 'blijven'
timer
0:30
Slide 3 - Open vraag
Gemaakt, gebleven
-d/-t
-en
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Waar eindigt het voltooid deelwoord van het werkwoord 'stelen' op?
timer
0:30
A
-en
B
-d
C
-t
Slide 6 - Quizvraag
Waar eindigt het voltooid deelwoord van het werkwoord 'schrobben' op?
timer
0:30
A
-en
B
-d
C
-t
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Waar eindigt het voltooid deelwoord van het werkwoord 'vergroten' op?
timer
0:30
A
-en
B
-d
C
-t
Slide 9 - Quizvraag
Een -d of een -t?
De wereld is verander... door het internet.
timer
0:20
A
-t
B
-d
Slide 10 - Quizvraag
is 'veranderd' pv of vd?
De wereld is veranderd door het internet.
timer
0:20
A
pv
B
vd
Slide 11 - Quizvraag
van persoonsvorm naar voltooid deelwoord
In zijn dromen gaat meneer Van den Bos naar de kapper.
In zijn dromen is meneer Van den Bos naar de kapper gegaan.
Ik bouw een huis.
Ik heb een huis gebouwd.
Slide 12 - Tekstslide
Ik heb een huis gebouwd.
Slide 13 - Tekstslide
Hoezo lastig dan?!
Werkwoorden kun je in drie werkwoordsvormen opschrijven
tegenwoordige tijd, verleden tijd en voltooide tijd.
Ik lach
ik lachte
ik heb gelachen.... OK?
Slide 14 - Tekstslide
Hoe schrijf je de tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord van bespieden? Hij ... Hij heeft ...
timer
0:30
A
Hij bespiet
Hij heeft bespiet.
B
Hij bespied
Hij heeft bespied
C
Hij bespiedt
Hij heeft bespied.
D
Hij bespiedt
Hij heeft bespiet.
Slide 15 - Quizvraag
Hoezo lastig dan?!
Sommige werkwoorden klinken in de tegenwoordige tijd en voltooide tijd hetzelfde, maar schrijf je anders.
Tim verstuurt een berichtje.
Tim heeft een berichtje verstuurd.
Slide 16 - Tekstslide
Hoezo lastig dan?!
Sommige werkwoorden klinken in de tegenwoordige tijd en voltooide tijd hetzelfde en schrijf je ook nog eens hetzelfde.
Meneer Van den Bos gebruikt een hamer.
Meneer Van den Bos heeft een hamer gebruikt.
Slide 17 - Tekstslide
Meneer Van den Bos heeft een hamer gebruikt.
Slide 18 - Tekstslide
Hoe schrijf je de tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord van herstarten? Hij ... Hij heeft ...
timer
0:30
A
Hij herstart
Hij heeft herstart
B
Hij herstart
Hij heeft herstard
C
Hij herstardt
Hij heeft herstart
D
Hij herstardt
Hij heeft herstard
Slide 19 - Quizvraag
Lastige werkwoordsvormen
werkwoorden die in de tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord op elkaar lijken, zijn woorden die vaak beginnen met be-, ge-, ver-, ont-, her- of over-
huh maar zijn dat niet...
Slide 20 - Tekstslide
Samengevat
Sommige werkwoorden lijken in de tt en het vd op elkaar.
Bepaal welke vorm het is en kies de juiste uitgang.