Spreekvaardigheid thema 'kopen' extra les

intro
1 / 10
next
Slide 1: Slide
inburgeringVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

intro

Slide 1 - Slide

We hebben deze week geoefend met het thema 'kopen'.

Vandaag gaan we echte gesprekken voeren.




lesplan 
1. instructie/ uitleg
2. voorbereiden op het gesprek (individueel)
3. het gesprek 
3. nabespreken (klassikaal) --> proces en product

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

lesdoel
Je kunt een gesprek voeren.

Je kunt aan de hand van de beoordelingscriteria feedback geven op het gesprek van een medestudent.

Je kunt feedback ontvangen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

1. instructie

Slide 4 - Slide

Noem een naam van een cursist en draai aan het rad. De cursist ziet dan welke opdracht hij zometeen moet gaan uitvoeren.


Wat oefen jij vandaag?
1. Adequaatheid: Ik begrijp het antwoord. Er wordt een  antwoord geven op de gestelde vraag.
2. Woordenschat: De gebruikte woorden passen bij de gestelde vraag.
3. Grammatica: Er worden geen fouten gemaakt in de werkwoorden, meervouden en zinsopbouw.
4. Vloeiendheid: Het antwoord komt er vloeiend en makkelijk uit.
5. Samenhang: De voegwoorden, zoals 'maar, omdat, want, en, of' worden correct gebruikt. De verwijswoorden, zoals  'hij, zij, die dat' worden correct gebruikt.
6. Verstaanbaarheid: Het antwoord is verstaanbaar.

* Als punt 1 onvoldoende is, is de score 0!

Slide 5 - Slide

Dit zijn de beoordelingscriteria voor spreken.

De cursist kiest een of meerdere beoordelingscriteria. Dit zijn de punten waarop hij/zij feedback krijgt deze les.


Gesprek A                  Gesprek B

Slide 6 - Slide

Deel de les met de leerlingen, zodat zij zelf naar de juiste slide kunnen gaan.
 
De docent kan een gesprekspartner zijn en leest de tekst voor, maar je kunt er ook voor kiezen om een andere cursist dit te laten doen.


Gesprek C                  

Slide 7 - Slide

Deel de les met de leerlingen, zodat zij zelf naar de juiste slide kunnen gaan en het gesprek kunnen voorbereiden.
 
Bij de uitvoering:
De docent kan een gesprekspartner zijn en leest de tekst voor, maar je kunt er ook voor kiezen om een andere cursist dit te laten doen.

Tijd over?
Laat de cursisten dan ook de andere gesprekken voeren.


3. Hoe ging het?
Het ging vandaag: 

- makkelijk
- moeilijk
- saai
- fijn
- gewoon
- ontspannen
- spannend

,omdat...........................................



Slide 8 - Slide

Als er tijd is kunnen de cursisten hun verhaal delen in de klas.

Daarna evaluatie op proces en product
Hoe ging het spreken
vandaag?

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

Wat heb je geleerd?
1. Adequaatheid: Ik begrijp het antwoord. Er wordt een antwoord geven op de gestelde vraag.
2. Woordenschat: De gebruikte woorden passen bij de gestelde vraag.
3. Grammatica: Er worden geen fouten gemaakt in de werkwoorden, meervouden en zinsopbouw.
4. Vloeiendheid: Het antwoord komt er vloeiend en makkelijk uit.
5. Samenhang: De voegwoorden, zoals 'maar, omdat, want, en, of' worden correct gebruikt.
De verwijswoorden, zoals 'hij, zij, die dat' worden correct gebruikt.
6. Verstaanbaarheid: Het antwoord is verstaanbaar.


* Als punt 1 onvoldoende is, is de score 0!

Slide 10 - Slide

This item has no instructions